Te westers geworden om terug te sturen
 

Te westers geworden om terug te sturen - Nederlands asielbeleid heeft nieuwe term: verwestering


BRUSSEL - De Nederlandse minister van Immigratie en Asiel vreest dat 'verwesterde Afghaanse meisjes' gevaar lopen als ze naar hun land worden teruggestuurd. Hij wil ze daarom een verblijfsvergunning geven.


De klasgenootjes hadden alle zeilen bijgezet toen ze vreesden dat Sahar uit het land zou worden gezet. De veertienjarige Sahar Hbrahim Gel zou na tien jaar vergeefse asielaanvragen terug naar Afghanistan worden gestuurd, het land dat haar ouders verlieten toen ze vier jaar oud was. Sahar is opgegroeid in asielcentra, ze is dertien keer van adres veranderd. Ondertussen zit ze in het tweede middelbaar, spreekt ze perfect Nederlands en wil ze in geen geval terug naar haar geboorteland. 'Mijn vrijheid wordt beperkt, ik zal daar niet kunnen zeggen, doen en dragen wat ik wil', zei ze enkele maanden geleden op televisie. Sahar is intussen een Bekende Nederlander geworden. Net als de Turkse kleermaker Gümüs die in de jaren negentig werd uitgewezen, is zij hét symbool voor de menselijke problemen van het vluchtelingenbeleid in Nederland.

Gerd Leers, de CDA-minister voor Immigratie en Asiel, moest keer op keer komen uitleggen waarom het meisje niet kon blijven. Onder het motto 'Streng maar rechtvaardig' probeerde hij enerzijds aan de eis van de Partij voor de Vrijheid voor een hard migratiebeleid tegemoet te komen, terwijl hij anderzijds de linkervleugel van zijn partij niet tegen de haren in wilde strijken.

Sahar Hbrahim Gel moet hem kopzorgen hebben gegeven. Hij kon, zoals zijn Belgische collega, dan wel zijn discretionaire bevoegdheid gebruiken om haar uitzonderlijk een verblijfsvergunning te geven, maar daarvoor vond hij haar geval niet 'uniek' genoeg. Er zijn wel bijna tweeduizend gezinnen die in dezelfde situatie zitten, zei hij.

Toch lukte het hem niet om Sahar en haar familie uit het land te zetten, omdat de rechtbank vond dat hij onvoldoende had gemotiveerd hoe Sahar zich 'met haar verwesterde opvattingen' zou kunnen aanpassen in Afghanistan. Leers ging - nadat de PVV dat had geëist - in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechter. Dat was de publieke, strenge kant van minister Leers. Zijn rechtvaardige kant gaf aan het ministerie van Buitenlandse Zaken opdracht om te onderzoeken hoe veilig het was in Afghanistan voor meisjes die verwesterd zijn.

En zo kwam minister Leers enkele weken geleden plots met de mededeling dat 'verwestering' een onderdeel wordt van de afweging voor de terugkeer van Afghaanse meisjes. Het is niet precies duidelijk hoe die 'verwestering' kan worden gemeten, maar minister Leers denkt dat van meisjes ouder dan tien, die minstens acht jaar in Nederland wonen, niet kan worden verlangd dat ze terugkeren naar Afghanistan.

Het zou, volgens Leers, om een beperkte groep van zo'n veertig à honderd meisjes gaan die zo een verblijfsvergunning kunnen krijgen. Een groep groot genoeg om het CDA te sussen, maar klein genoeg om de lastige PVV koest te houden.

Vandaag komt minister Leers zijn nieuw beleid in het parlement toelichten, maar de oppositiepartijen die eerst heel enthousiast waren dat Sahar een verblijfsvergunning kreeg, gaan de minister ter verantwoording roepen omdat ze vrezen dat er nu willekeur in het asielbeleid sluipt.


Motie

De PvdA'er Hans Spekman dient een motie in dat gewortelde kinderen die meer dan acht jaar in Nederland wonen, een verblijfsvergunning moeten krijgen. GroenLinks vraagt zich af of verwesterde kinderen uit Somalië, Pakistan of Iran dan geen risico lopen als ze terug naar huis worden gestuurd.

De twee oppositiepartijen hopen dat ze vandaag in het parlement een deel van de CDA-achterban kunnen warm maken om de motie te steunen. 'Het CDA heeft sinds kort een nieuwe voorzitter en de leden willen dat de partij een socialer gezicht toont', zegt de woordvoerder van GroenLinks aan de telefoon.

In dat geval zal minister Leers het mogen uitleggen aan de gedoogpartner van de regering, met wie hij heeft afgesproken het aantal migranten in Nederland sterk te verminderen.


DS, 27-04-2011 (Corry Hancké)