En toch blijven we fraude pikken
En toch blijven we fraude pikken
Volkswagen sjoemelt met de uitstoot, vlees is vaak niet wat op het etiket staat en visrestaurants leggen een ander stukje vis onder de botersaus dan ze beloven. Toch blijven we dit pikken. Waarom? Waarom worden we zo massaal bedrogen? Omdat bedrog nu eenmaal deel uitmaakt van onze economie. Dat zeggen niet de eerste de besten, dat zeggen twee Nobelprijswinnaars economie. In hun boek Phishing for Fools, dat begin oktober verscheen, tonen Robert Shiller en George Akerlof aan dat ons economisch systeem niet kan zonder bedrog. ‘Wie geen bedrog pleegt, overleeft het niet’, stellen ze. ‘Bedrijven weten dat veel van die praktijken niet kunnen’, zegt ook Ludo Peferoen, professor economie en ethiek (UGent). ‘Maar wie de consument niet bedriegt, gaat inderdaad ten onder. En bovendien is bedrog eigen aan de mens. Altijd en overal zijn er mensen die er de kantjes af*lopen.’ Is er meer bedrog dan vroeger? ‘Bedrog is van alle tijden’, zegt David De Cremer, hoogleraar en gedragseconoom aan de Universiteit van Cambridge. ‘Maar we zijn met z’n allen wel mondiger geworden. Omdat er veel meer informatie beschikbaar is, en die informatie dankzij het internet ook eenvoudiger te verspreiden is.” Waarom reageren we niet feller? ‘Voor de consument zal uiteindelijk altijd slechts één ding tellen’, zegt David De Cremer. ‘Zijn gemak en comfort. Uiteraard is hij wel wat bezorgd over het milieu en over de volksgezondheid, en voelt hij wat verontwaardiging opborrelen. Maar zijn gedrag zal er niet door worden bepaald. Als mensen Volkswagens blijven kopen, is dat omdat ze het nu eenmaal een goede auto vinden. Als iemand vlees blijft kopen en vis blijft eten, is dat omdat het smaakt. De consument wil lekker vlees en lekkere vis eten, en in een goede auto rijden. De korte termijn is en blijft het allerbelangrijkste voor hem. Het bedrog neemt hij erbij.’ We zijn het gewoon ‘In zekere zin wel’, zegt gedragspsycholoog Bart De Saeger. ‘Maar veel heeft ook met gewenning te maken. Als mensen voor het eerst met fraude worden geconfronteerd, zullen ze wel degelijk kwaad worden. Maar als het elke week wel iets is en het verrassingseffect verdwijnt, beginnen mensen de schouders op te halen en reageren ze minder emotioneel.’ ‘Van tijd tot tijd laten consumenten wel degelijk van zich horen, hoor’, zegt Luc Van Liedekerke, financieel ethicus bij het Centrum voor Economie en Ethiek (KU Leuven). ‘De handelaar die verantwoordelijk was voor het paardenvleesschandaal twee jaar geleden, is intussen failliet. En consumenten trekken steeds vaker in groep naar de rechter om wanpraktijken aan te vechten.’ Waar ligt dan de grens? ‘Pas wanneer de consument persoonlijk een impact voelt, zal hij reageren’, zegt Bart De Saeger. ‘Een financiële impact, of een verslechterende gezondheid. Vergelijk het met rokers: velen beslissen pas te stoppen met roken wanneer ze beginnen te voelen dat hun gezondheid gevaar loopt.’ ‘Zolang we ons in de fraudeur herkennen, nemen we hem niets kwalijk’, zegt David De Cremer. ‘Dat klinkt misschien raar, maar uit onderzoek blijkt dat consumenten in zekere zin begrip hebben voor fraudeurs. Zulke schandalen krijgen geleidelijk vorm, stap per stap, vaak zonder dat de verantwoordelijken zelf beseffen dat ze afglijden. Ergens begrijpt de consument dat. We zijn allemaal wel eens in een situatie beland waarover we ons achteraf afvroegen: “Waarom heb ik dat toch gedaan?” Goede mensen doen nu eenmaal slechte dingen.’ DS, 05-11-2015 (Annelies Roose) |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 12:31. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.