Eén op zes jongeren spreekt thuis geen Nederlands
Een recordaantal kinderen spreekt thuis geen Nederlands. Thuistaal Nederlands kent nu ook in kleinere centrumsteden een grote terugloop.
Verliest het Nederlands terrein als thuistaal in Vlaanderen? En maakt dat het lesgeven moeilijker? Ja, zegt de N-VA ondubbelzinnig. Vera Celis, Vlaams Parlementslid voor de partij, verzamelde daarover nieuwe cijfers, door te kijken naar de leerlingenaantallen uit het basis- en het secundair onderwijs. Bij het inschrijven moet namelijk de thuistaal opgegeven worden. Wat blijkt? Het aantal kinderen dat in gezinssituatie Arabisch, Italiaans, Frans of nog een andere taal dan het Nederlands spreekt, is gestegen van 9,6 procent in 2008 naar 15,7 procent in 2016. Het hoogste resultaat ooit gemeten in Vlaanderen. Extra inspanningen Gent en Antwerpen tekenen daarbij (traditioneel) voor de grootste percentages, maar ook alle andere centrumsteden, ook de kleinere, noteren een forse, niet te ontkennen toename. En dat is nieuw. Turnhout en Oostende, Sint-Niklaas en Hasselt zagen zelfs een verdubbeling in acht jaar tijd. ‘De situatie veranderde inderdaad grondig op dat vlak’, bevestigt Lieve Van Daele, directeur van de school Heilige Familie in Sint-Niklaas. ‘Elke dag opnieuw, met vallen en opstaan, leert een school omgaan met die nieuwe realiteit, die extra inspanningen vergt van de leerkrachten.’ Dat leerlingen met hun ouders geen Nederlands spreken, vindt Van Daele niet direct problematisch. ‘Want ze spreken het wel met de broertjes en de zusjes. Wat het tot een gemengd en genuanceerd verhaal maakt. Sommige kinderen zijn perfect tweetalig en behoeven geen remediëring, anderen wel.' ’s Middags In het OLVP, een andere school in Sint-Niklaas, wordt leerlingen met een taalachterstand aangeraden om over de middag te blijven eten in plaats van naar huis te keren. ‘Op die manier verhogen de contactmomenten om Nederlands te spreken’, zegt directeur An Van Haut. ‘We stimuleren die jongeren ook om meer te lezen en Nederlandstalige televisie te kijken.’ Maar Van Haut zegt dat de ‘taalarmoede’ bij sommige jongeren wel degelijk tot problemen leidt. ‘Zeker als dat te laat opgemerkt wordt. Soms komt dat pas naar boven in het derde middelbaar, wanneer ze een complex vraagstuk moeten oplossen maar de vraag simpelweg niet begrijpen.’ Eigen mening: Dat jongeren van een andere origine thuis meestal geen Nederlandse taal hanteren weet iedereen. Dit heeft natuurlijk zijn gevolgen voor het onderwijs. Doordat de leerlingen geen Nederlandse taal hanteren bij hun thuis, kan het zijn dat ze problemen hebben met niet alleen het vak Nederlands, maar ook met geschiedenis of een ander vak waar veel Nederlands bij komt kijken. Als men dit probleem buiten beschouwing gaan houden en men loopt over de speelplaats dan spreken ze daar soms ook in hun eigen taal. Ik vind dat dit verboden moet worden. De mensen die naar ons land zijn gekomen of gevlucht weten welke taal wij spreken en ze zouden die ook moeten gaan beheersen. Op die manier dragen ze bij aan onze maatschappij en gaan ze vlotter kunnen volgen in het onderwijs. Dit zal het werk voor de leerkracht gaan verlichten, want op dit moment zorgt het probleem voor een extra druk op hun schouders. Je kan niet met zekerheid zeggen dat de jongeren van een andere afkomst je wel verstaan tijdens de les. Bron: DS 13/10/2016 |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 08:06. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.