Succes Erasmusbeurzen zet budget onder druk
 

Succes Erasmusbeurzen zet budget onder druk

Dinsdag 26/10/10
Bron: www.demorgen.be

Maar liefst 3.628 Vlaamse studenten willen dit academiejaar minstens een semester naar het buitenland in het kader van het Erasmusproject. Dat zijn er fors meer dan het voorbije jaar. Alleen bestaat de kans dat er door het succes niet voldoende geld is om iedereen een beurs te bezorgen, zo meldt het Leuvense blad Veto.
De populariteit van het programma is goed nieuws voor Vlaanderen. Tot nu toe stokte het aantal studenten dat kiest voor een paar maanden buitenland immers op ongeveer 9 procent. Europa wil tegen 2020 een stijging tot 20 procent zien.

Vorig jaar gingen 2.988 studenten een tijdje 'op Erasmus'. Dit jaar zijn er 3.628 gegadigden. Het aantal aanvragen dat bij EPOS (Europese Programma's voor Onderwijs), binnenkomt en het aantal studenten dat effectief gaat zou zo goed als identiek zijn en dat betekent dus een toename van meer dan 20 procent. Aangezien nog niet eens alle aanvragen binnen zijn, ligt de uiteindelijke stijging vermoedelijk nog hoger.

"Vorig jaar hebben we 179 studenten op Erasmus gestuurd. Dit jaar zullen er al 245 vertrekken en ik krijg nog elke dag mails", zegt Patricia De Clopper van de dienst internationale samenwerking van de UA. "Er is absoluut een stijgende interesse. Eindelijk, zou ik zeggen."De UA is niet de enige instelling die het succes vaststelt: aan zowat alle universiteiten en hogescholen is hetzelfde merkbaar. Het aantal geïnteresseerden voor buitenlandse stageplaatsen (vooral populair aan de hogeschool) neemt ook toe: van 500 deelnemers vorig jaar naar 999 geïnteresseerden nu.

Maar het moet nog beter kunnen. Zeker met de Europese richtnorm in het achterhoofd. Onder andere de UGent zal vanaf volgend jaar werk maken van een structurele inbedding van Erasmus in het curriculum. "Nu al trekken onze studenten sinologie zo goed als standaard zes maanden naar China", legt Valère Meus uit. "We kijken momenteel hoe we in zowat alle opleidingen een zogenaamd 'Erasmus Mobility Window' kunnen inbouwen. Dat is een periode van zes maanden waar een buitenlandse ervaring perfect kan geïntegreerd worden. Een verplichting zal het niet zijn, maar we hopen wel dat opleidingen dit zullen ondersteunen en stimuleren." Ook de KU Leuven laat weten dat "een scenario waarbij een tijdje in het buitenland studeren als normaal beschouwd wordt en niet langer de uitzondering is", het uiteindelijke doel is.

De toegenomen populariteit zou onder andere te verklaren zijn door het feit dat meer opleidingen een tweejarige master hebben. Het eerste masterjaar leent zich perfect voor een tripje naar het buitenland. Met een opleiding die bestaat uit een driejarige bachelor en een eenjarige master lag dat moeilijker.

Meer geld en meer kwaliteit
Nadeel van het succes is de kostprijs. Volgens het Leuvense studentenblad Veto zal de pot van 4.688.550 euro die Vlaanderen voorziet mogelijk niet meer voldoende zijn om alle Erasmussers van een beurs te voorzien. Het merendeel van de instellingen, waaronder de KU Leuven, laat echter weten dit jaar nog toe te komen "maar beseft dat het beursbudget krap wordt". (Kim Herbots)

“Op Erasmus gaan” kan een meerwaarde bieden aan je opleiding, omdat je de kans krijgt in het buitenland ervaring op te doen. Zeker voor taalstudenten is dat erg aantrekkelijk, al ondervinden allerlei studenten uit uiteenlopende richtingen er voordelen van. Je weet dan immers hoe het eraan toegaat in een ander land van de Europese Unie, wat de internationalisering van de EU bevordert. Bovendien wordt hierdoor ook de samenwerking van de verschillende landen op vlak van onderwijs gestimuleerd. Daarom is het ook zo positief dat de populariteit van het project in Vlaanderen aan een flinke opmars bezig is. Persoonlijk vind ik natuurlijk, net zoals in het artikel staat, dat je zo’n uitwisseling nooit kan verplichten: er zijn immers altijd wel studenten voor wie een buitenlandse stage niet haalbaar is, bijvoorbeeld omwille van (een tekort aan) geld, problemen thuis of gewoon omdat ze dit niet zien zitten. Maar een integratie van een buitenlandse ervaring in de opleidingen, waardoor in het buitenland studeren veeleer als normaal beschouwd zal worden, lijkt me wel goed. Studenten zouden zo veel mogelijk de kans moeten krijgen om aan het Erasmusproject deel te nemen. Spijtig genoeg is er met de toename aan populariteit wel een probleem: te weinig geld om alle Erasmussers van een beurs te voorzien. Hopelijk vindt men hiervoor van Europa uit een oplossing. Dit is immers een mooie kans voor de Europese landen om met elkaar samen te werken, over de grenzen heen.
Ik hoop in ieder geval dat het programma verder ontwikkeld zal worden, want ik denk dat het in de toekomst inderdaad de internationalisering van Europa kan stimuleren en bovendien ook de studenten op zich van extra ervaring kan voorzien. Ik heb namelijk zelf een leerkracht Frans gehad in het secundair die een jaar in Parijs had gewoond. Zij sprak bijgevolg vloeiend Frans en wist ook heel wat van het dagelijks leven en de cultuur in de Franse hoofdstad en omstreken.