Vlaamse leerlingen scoren slecht voor wetenschappen
Vlaamse leerlingen scoren slecht voor wetenschappen
De Vlaamse scholieren uit het lager onderwijs bengelen onderaan het Europees klassement voor wetenschap. Dat blijkt uit een wereldwijde studie. Voor wiskunde scoort de Vlaamse jeugd wel goed. Het TIMSS-onderzoek (Trends in International Mathematics and Science Study) wordt uitgevoerd bij scholieren uit het vierde leerjaar lager onderwijs. Wat wiskunde betreft zit Vlaanderen in de kopgroep, die wordt aangevoerd door Singapore, Zuid-Korea en Hongkong. Van de deelnemende Europese landen moet onze regio enkel Noord-Ierland laten voorgaan. ‘Buiten Nederland is er bovendien geen enkel land met zo weinig verschil tussen de sterkste en de zwakste leerlingen', zegt Jan Van Damme van het Centrum voor Onderwijseffectiviteit aan de KU Leuven. Wetenschappen hinken achterop Goede punten dus, maar voor wetenschap gaan de resultaten een heel andere richting uit. Op Polen, Spanje en Noorwegen na moet Vlaanderen alle West-Europese landen laten voorgaan. Slechts 2 procent van onze scholieren antwoordde correct op de vragen die internationaal als ‘gevorderd' worden beschouwd. ‘Een deel van de verklaring zit in het feit dat wetenschap in ons basisonderwijs vooral in de laatste jaren aan bod komt', stelt Van Damme. ‘We hebben echter ook duidelijke aanwijzingen dat onze leerkrachten zich niet zeker voelen in de lessen wetenschap', aldus de professor. Smet erkent probleem Ook minister van Onderwijs Pascal Smet, die dinsdag in Oslo verblijft, erkent in een mededeling het probleem. ‘Gezien de zwakke resultaten lijken zich een aantal maatregelen op te dringen in samenwerking met de onderwijsverstrekkers.' Smet wil in de vroegere leerjaren meer aandacht besteden aan wetenschap en de onzekerheid van de leerkrachten aanpakken. Het kabinet Onderwijs verzekert dat de hervorming van het secundair onderwijs, waardoor meer leerlingen voor technische en wetenschappelijke richtingen zouden moeten gaan kiezen, geworteld wordt in de lagere scholen. Bron: De Standaard, dinsdag 11 december 2012, 12u59, http://www.standaard.be/artikel/det...121211_00398563 Mening: Ik vind het spijtig dat de kop van dit artikel zo negatief geformuleerd is. Als je het artikel begint te lezen blijkt dat onze leerlingen de lagere school verlaten met een erg goed niveau voor wiskunde. Ook het verschil tussen de sterkste en de zwakste leerlingen is enorm klein. Hier mogen we als leerkrachten toch zeker fier op zijn! Een complimentje voor onze collega's van het lager onderwijs. Voor wetenschappen scoren we dan inderdaad minder goed. Ik herinner me uit de lagere school ook dat er aan wetenschappen of techniek weinig aandacht werd besteed. Natuurlijk ben ik als leerkracht secundair Nederlands-Wiskunde geen specialist in de eindtermen van lager onderwijs op het gebied van wetenschappen. In mijn eigen lessen vroeger kwam wetenschap enkel in wereldoriëntatie soms aan bod, maar die lestijden moeten nog gedeeld worden met milieu, samenleving, geschiedenis,... Pas in het middelbaar krijgen leerlingen echt specifiek wetenschappelijke vakken als fysica, biologie of chemie. |
Net zoals Jasmien vind ik dit niet zo'n slecht nieuws.
De positieve punten zoals de goede prestaties voor wiskunde en het relatief kleine verschil tussen sterke en minder sterke leerlingen, mogen zeker ook benadrukt worden. Eigenlijk vertelt het artikel ons dat er slechts één minpuntje wordt vastgesteld, namelijk het niveau van de wetenschappelijke vakken zoals fysica, chemie technologische opvoeding, ... Toen ik dit nieuwsbericht net volgde op de televisie, werd dit vooral verklaard door de onzekerheid van de leerkrachten. Bijscholingen zouden hier meer ondersteuning kunnen bieden, maar dan werd het lage budget voor bijscholingen voor leerkrachten aangehaald waardoor scholen ook beperkt worden. Ik denk inderdaad dat het bijvoorbeeld aan Pascal Smet zal zijn om het niveau van de leerlingen op te krikken en dus acties te ondernemen. |
Nu het duidelijk is dat we achterop hinken op het gebied van wetenschap kunnen we misschien stappen ondernemen om deze tekorten weg te werken.
Aangezien we op de overige vakken niet slecht scoren, zou het dan geen goed idee zijn om de extra aandacht te geven aan wetenschapsvakken. En dit zonder het verwaarlozen van de andere natuurlijk. Dit kunnen we misschien doen door de methoden, de aanpak of de context aan te passen. |
Het gaat over een onderzoek uitgevoerd in het 4e leerjaar. Het artikel geeft aan dat wetenschappen bij ons vooral in het 5e en 6e jaar aan bod komen, wat misschien een verklaring van onze achterstand zou kunnen zijn. Toch is het een aandachtspunt. Belangrijk hierbij kan de meer wetenschappelijke vorming van onderwijzers zijn. Zij moeten eerst zelf een goede basis hebben. In het secundair onderwijs kiezen vele leerlingen voor ASO als zij vinden dat ze dit aankunnen. TSO- of BSO-richtingen worden door velen als "minder" beschouwd. Toch bieden deze richtingen kansen om goede technische mensen te vormen, waar in onze maatschappij heel wat nood aan is! Daar wil Pascal Smet ook aan werken met zijn hervormingsplannen. Volgens die plannen zou elke leerling in de eerste graad secundair meer techniek aangeboden krijgen, zodat leerlingen met goed technische vaardigheden meteen ook in de juiste richting zitten.
|
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 14:47. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.