Scoutsleiders haken almaar sneller af
 

Houdbaarheidsdatum leiding: drie jaar


BRUSSEL - Het gaat bergaf met de scoutsleiding. Veel jongeren zijn niet meer gemotiveerd om lange tijd leiding te geven in de jeugdbeweging. Tot die conclusie kwam masterstudent Jef Deyaert.


‘Ik ben zelf al vijf jaar leider bij de scouts. Toen ik pas begon, hadden we een leiding die jaren meeging. Nu niet meer’, zegt Jef Deyaert. Volgens de student vormt dit een bedreiging voor de lokale groepen. Zij moeten met minder leiding een even groot aantal leden opvangen. Hierdoor krijgen ze meer stress en stoppen ze sneller. ‘Een vicieuze cirkel’, aldus Deyaert in zijn masterproef aan de Universiteit Antwerpen.


De cijfers

Goed nieuws is alvast dat het aantal leden van de scouts gelijk blijft. Er zijn wel iets meer jongens die zich inschrijven dan meisjes. ‘Het is dus geen verrassing dat meer mannen dan vrouwen op termijn in de leiding terechtkomen’, zegt Deyaert. Opmerkelijk is wel dat ze sneller de brui geven aan hun leiderschap.

Bovendien geven de jongeren steeds minder jaren leiding. In 2000 was dat nog iets meer dan vier jaar, in 2007 amper drie jaar. Kurt Jacobs van Steunpunt Jeugd bemerkt ook deze tendens: ‘Er is onder jongeren wel veel engagement, maar ze doen aan engagement-hopping. Jongeren willen de vrijheid om te kunnen kiezen waar ze zich voor inzetten. Leiders in de jeugdbeweging willen geen zes jaar meer vasthangen aan hetzelfde project.’ De cijfers van Deyaert bestrijken bovendien een beperkte periode: ‘Mijn studie gaat over de periode 2000 - 2007. Ik kan dus niet zeggen hoe het over een aantal jaren met de leiding staat.’ Het is wel een problematische tendens, zegt de student: ‘Wanneer het aantal ervaren leiders daalt, dan is het moeilijk om bepaalde tradities over te brengen.’ Christophe Lambrechts, verbondscommissaris bij Scouts en Gidsen Vlaanderen begrijpt de bezorgdheid: ‘We moeten kennis garanderen. We doen dat door ondersteuning te bieden bij het opstellen van een draaiboek. Dat moet jonge leiders helpen.’ Bovendien zijn oud -leden vaak nog betrokken bij de werking. Lambrechts: ‘een aantal oud-leden biedt ondersteuning en vaak bestaat er een oud-ledenwerking bij de groepen.’


Waarom stoppen ze dan?

De mannen ontgroeien hun scoutsbroek, zo blijkt. Na verloop van tijd vinden ze zichzelf te oud en geven ze de fakkel door. De vrouwen stoppen vaak omdat ze problemen hebben met het gedrag van andere leden. Wanneer zij vinden dat er te weinig engagement is, stappen ze liever op.

Bovendien hebben de jongens en meisjes weinig tijd. Vele scoutsleiders hebben vaak het hele jaar door examens.

Sommige scoutsgroepen vrezen daarom ook dat ze minder leiding zullen aantrekken in de toekomst. Lambrechts: ‘Vooral voor Akabe-groepen is het moeilijk. Zij organiseren kampen voor jongeren met een verstandelijke beperking.’ De Akabe - leden kunnen wel als hulpleider worden aangesteld, maar ze kunnen zelf geen leider worden. ‘Daarvoor zijn gemotiveerde mensen nodig. Vaak komen ze uit andere scoutsgroepen of de zorgsector’, zegt Lambrechts.


DS, 12-07-2012