72 procent OCMW’s tegen verplichting gemeenschapsdienst leefloners
 

Uit een studie blijkt dat veel OCMW’s ‘sceptisch, terughoudend of zelfs weigerachtig’ staan tegenover een gemeenschapsdienst voor leefloners. Zoiets verplichten lijkt al helemaal uit den boze.

Vandaag worden sommige mensen die van het OCMW een leefloon ontvangen geactiveerd via geïndividualiseerde projecten voor maatschappelijke integratie (GPMI), een contract tussen de leefloner en het OCMW. In zo’n project kunnen allerlei zaken een plaats krijgen: opleiding, tewerkstelling via het OCMW, psychologische begeleiding...

Voor jongeren onder de 25 jaar is het verplicht, voor de rest is het optioneel. Het federale regeerakkoord wil de doelgroepen voor wie zo’n integratiecontract verplicht is, uitbreiden (Open VLD denkt bijvoorbeeld aan erkende vluchtelingen met een leefloon) en het mogelijk maken om binnen zo’n contract een gemeenschapsdienst uit te werken.

Minister van Maatschappelijke Integratie Willy Borsus (MR) bestelde daarom een studie bij de Karel de Grote Hogeschool en de Brusselse Université Saint-Louis om te polsen naar de animo hiervoor bij de OCMW’s.

Die is klein. Slechts een op de vijf OCMW’s staat volgens een enquête achter het idee, terwijl een op de vier tegen is. De grootste groep (38 procent) twijfelt maar geeft het idee het voordeel van de twijfel. Uit interviews met verschillende OCMW-medewerkers spreekt volgens de onderzoekers evenwel een duidelijke reserve.

De OCMW’s lijken zich vooral af te vragen wat de meerwaarde is van het stelsel. Vrijwilligerswerk aanbieden kan nu al en er bestaan al vormen van gesubsidieerde tewerkstelling via het OCMW en binnen de sociale economie.

Wanneer de gemeenschapsdienst binnen een voor-wat-hoort-wat-logica dwingend wordt, dan haken de OCMW’s pas echt af. 72 procent vindt dat zo’n gemeenschapsdienst niet verplicht mag worden en 60 procent is er tegen dat het niet naleven van de afspraken bestraft zou worden.

Wat betreft het voorstel om meer leefloners te verplichten tot zo’n integratiecontract, vindt 60 procent van de OCMW’s dat ‘niet zinvol.’ Vooral het idee dat bepaalde groepen, zoals vluchtelingen, verplicht zo’n contract moeten volgen, wordt verworpen. ‘Dat werkt stigmatiserend en beschuldigend,’ zo klinkt het.

Bron: http://actualiteit.org/forums/newth...=newthread&f=50
72 procent OCMW’s tegen verplichting gemeenschapsdienst leefloners. (2015, 12 7). De Standaard.

Eigen mening:
Persoonlijk heb ik het leefloon systeem hier in België nooit begrepen. Het is een mooi gegeven dat men in onze samenleving zelfs als men geen werk kan vinden een inkomen kan hebben. Ik denk echter dat de mens zijn maatschappelijke regels weer eens vlugger af geweest is. Hiermee bedoel ik dat er veel mensen gebruik maken van het systeem. Ik moet niet ver zoeken om iemand te vinden die een inkomen van de staat geniet. Deze personen zijn maar al te vaak zo genoemde ‘profiteurs’. Zij zoeken enkel werk indien ze hun inkomen dreigen te verliezen om daarna zo snel mogelijk ontslag te nemen. Dit doen ze enkel en alleen om terug in regel te zijn en de volgende ‘x’ aantal jaren weer als parasieten te kunnen leven. Waarom zouden deze mensen geen verplichte gemeenschapsdienst moeten doen? Leven we dan in zo’n grote overvloed dat mensen die geen rol binnen onze structuur willen spelen zonder enige moeite moeten kunnen leven? Ik zou dit echter in een alomvattende regel gieten zonder uitzonderingen. Enkel vluchtelingen als een soort van inburgeringsactie verplichten om gemeenschapsdienst te doen lijkt mij een slecht plan. Ofwel moet iedereen mee of het komt er beter niet naar mijn mening. En hopelijk zal men eens tegen de Belgische gewoonten stoppen met uitzonderingen te maken voor bepaalde gevallen. Zoals ik al eerder stelde zet dit de deuren open voor misbruik. Samengevat denk ik dat het invoeren van verplichte gemeenschapsdienst een goed idee is maar dat men dan wel een eenduidig beleid zou moeten voeren.