Schaf het celibaat af, nu!
Schaf het celibaat af, nu!
Terwijl kardinaal Walter Kasper, voorzitter van de Pauselijke Raad voor de Eenheid van de Christenen, gisteren nog pleitte voor een harde aanpak van de misbruikschandalen binnen de rooms-katholieke kerk, gaat HANS KÜNG naar de wortels van het probleem: het celibaat. Uit de Verenigde Staten, Ierland en nu ook Duitsland komen berichten over massaal seksueel misbruik van kinderen en adolescenten door katholieke geestelijken. Het betekent enorm gezichtsverlies voor de katholieke kerk en legt de diepe crisis bloot waarin de kerk verkeert. De voorzitter van de Duitse bisschoppenconferentie, aartsbisschop Robert Zollitsch van Freiburg, heeft een publieke verklaring afgelegd. Het feit dat Zollitsch de gevallen van misbruik 'verschrikkelijke misdaden' noemde en dat de conferentie als geheel op 25 februari in een verklaring vergiffenis aan de slachtoffers vroeg, zijn eerste stappen om in het reine te komen met het onvergeeflijke wangedrag. Maar er moeten verdere stappen volgen. Bovendien bevat de verklaring van Zollitsch drie jammerlijke fouten, die weerlegd moeten worden. Eerste foutieve stelling: seksueel misbruik door geestelijken heeft niets te maken met het celibaat Protest! Je kunt niet ontkennen dat het misbruik ook voorkomt in gezinnen, scholen, associaties en kerken zonder celibaat. Maar waarom komt het zo bijzonder vaak voor in de katholieke kerk met celibataire leiders? Uiteraard is het celibaat niet de enige oorzaak van het wangedrag. Maar het is de belangrijkste oorzaak - en het is structureel de meest doorslaggevende uiting van de strenge houding van de kerkelijke hiërarchie tegenover de seksualiteit in het algemeen, een houding die we ook terugzien in de kwestie van de contraceptie en verwante thema's. Een blik op het Nieuw Testament maakt het duidelijk: Jezus en Paulus beoefenden het celibaat op voorbeeldige wijze in dienst van hun priesterschap, maar stonden elk individu verder complete vrijheid toe op dat vlak. Beschouwd vanuit de bijbel kan het celibaat alleen maar opgevat worden als een vrij gekozen roeping en niet als een algemeen toepasbare wet. Paulus sprak nadrukkelijk mensen tegen hen die in zijn dagen de mening waren toegedaan dat 'het goed voor een man is een vrouw niet aan te raken', door te antwoorden: 'Maar om seksuele immoraliteit te vermijden behoort elke man zijn eigen vrouw te hebben en elke vrouw haar eigen man' (1 Korinthiërs 7:1-2). Volgens de eerste brief aan Timotheüs, 'moet een bisschop onberispelijk zijn, de man van één vrouw' (1 Timotheüs 3:2). Er staat niet: 'de man van geen vrouw'. Petrus en de andere apostelen waren getrouwde mannen, en hun priesterschap leed er niet onder. Eeuwenlang bleef dat de regel voor zowel bisschoppen als priesters, en in de kerken in het Oosten, zowel orthodoxe als kerken verbonden met Rome, is dat tot vandaag nog altijd de regel voor minstens de priesters. De Roomse celibaatsregel is in tegenspraak met de bijbel en de katholieke traditie. Hij moet afgeschaft worden. Tweede foutieve stelling: het is 'volledig fout' om de gevallen van misbruik terug te voeren op een systeemfout binnen de katholieke kerk Protest! De celibaatsregel bestond praktisch niet tijdens het eerste millennium van de kerk. Hij werd in de elfde eeuw geïntroduceerd in het Westen door monniken (die in volle vrijheid voor het celibaat kozen) - in het bijzonder door paus Gregorius VII - en werd opgelegd in weerwil van hevig verzet van de geestelijkheid in Italië en Duitsland, waar het verzet zo hoog opliep dat slechts drie bisschoppen het aandurfden de Roomse wet op te leggen. Duizenden priesters protesteerden tegen de nieuwe wet. In een petitie vroeg de Duitse clerus zich af of de paus het woord van de Heer niet erkent: 'Die dit vatten kan, vatte het' (Mattheüs 19:12). In die uitspraak - de enige in de Bijbel over celibaat - spreekt Jezus zich duidelijk uit voor de vrije keuze van die levenswijze. De celibaatsregel - samen met het absolutisme van de paus en het verplicht klerikalisme - werd een van de centrale steunpilaren van het 'Roomse systeem'. In tegenstelling tot geestelijken in de oosterse kerken kwam de clerus in het Westen, vooral door het celibaat, totaal los te staan van de rest van de christelijke gemeenschap: een unieke en dominante sociale klasse die radicaal superieur was ten opzichte van de lekenbevolking, maar volledig ondergeschikt aan de paus in Rome. Het verplichte celibaat is de voornaamste reden voor het rampzalige tekort aan priesters tegenwoordig, voor de fatale verwaarlozing van de eucharistieviering en voor de tragische teloorgang van het persoonlijke pastorale priesterschap op vele plaatsen. Die gevolgen worden gemaskeerd door de versmelting van plaatselijke parochies tot regionale 'pastorale zones', met totaal overwerkte priesters. Wat zou de beste oplossing zijn voor het probleem van de rekrutering van toekomstige priesters? Heel simpel: afschaffing van de celibaatsregel, de wortel van al dit kwaad, en de toelating van vrouwen tot de priesterwijding. De bisschoppen weten dat, maar hebben de moed niet om het in het openbaar te zeggen. Derde foutieve stelling: de bisschoppen hebben voldoende verantwoordelijkheid op zich genomen Uiteraard is het goed te horen dat er concrete maatregelen worden genomen om gevallen van misbruik aan de oppervlakte te brengen en om ze in de toekomst te vermijden. Niettemin moet de vraag gesteld worden of de bisschoppen zelf niet verantwoordelijk zijn voor de decennialange praktijk om gevallen van misbruik toe te dekken, waarbij ze vaak niet meer deden dan de misdadiger in het geheim een nieuwe standplaats geven. Zijn de wegmoffelaars van het verleden plotseling geloofwaardige ontmaskeraars geworden? Moeten geen onafhankelijke commissies worden opgericht om met dat soort gevallen om te gaan? Ratzinger Totnogtoe heeft amper één bisschop zijn deel van de schuld op zich genomen, terwijl de bisschoppen perfect kunnen aanvoeren dat ze met hun doofpotoperaties gewoon de instructies van Rome volgden. Omwille van de discretie heeft de geheimzinnige Vaticaanse Congregatie voor de Geloofsleer in het verleden de exclusieve juridische bevoegdheid opgeëist aangaande alle betekenisvolle gevallen van seksueel misbruik door geestelijken, en dus zijn van 1981 tot 2005 al die gevallen op het bureau van haar prefect beland, kardinaal Ratzinger. Op 18 mei 2001 stuurde kardinaal Ratzinger nog een Epistula de delictis gravioribus aan alle bisschoppen ter wereld, een plechtige brief aangaande ernstige misdaden, met de vormen van misbruik die onder secretum Pontificium of 'pauselijke geheimhouding' vallen, op straffe van zware kerkelijke sancties. Heeft de kerk ook geen recht op een mea culpa van de paus, solidair met de bisschoppen? En moet zo'n daad van berouw niet verbonden worden met een daad van herstel, door toe te laten dat de celibaatsregel, die tijdens het Tweede Vaticaans Concilie niet besproken mocht worden, eindelijk open en in alle vrijheid wordt onderworpen aan het oordeel van de hele kerk? Dezelfde openheid waarmee de kerk momenteel eindelijk in het reine komt met het misbruik is nu aan de orde om de confrontatie aan te gaan met een van de voornaamste structurele oorzaken ervan: de celibaatsregel. De bisschoppen zouden dat moedig en nadrukkelijk moeten voorstellen aan paus Benedictus XVI. Hans Küng, Zwitserse professor-emeritus theologie aan de universiteit van Tübingen © 2010 Hans Küng, DS, 10-03-2010 |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 22:49. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.