I want you to panic
1 Attachment(en)
‘Na 26 mei komt er nog veel meer disruptie op ons af’
Klimaatprotest, gele hesjes: we beleven disruptieve tijden. Wanneer een bedrijf zich niet weet aan te passen, gaat het failliet. Maar wat met de politiek, als die geen antwoorden heeft op brandende vragen? ‘Vandaag denkt 1 op de 2 Belgen anti-systeem’, zegt marketeer en strateeg Fons Van Dyck. Hij wil niet pochen, maar Fons Van Dyck had Anuna De Wever voorspeld. De marketeer, directeur van Think BBDO, expert strategische communicatie en professor merkstrategie aan de VUB, houdt behalve op de economie ook al decennia het oog scherp gericht op politiek en maatschappij. ‘Het stond al tien jaar in de sterren geschreven dat er zoiets kon komen, een empowerment van scholieren. Ook kon je weten dat het waarschijnlijker was dat er een meisje uit de rij zou stappen dan een jongen, en al zeker geen macho’, zegt Van Dyck, die in 2007 in zijn boek Het Merk Mens. Consumenten grijpen de macht ook al ‘de eeuw van de vrouw’ voorspiegelde. Ook #MeToo vond hij een erg passend stukje in die grotere puzzel. ‘Ook die mannen die hun macht misbruikten, of het nu in Hollywood, de kerk of zelfs “nieuwe” bedrijven zoals Google was, maken deel uit van een oud, diepgeworteld systeem dat nu in vraag wordt gesteld.’ Maar Anuna dus? ‘Ja, enkele jaren geleden had je ook al Laura Dekker, het 17-jarige meisje dat de wereld wilde rondzeilen. Heel het Nederlandse establishment stond op de achterste poten, maar ze deed het lekker toch. Wie houdt mij tegen? Je ziet dat bij Greta Thunberg ook: I want you to panic. Ook zo’n Anuna De Wever heeft een gedrevenheid, een wilskracht, waarbij ik denk: dit is misschien wel straffer dan Paul Goossens in 1968.’ Zwarte zwanen Wie het niet zag komen, was Jean-Claude Juncker. Onbeholpen en onbehouwen reageerde hij op de tiener met de vlechten. Alles aan zijn lichaamstaal, en aan die van de andere mannen in pak rond Greta, zei: Help! Wat moet ik hier mee? Juncker is niet dóm. Wel gepokt en gemazeld in een politiek systeem dat dezer dagen door klimaatprotest, gele hesjes, maar ook door andere krachtige, juister: overmachtige maatschappelijke evoluties zoals migratie en illiberale politieke bewegingen wordt beproefd. Van dat oude, nog bestaande politieke systeem kent Juncker alle regels en geplogenheden. Binnen die krijtlijnen heeft hij altijd gefunctioneerd. Daarbuiten is het improviseren, ja zelfs klungelen. Het doet enigszins denken aan de even onbeholpen manier waarop de zeker niet minder intelligente Jean-Luc Dehaene in 1996 de uit de klauwen van Marc Dutroux ontsnapte meisjes Sabine Dardenne en Laetitia Delhez in zijn ambtswoning op de Lambermont ontving. Dehaene duidde dat zelf later met het inzicht dat het zogenaamde ‘Witte protest’ de Wetstraat uit de comfortzone van begrotingen, sociaal overleg, Maastrichtnormen en andere sociaaleconomische dossiers rukte. De ene protestfilm is duidelijk de andere niet. Vergelijk gele hesjes en klimaatbetogingen met de recente nationale staking van de vakbonden. Ook dat is conflict, maar zowel zij die protesteren als zij tegen wie wordt geprotesteerd (de regering), kennen de inzet en het verloop van het conflict (de loonnorm, de pensioenen …), alsook de manier om uit de impasse te raken (onderhandelen). Bij zoiets als het klimaatprotest of de gele hesjes ontbreekt de voorspelbaarheid. Iedereen verwacht witte zwanen, plots duiken er zwarte op. Idem met die andere, schokkerige films van ‘onverwachte’ verkiezingen, van Brexit over Trump tot Italië. Het scenario is grillig, maar toch methodisch. Altijd zie je een mix van hoop (verandering/verbetering is mogelijk), bezorgdheid en angst (dat er in zo’n, dixit Dehaene over het Witte protest, ‘prerevolutionaire sfeer’ ongelukken zouden gebeuren), arrogantie en afwijzing (wie vertegenwoordigen die mensen? Het signaal is diffuus, ze weten niet wat politiek is). Ook krijg je onveranderd de neiging van het systeem tot restauratie, business as usual. ‘Juncker deed een beetje denken aan een zonnekoning die niet meer precies weet wat er in zijn rijk gaande is’, zegt Fons Van Dyck. ‘Een symbolisch beeld voor een systeem dat onder druk staat, zowel extern als intern. Of dat nu bedrijven en instellingen zoals partijen zijn, of een nog veel groter systeem, het Europese model zoals wij het kennen van na de Tweede Wereldoorlog: de liberale democratie, het Rijnlandmodel. Wie er diep in zit, ziet de dreiging niet komen en wordt inert, bureaucratisch, arrogant en blind voor ontwikkelingen in de buitenwereld. In plaats van door het raam naar buiten te kijken, zit men voor de spiegel.’ Ademnood ‘Er zijn uitwegen’, zegt Van Dyck. ‘New Deals zijn mogelijk, slimmere, betere deals.’ Dat leert hij uit de ervaring met disruptie in de bedrijfseconomie. Van Dyck onderzocht in zijn doctoraatsthesis hoe bedrijven kunnen overleven in kanteltijden. Dat doen ze, conform het zogenaamde AGIL-paradigma van de socioloog Talcott Parsons, door zich geslaagd aan te passen (aan bijvoorbeeld nieuwe technologiegolven of veranderend consumentengedrag) én tegelijk zichzelf te blijven. In een later deze maand te verschijnen boek, De onsterfelijke onderneming, onderbouwt Van Dyck dat met de verhalen van onder meer Apple en Colruyt. ‘Inzicht in disruptie in de bedrijfseconomie helpt ook om veel van de omwentelingen waar we vandaag getuige van zijn, te verklaren’, zegt hij. ‘Hoe gaan samenlevingen en organisaties om met gele hesjes, klimaatbrossers, migratiegolven, demografische veranderingen zoals in Antwerpen? Vandaag staat er meer op het spel dan Apple.’ Wie van het detail uitzoomt naar het geheel, merkt hoe meer dan één systeem tegelijkertijd in ademnood komt. De parlementaire democratie en de particratie vertonen tekenen van slijtage, wat David Van Reybrouck het ‘chronisch vermoeidheidssyndroom’ noemt. Het West-Europese politieke en economische complex reageert eerder verlamd op de Chinese dynamiek. Trapt evenzeer op de adem: het overlegmodel dat eigen was aan het Rijnlandmodel met zijn evenwicht tussen economische groei en sociale bescherming. Tekenend was dat op het eerder deze week bereikte voorakkoord van vakbonden en werkgevers behalve de gebruikelijke, inhoudelijke kritische reacties (te veel voor de een, te weinig voor de ander) vooral vaak opmerkingen over legitimiteit kwamen: wie vertegenwoordigt die Groep van Tien nog? ‘Het systeem is in het hart geraakt’, wijst Van Dyck op de rode draad. ‘Het desintegreert en dan krijg je fenomenen als gele hesjes en klimaatmarsen. De vraag is: wil men het zien of niet? Zeker is dat we sinds twee jaar, en op basis van het meest betrouwbare gekwantificeerde onderzoek ooit in België, met zekerheid kunnen stellen dat 1 op de 2 Belgen vandaag anti-systeem denkt. Hij of zij heeft het geloof opgegeven dat het bestaande sociaaleconomische en politieke establishment voor “verbetering” vatbaar is.’ Ook de opstandigheid (‘revolte’) daartegen neemt hand over hand toe. ‘Dat vertaalt zich in twee grote varianten: zij die voor een gesloten en zij die voor een open maatschappij kiezen. In Vlaanderen wordt dat dan enigszins gesymboliseerd door Anuna in het ene kamp, Dries Van Langenhove in het andere. Je krijgt een nieuw soort boegbeelden, ook opvallend jonger dan Paul Goossens en Daniel Cohn-Bendit in de jaren 60.’ Een ‘grote’ stroming krijg je wanneer empowerment en verbondenheid samengaan. En dat ziet Van Dyck vandaag vooral in het klimaatprotest. ‘Vanuit de massapsychologie verklaard: angst verlamt niet. Er groeit altijd iets groots wanneer mensen zeggen: we geloven niet meer in het systeem, maar we gaan niet aan de kant staan, we nemen het heft in eigen handen en we doen dat collectief. Bij ons zijn dat de klimaatspijbelaars, in Frankrijk eerder de gele hesjes, maar vorig jaar had je dat ook in de VS met de jongeren die op straat kwamen tegen vrij wapenbezit. Bij #MeToo krijg je een gelijkaardige cocktail van empowerment en verbondenheid. Als die polen elkaar raken, krijg je een heel sterke mobilisatie.’ Adapt or perish Wat leert het verleden over de toekomst van culturen en organisaties die er niet in slagen zich tijdig aan te passen? Culturen, vertaald in politiek, onderwijs, maar net zo goed religie, zijn taai. ‘Of kijk naar het voetbal.’ Van Dyck maakt een verrassende zijsprong. ‘In de jaren 80 werd al aan de alarmbel getrokken, er kwamen maatregelen tegen corruptie. Dertig jaar later doet het zich met Football Leaks weer voor, met mensen die in de jaren 80 nog niet eens geboren waren. Het zit dus niet per se in individuen, maar in de cultuur.’ Terug naar het klimaat. Stadssocioloog Eric Corijn (VUB) meent te weten waar het vandaag (niet) heengaat met dat protest, hij tweette: ‘In de jaren 60 lieten de traditionele partijen de jeugdrevolte ook voorbij schieten en verloren zo een gehele generatie. Ook vandaag overweegt afwijzing, paternalisme en business as usual. Denk dan ook niet dat deze opstoot van maatschappelijk engagement jullie richting zal uitgaan.’ Van Dyck gelooft evenwel dat, zoals mei 68, ook de impact van de klimaatgeneratie duurzamer zal blijken dan kan worden afgelezen aan de antwoorden of non-antwoorden hier en nu van de politici op het scholierenprotest. ‘Wat Anuna en co. doen, zal voor de komende 15, 20 jaar het politieke beleid rond klimaat beïnvloeden. Dat valt niet terug te draaien. De vraag is of en hoelang de samenleving gedomineerd zal blijven door confrontatie en polarisering, of toch zal evolueren naar een nieuwe harmonie en integratie. Ik denk dat die vraag nog zeker een aantal jaren zal blijven hangen. De frictie die we nu, met klimaatprotest én gele hesjes, beleven, lijkt mij een voorspel op wat er na 26 mei nog aan disruptie op ons afkomt, hier en elders in Europa.’ Bij bedrijven lijkt het eenvoudiger dan bij partijen of andere ‘gestelde lichamen’: het is adapt or perish. Winstcijfers zijn een zeer sterke stimulans om te veranderen. Dwingender dan opinies ook, zie wat dat betreft het klimaatdebat: iedereen meent gelijk te hebben. ‘Ook in de politiek zijn er objectieve parameters’, zegt Van Dyck. ‘Wat winst voor een bedrijf is, is voor een partij macht, uitgedrukt in stemmen en mandaten. Omgekeerd telt ook de bedrijfswereld legio voorbeelden van culturen die te hardnekkig zijn om de omslag te maken. Blokker, bijvoorbeeld, geloofde niet in het internet en sluit vandaag de deuren. Maar zeker, partijen kunnen verdwijnen, net zoals een bedrijf als Kodak kon verdwijnen. De Kommunistische Partij verdween, de Volksunie ook.’ Politiek en culturen in de brede zin van het woord hebben dit voor op bedrijven: failliet gaan ze zelden. ‘Een partij kan onder een bepaalde naam bij wijze van spreken in vijf jaar tijd compleet van de kaart geveegd worden, zoals de PS in Frankrijk, maar er kan uit de as wel altijd weer iets nieuws komen. De VU heeft haar mutanten in de N-VA, de Franse KP in de beweging van Jean-Luc Mélenchon.’ Maar kapseizen kan een systeem wél, en in de politiek levert dat meer tragiek op dan in de bedrijfswereld. ‘Je kunt van een liberale democratie in een dictatuur belanden, kijk naar Weimar in de jaren 30, naar Italië en Spanje. Hoe maak je dat dat je niet overkomt?’ Bart Somers Het is een open vraag. Maar Van Dyck weet wel zeker dat New Deals, die niet naar de afgrond maar naar iets ‘anders, hoger, beter’ leiden, slechts kans op succes maken als ze getuigen van wat hij met de al geciteerde Talcott Parsons ‘voortschrijdend evenwicht’ (moving equilibrum) noemt. Kortweg: aanpassen zonder jezelf te verloochenen. Wat dat laatste betreft, is Van Dyck met name pessimistisch gestemd over de EU als systeem. ‘De kernwaarden en de bestaansreden van die Unie waren veiligheid en zekerheid. Maar de politici zijn dat zo vanzelfsprekend gaan vinden, zoals ze ook de liberale democratie als een natuurwet of een geschenk van God gingen beschouwen. Zeker na Jacques Delors heeft men nagelaten om die kern te activeren, te cultiveren en te propageren. Thomas Piketty was nodig om de zonnekoningen te doen inzien dat er ook in de Unie bestaansonzekerheid en ongelijkheid is. Nu zitten ze met de gele hesjes.’ Voor goede voorbeelden van wat in politiek en samenleving een geslaagd aanpassingsproces kan zijn, kijkt Van Dyck eerder dichtbij dan veraf. In Leuven, Mechelen en Antwerpen bijvoorbeeld ziet hij een geslaagde adaptatie aan de demografische disruptie door verkleuring. ‘Ik denk dat er in 2018 in Vlaanderen maar één stad klaar was voor een burgemeester met Maghrebijnse achtergrond en dat was Leuven. Daar verliep die noodwendige transitie soepel, elders – denk aan enkele Franse steden in het verleden – gaat dat gepaard met schokken en conflicten. Ook in de coalitie die Bart De Wever met Jinnih Beels gesloten heeft, zie ik een voorbeeld van adaptatie. De Antwerpse burgemeester begreep dat zijn stad uit het conflictmodel moest. Mechelen is nog een voorbeeld van geslaagde transitie. In de jaren 90 was dat het Chicago aan de Dijle. SP en CVP gingen er ten onder, de stad leek in handen van het Vlaams Blok te vallen. Maar toen dook Bart Somers op. Volbloed liberaal, maar wel iemand die besefte dat er een nieuw Mechelen was. De transitie van Mechelen begon bij wijze van symbool in 2005 op de Lamotsite (een stadskanker, nu het hart van Mechelen, red.).’ New Deals staan of vallen met een nieuwsoortig leiderschap, meent Van Dyck, en met nieuwe technieken. ‘In Antwerpen zag je de combinatie in de intendant van het Oosterweeldossier, wat het mogelijk maakte om jaren van polarisatie tussen partijen en bewegingen te overstijgen.’ Romeinse Curie Ook in de G1000-techniek ziet Van Dyck op microniveau evoluties ten goede voor de herijking van de democratie. ‘Dat lijkt klein, maar volgens mij is die G1000-formule een exportproduct. Ik denk dat we na 26 mei nog vele G1000’s nodig hebben. Wie er nu meewarig over doet, vergist zich. Het zijn nieuwe, levendige vormen van in se het “oude”, namelijk: hoe organiseer ik mijn samenleving democratisch?’ In Duitstalig België gaan gelote burgers voortaan op permanente basis mee besturen. David Van Reybrouck, medebezieler van die ‘primeur’, verwoordt in Knack wat ook Van Dyck bedoelt met de notie van het voortschrijdend evenwicht: ‘Om de democratie te moderniseren, hoef je het oude niet af te breken. Je kunt naast het oude iets nieuws zetten, wat het oude versterkt en krachtiger maakt. De Brexit loopt vast, de gele hesjes, het klimaatdebat. Dat komt vaak door de electorale logica die het huidige politieke systeem domineert. Dit model van burgerinspraak kan onze politieke leiders helpen om te leiden.’ Kleine stapjes, een wereld van verschil. ‘Goede praktijken beginnen altijd op microschaal’, besluit Van Dyck. ‘Echte, geslaagde verandering komt niet uit het centrum, maar uit de marge. Het centrum, of dat nu Hollywood, de Wetstraat of Berlaymont is, dat is zoals de Romeinse curie.’ Zo gebeurt het vaak in grote bedrijven: de aha-erlebnis begint vaak ergens in een bureautje op een lager of zijdelings echelon. Zo ook begon Youth For Climate met een meisje op een Zweedse school. En de gele-hesjesbeweging niet in Parijs, maar op het platteland in Le Nord. Hoe groter en logger het systeem, hoe nauwlettender de waarnemers van de verandering maar beter de kleintjes in de gaten kunnen houden. DS Weekblad, 02-03-2019 (Filip Rogiers) |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 03:55. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.