Verwende kleine keizers
Verwende kleine keizers
BRUSSEL - Ze zijn verwend, laf, gewetenloos, achterdochtig, onbetrouwbaar, egocentrisch, pessimistisch en ongemotiveerd. Alle vooroordelen over China's enige kinderen kloppen, blijkt uit onderzoek. Onder de éénkindpolitiek die China sinds 1979 voert, mag een echtpaar uit de stad hooguit één kind krijgen (ouders uit een etnische minderheidsgroep of met een zwaar gehandicapt kind kunnen bij hoge uitzondering een tweede kind krijgen). Eén gevolg is dat in China al ruim twintig jaar onevenredig veel jongens worden geboren en er een tekort aan bruiden is ontstaan. Een ander dat het land in snel tempo vergrijst. En nog een ander dat het land stilaan in handen komt van een generatie kinderen die nooit met een broertje of zusje heeft hoeven rekening te houden en van wie wordt gezegd dat ze sociale vaardigheden ontbeert en vooral in zichzelf geïnteresseerd is. De gevolgen daarvan voor de Chinese samenleving beginnen duidelijk te worden. Werkgevers die een vacature uitschrijven, voegen tegenwoordig soms de clausule ‘geen enige kinderen!' toe. En vijf jaar geleden riepen leden van het adviserend comité van de Communistische Partij de regering op om de eenkindregel af te voeren, vanwege ‘sociale problemen en persoonlijkheidsstoornissen bij onze jongeren'. Godsgeschenk De vraag welke gevolgen opgroeien zonder broers of zussen heeft voor het gedrag van mensen, ligt allang op de tafel van ontwikkelingspsychologen. Maar zoiets proefondervindelijk uitzoeken is niet evident. Tenzij een overheid het experiment voor je opzet, bedachten Lisa Cameron en Xin Meng van de Australische Monash-universiteit in Melbourne. Dertig jaar verplicht opgelegde éénkindpolitiek in een land van honderden miljoenen inwoners is voor een wetenschapper een godsgeschenk – en een experiment dat je zelf nooit door een ethisch comité zou krijgen. De economen vergeleken in Peking, dat altijd strikt de hand heeft gehouden aan de eenkindpolitiek, de persoonlijkheid en de sociale vaardigheden van vierhonderd twintigers en dertigers. Zij werden verdeeld in vier groepen: geboorten in 1975, 1978, 1980 of 1983. De eenkindpolitiek werd ingevoerd in 1979, dus twee groepen waren geboren voor de maatregel inging, en twee erna. De invoering van de geboortebeperkingspolitiek had zware gevolgen voor de gezinssamenstelling. Slechts 27 procent van de kinderen met geboortejaar 1975 was enig kind. In het jaar 1980 was dat opgelopen tot 82 procent. De onderzoekers lieten hun proefpersonen vier klassieke economische spelletjes spelen, waarin wordt uitgezocht hoe menslievend, betrouwbaar, argwanend enzovoorts mensen zijn. In het Vertrouwensspel krijgt een speler bijvoorbeeld honderd yuan (twaalf euro) en wordt hij gekoppeld aan een andere speler, die anoniem mag blijven. De eerste speler wordt gevraagd een deel van zijn geld aan de anonieme partner te geven, met de belofte dat de spelleider het gegeven bedrag zal verdrievoudigen. De partner mag vervolgens een deel van het bedrag teruggeven aan de eerste speler (hij/zij mag zelf kiezen hoeveel). Het spel is bedoeld om uit te zoeken hoeveel vertrouwen mensen in een vreemde stellen, en in hoeverre ze zelf te vertrouwen zijn. Enige kinderen gaven gemiddeld 16 procent minder geld aan hun spelpartner dan kinderen uit een groter gezin. Zaten ze aan de andere kant van de tafel, dan gaven ze gemiddeld 11 procent minder terug van wat ze kregen. In het Risicospel kreeg elke deelnemer honderd yuan en de keuze om nul tot honderd procent van dat bedrag te stoppen in een ‘investering'. Die zou ofwel drie keer het ingezette bedrag uitkeren (de kans hierop was 50 procent) of niets (ook 50 procent kans). Wat het worden zou, werd bepaald door een muntje op te gooien. Enige kinderen investeerden beduidend minder (58 procent tegen 66 procent). Het Dictatorspel en het Competitiespel wezen in dezelfde richting. Niet alleen bleken de enige kinderen argwanender, minder betrouwbaar en meer wars van risico. Ze waren ook pessimistischer, minder competitief ingesteld en minder gewetensvol. Toekomst Daarmee doen de Chinese ‘kleine keizers' hun reputatie alle eer aan, laat Lisa Cameron verstaan in het vakblad Science, dat de resultaten van haar onderzoek vandaag publiceert. Een vraag die nog open ligt, is wat de Chinese éénkindpolitiek gaat betekenen voor de (enige) kinderen van de kleine keizers en keizerinnetjes. Die jongeren groeien niet alleen zonder broertjes en zusjes op, maar ook zonder ooms en tantes. ‘En dat', zegt Cameron, ‘gaat het effect waarschijnlijk alleen maar vergroten.' DS, 11-01-2013 (Hilde Van den Eynde) |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 23:24. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.