Weg met het cultuurpessimsisme
De kleinburgerlijke egoïst sterft uit
De Belg kan heus nog wel solidair en altruïstisch zijn, schrijft Marc Michils, maar we horen er zo weinig over. Dat is jammer, want de toekomst is wel degelijk aan wie duurzaamheid en burgerschap hoog in het vaandel draagt. Het waren ontgoochelende resultaten die de Bertelsman Stiftung onlangs bekendmaakte (DS 17 juli): de sociale samenhang in ons land is zwak, België behaalt in Europa slechts de 18de plaats op 32. Ook wat betreft hulpvaardigheid scoren we matig. Louis Tobback was zijn gebruikelijke kritische zelf in Villa Hellebosch (dS Weekblad 10 augustus): ‘Je kan het overal zien: het fundament in de samenleving functioneert niet meer. Het heeft te maken met een kleinburgerlijk individualisme in Vlaanderen. Kleinburgers die kwaad zijn op alles en alleman en die vast geloven dat ze nog rijker kunnen worden als ze maar afgeraken van die ander.’ Tobback zal wel een punt hebben. Maar ik ben dat cultuurpessimisme beu. Zowel van de Tobbacks die zeggen dat het aan de kleinburgers ligt als van die kleinburgers die zeggen dat het aan de Walen, de vreemdelingen, de buren, de politici of mijn schoonmoeder ligt. De vaststelling maken is een ding. De algemene sfeer van het steeds eenzijdig uitvergroten van alles wat misgaat naar een ander. Wat niet verteld wordt, is dat het fundament van de samenleving verandert. Waar niet over gesproken wordt, zijn de groeiende positieve voorbeelden van sociaal ondernemerschap, de vele sociale initiatieven. Wat te weinig gemeld wordt, is het sluimerende protest tegen het feit dat de vermarkting van onze samenleving kilometers te ver gaat. Het uitstekende boek What money can’t buy van de Amerikaanse filosoof Michael Sandel illustreert met vele voorbeelden waar dit ultra-kapitalisme faalt. Je kunt geen vriend, waardering, genegenheid of inzet kopen. Op de belangrijkste menselijke emoties kun je geen prijs plakken. De jongeren, meer en meer ondernemers en de vrijwilligers zelf weten beter. Vrouwelijke waarden als participatie, solidariteit, collectieve verantwoordelijkheid en duurzaamheid maken nu opgang. De jongeren weten beter. Neem het nieuwe onderzoek bij Britse jongeren van het onderzoekbureau BritainThinks, dat The Guardian signaleerde. Jongeren hechten er veel belang aan om aan de slag te kunnen, zelfs al worden ze wat minder betaald. Het onderzoek geeft aan dat individualisme, misplaatste glorie en overdreven uiterlijk vertoon totaal uit de mode zijn. Jongeren zijn zeer gemeenschapsgedreven en veel minder materialistisch dan de huidige generatie. Jongeren willen realist en idealist zijn tegelijkertijd. Wij herkennen die tendens ook bij onze jonge vrijwilligers. Ook al zijn ze begrijpelijkerwijs met minder, ze doen het wel met veel overtuiging. Iets betekenen voor hun omgeving, bijleren, ervaring opdoen, daarvoor doen ze het. Meer en meer ondernemers weten beter. Er is een nieuwe generatie ondernemers voor wie maatschappelijke verantwoordelijkheid, openheid en transparantie fundamentele bedrijfswaarden zijn. Duurzaamheid en sociale verantwoordelijkheid vertalen zich in een totaal ondernemingsbeleid. Natuurlijk zijn er de misbruiken van greenwashing – het waspoeder en de SUV die zich met kleine milieuvriendelijke veranderingen ook groen willen noemen. Toch zullen die het niet halen. De consument heeft het echt wel snel door als het er alleen op aankomt het imago op te smukken. Deze week hoorde ik op het Vlerick-zomer*event over sociaal ondernemerschap de aangrijpende en authentieke getuigenis van Piet Colruyt. Hoe hij en zijn familie met veel zin voor entrepreneurship en creativiteit hun sociale en profit-ambities combineren. Chapeau. Er zijn alsmaar meer ondernemers die dit model nastreven. De (vele) vrijwilligers weten beter. Ik val achterover van het optimisme, de gedrevenheid en de inzet van de duizenden vrijwilligers bij de Vlaamse Liga tegen Kanker (VLK) en Kom op tegen Kanker. Die solidariteit! Die inzet! Intern onderzoek bracht aan het licht dat er gelaagde motivaties zijn om VLK-vrijwilliger te zijn bij patiënten met kanker. De belangrijkste motivatie is heel altruïstisch: willen goed doen, iets terug geven. ‘Ik heb zelf veel meegemaakt en ik ben vrijwilliger geworden omdat ik iets wil terugdoen’, hoor je. Bovendien willen mensen een sociaal netwerk opbouwen. Ze willen echte, menselijke contacten, contacten die geen breedbandverbinding nodig hebben. En dat is prima. Weg met het cultuurpessimisme van vandaag. Mark Eyskens zei ooit: ‘Optimisten zijn pessimisten die niet goed geïnformeerd zijn’. Moet het niet eerder zijn: ‘Pessimisten zijn optimisten die niet zo veel zin hebben om actie te nemen en kiezen voor het gemak van pessimisme’? Dus: doe iets. Trek de straten in. Geluksprofessor Layard heeft het lang en grondig bestudeerd: je nuttig voelen, projecten realiseren, je belangeloos kunnen inzetten voor anderen, daar haal je je geluk uit. Het maakt niet uit wat je doet: garnaalvissen, vogels bestuderen of een column schrijven in De Standaard, maar je moet uit je kot komen. En mijn beste advies is natuurlijk: word vrijwilliger. Er is nog plaats bij ons. Marc Michils, directeur Vlaamse Liga tegen Kanker DS, 24-08-2013 |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 18:45. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.