Toots Thielemans (1922-2016)
2 Attachment(en)
Het Wonder Toots
Toots Thielemans was de goedlachse vader van de Belgische jazz, schrijft Matthijs de Ridder, maar hij was ook ontegensprekelijk een jazzmeester. En hij maakte van een chromatisch mondorgeltje een volwaardig solo-instrument. In 1999 verscheen Toots Thielemans onverwacht op het podium van de Zweedse Polar Music Prize. Onverwacht, althans, voor de man die die avond werd gelauwerd voor zijn imposante oeuvre: Stevie Wonder. Het had de organisatie een goed idee geleken om naast de onvermijdelijke felicitaties en laudatio’s ook een ode te laten brengen aan de mondharmonica, het instrument dat altijd een belangrijke rol heeft gespeeld in het muzikale leven van Wonder. En wie kon beter duidelijk maken hoeveel soul er in dit kleine instrument schuilt dan Toots Thielemans? Isn’t she lovely? In de muziek laten magische momenten zich doorgaans maar moeilijk vastleggen. Je moet er meestal bij zijn geweest om echt te kunnen voelen welke opwinding zich van een zaal meester maakt. Maar wat er die avond in Stockholm gebeurde, laat zich moeiteloos aflezen van de fletse opname die op Youtube te vinden is. Toots zet zijn wereldwijde hit ‘Bluesette’ uit 1962 in. Met die onweerstaanbare twinkeling in zijn ogen blaast hij het overbekende thema, maar hij haalt het einde van de tweede frase bijna niet. Het gaat hem die avond niet om zijn muziek, maar om de muziek in het algemeen. Als een bezetene werpt hij zich in een solo die na een paar maten al zo onnavolgbaar is geworden dat je je er alleen maar aan kunt overgeven. Toots raast omhoog, daalt even snel weer af, wisselt ondertussen een paar keer van toonladder en schept zo, ergens in het hoogste register van het instrument, de ruimte om anderhalf zinnetje uit ‘Isn’t she lovely’ te blazen. Het blijkt een lokroep. Stevie Wonder kan zich niet langer bedwingen. Hij staat op en laat zich naar het podium brengen, waar hij twee minuten later Thielemans bij zijn middel pakt. Daar had Toots dan weer geen rekening mee gehouden. ‘Hahaa,’ roept hij, blij verrast zijn ‘harmonica brother’ achter hem te voelen staan. Wat volgt is pure emotie. Wonder moet heel even zoeken, maar dan heeft hij de melodie van ‘Bluesette’ te pakken en beginnen de twee virtuozen aan wat misschien wel het mooiste mondharmonicaduel is dat ooit is opgevoerd. Zelfs koning Gustav kan zijn oren niet geloven. Hij knikt gesyncopeerd dat het goed is. Charlie Parker Het waren deze beelden die ik bij het vernemen van het droevige nieuws van Toots’ overlijden meteen weer wilde zien. Misschien was het de afgelopen jaren namelijk wat te gemakkelijk om het fenomeen-Thielemans voor lief te nemen. Zeker in België. Tot zijn afscheid in 2014 maakte hij ieder jaar zijn opwachting op Jazz Middelheim, waar steevast een volle tent wegzwijmelde bij de warme klanken uit zijn mondharmonica. Het was altijd gezellig bij Toots en als je niet oppaste was je tijdens de fietstocht terug naar huis de tune van Baantjer aan het fluiten. Maar er is zoveel meer. Hij was de immer goedlachse vader van de Belgische jazz, altijd een Brussels ketje gebleven ook, maar dat mag ons het zicht niet ontnemen op de jazzmeester die hij ontegensprekelijk was. De man die in 1952 lid werd van Charlie Parker’s All Stars (toen nog op gitaar), later samenspeelde met Miles Davis, Ella Fitzgerald, Quincy Jones en een plaat opnam met Bill Evans, heeft iets gepresteerd wat slechts zeer weinigen is gegeven. Hij heeft de chromatische mondharmonica, die voorheen maar een saai en onopvallend bestaan leidde, als een solo-instrument geïntroduceerd in de jazz en de populaire muziek. En hoe. Hij heeft de lat meteen zo hoog gelegd dat zijn naam nog lang synoniem zal zijn met het mondorgel. Zoek het duet met Stevie Wonder maar eens op, pink net als ik een traantje weg en zeg met zijn harmonica brotherin koor: ‘I love you Toots!’ DS, 23-08-2016 (Matthijs de Ridder) |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 11:47. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.