Kafka op zijn Vlaams
Kafka op zijn Vlaams
De manier waarop Vlamingen die vanuit het buitenland terugkeren en hun kinderen willen inschrijven in scholen, ontvangen worden, laat te wensen over, vindt Marc Brysbaert . Hij spreekt uit eigen ervaring. 'Mijn dochter moest en zou terugkeren naar het eerste middelbaar, hoewel ze helemaal geen leerachterstand had.' In het Pact Vlaanderen 2020 worden de Vlamingen opgeroepen Vlaanderen op te tillen tot een van de vijf rijkste regio's van Europa. Vlaanderen moet innoveren, talenten aanboren en internationaliseren, stelt de Vlaamse Regering. Maar hoe goed is Vlaanderen hierop voorbereid? Op basis van mijn eigen ervaringen heb ik hier alvast bedenkingen bij. In 2007 werd ik door de Vlaamse regering aangezocht om als buitenlandse hoogleraar naar Vlaanderen terug te keren binnen het kader van het Odysseusprogramma. Ik heb daar lang over getwijfeld, want ik had het zeer naar mijn zin in Londen. Uiteindelijk heb ik me in 2008 laten overhalen, gedeeltelijk uit idealisme om inderdaad iets terug te doen voor Vlaanderen. Een van de eerste zaken die een terugkerend gezin moet regelen is de school van de kinderen. Dus schreven mijn vrouw en ik onze dochter in. Omdat zij geboren was in 1995 en nooit enige leerproblemen had, schreven wij haar in in het tweede middelbaar, het schooljaar waarin de kinderen van dat jaar zitten. De school stuurde een aanvraag naar het ministerie van onderwijs voor een gelijkwaardigheidsattest van de Engelse studies. Alles ging goed tot eind november. Toen kreeg de school plots telefoon van het ministerie met de boodschap dat het gelijkwaardigheidsattest geweigerd was. Alle kinderen uit Engeland moeten een jaar terug als ze naar Vlaanderen komen. Omdat onze dochter het eerste jaar middelbaar in Engeland voltooid had, moest ze dus terug naar het eerste jaar middelbaar in Vlaanderen. De school tekende onmiddellijk verzet aan, want mijn dochter deed het goed op school. Hierbij botste ze echter op een muur. Ook op ons gemotiveerd schrijven kregen we te horen dat het besluit onherroepelijk was. Ondertussen waren we eind december en had onze dochter haar eerste examenreeks beëindigd. Dit bevestigde wat de school aan het ministerie gemeld had, namelijk dat er helemaal geen leerproblemen waren. Gesterkt hierdoor namen we opnieuw contact op met het ministerie, echter zonder resultaat. Mijn dochter moest en zou terugkeren naar het eerste middelbaar, ongeacht het feit dat ze helemaal geen leerachterstand had ten opzichte van haar leeftijdgenoten en ongeacht de emotionele impact die een dergelijke beslissing heeft op een dertienjarig kind. Laten we deze gang van zaken even toetsen aan het Pact van Vlaanderen 2020 en het discours van de Vlaamse Regering over hoe het moet met Vlaanderen: Internationalisering en mobiliteit in Europa (maar niet als je kinderen hebt die in het secundair studeren). Aanboren van talenten (een kind dat 77 procent behaalt, moet een jaar overzitten en wordt gestuurd naar een klas waar ze een jaar ouder is dan haar medeleerlingen). Inspraak van de school en de burger (is telkens hooghartig afgewezen geworden). Men kan zich afvragen hoe een ministerie zo kan functioneren. Hier zijn twee redenen voor. Ten eerste wordt de gelijkwaardigheid, behalve voor Nederland, nergens expliciet geregeld. Dus heeft het ministerie zelf wat informatie bijeengezocht en op basis hiervan een aantal 'regels' opgesteld om de kwaliteit van het Vlaamse onderwijs te bewaken. Eén van die 'regels' is dat iedereen die uit Engeland komt een jaar terug moet, ook al discrimineert dit kinderen die na 1 september geboren zijn (zoals mijn dochter). Ten tweede is het ministerie straffeloos in zijn beslissingen. Er is geen onafhankelijke beroepsmogelijkheid en het enige verweer dat ouders en scholen hebben is de Raad van State. Die is niet alleen duur, maar heeft ook tijd nodig en kan geen attest van gelijkwaardigheid afleveren. Alles wat de Raad van State kan doen, is de vorige beslissing vernietigen, waarop de hele procedure opnieuw kan beginnen bij dezelfde instantie. Als gevolg daarvan kan het ministerie de meest onzinnige beslissingen nemen. Een gezin met een kind uit het eerste middelbaar dat voor een schooljaar naar Engeland gaat, kan bij de terugkomst geconfronteerd worden met de beslissing dat het kind naar het tweede middelbaar moet, omdat men vanuit Engeland 'altijd een jaar verliest'. Het is duidelijk dat als het de Vlaamse politici menens is om van Vlaanderen een topregio te maken er nog heel wat werk aan winkel is (op basis van wat ik links en rechts hoor, heb ik niet de indruk dat ons probleem met het ministerie een uitzondering is). Twee mogelijkheden dienen zich aan. Vooreerst is het duidelijk dat de betreffende dienst bij het ministerie niet goed werkt. Beslissingen worden niet gemotiveerd en er wordt op geen enkele manier rekening gehouden met adviezen van de school of met mogelijke discriminatie ten opzichte van kinderen in Vlaanderen. Een grondige audit van de beslissingen van de afgelopen tien jaar is het minste wat men moet doen, om de ernst van de situatie te evalueren. Verder kan men zich vragen stellen over het nut van deze dienst. Waarom vertrouwt men het oordeel van de school niet? Toen wij onze dochter gingen inschrijven, heeft de school ons duidelijk gezegd dat ze het zouden proberen in het tweede middelbaar, maar continu zouden opvolgen. Indien duidelijk werd dat de overgang niet werkte, dan zou men ons bij de eerste evaluatie (herfstvakantie) ten zeerste aanraden om een jaar terug te keren. Dit leek ons een zeer aanvaardbaar voorstel, dat we zonder problemen zouden gevolgd hebben. Waarom moet het oordeel van de school herroepen worden? Nu is wat gebeurd is niet alleen een kaakslag voor mijn dochter, maar ook een slag in het gezicht van de school, want blijkbaar weet een ambtenaar in Brussel beter wat goed is voor een leerling dan een team van 15-20 leerkrachten en taakleerkrachten die dag in dag uit met het kind omgaan! Hier ligt duidelijk een taak voor de Vlaamse politici. Dit is iets wat we zelf gecreëerd hebben en in handen hebben. Dit is het ontvangstcomité dat we klaar staan hebben voor Vlamingen met kinderen die vanuit het buitenland terugkeren en voor de buitenlandse talenten die we willen aantrekken. Dit is mobiliteit in de praktijk. Of het gebrek daaraan, want wat mijn ervaringen duidelijk aantonen is dat de Vlaamse administratie allerhande onprettige verrassingen in petto heeft voor mensen die niet mooi binnen de lijnen van de Vlaamse gemeenschap blijven, zelfs indien ze door de Vlaamse Regering gevraagd worden om mee gestalte te geven aan het 'nieuwe' en 'dynamische' Vlaanderen. Marc Brysbaert is hoogleraar Universiteit Gent. DS, 20-02-2009 |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 22:26. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.