actualiteitsforums

actualiteitsforums (http://actualiteit.org/forums/index.php)
-   Nationaal (http://actualiteit.org/forums/forumdisplay.php?f=66)
-   -   Trouwen of samenwonen? (http://actualiteit.org/forums/showthread.php?t=22174)

Barst 27th October 2008 20:10

Trouwen of samenwonen?
 
Trouwen of samenwonen?

Sinds 1 januari 2000 kunnen samenwoners zich in ons land laten registreren als 'wettelijke samenwoners'. En dat statuut is inmiddels razend populairder geworden. In 2000 kozen ongeveer 5.000 samenwoners voor het nieuwe statuut. Vorig jaar was dat aantal opgelopen tot 49.189. Daarmee overtrof het aantal samenlevingsovereenkomsten vorig jaar voor het eerst het aantal huwelijken dat in ons land werd voltrokken. Voor de portemonnee maakt het op het eerste gezicht niet meer veel uit of je trouwt of samenwoont. Fiscaal werden beide statuten immers bijna volledig geharmoniseerd. Maar op sociaal vlak worden samenwoners nog altijd minder goed beschermd.



Of je nu kiest voor samenwonen of voor het huwelijk, voor je belastingbrief maakt je burgerlijke stand in principe niets meer uit. Een grootscheepse belastinghervorming, waarvan de laatste fase in werking is getreden in 2005, maakt een eind aan zo goed als alle fiscale discriminaties die er op dat vlak nog bestonden voor de inkomstenbelasting. De krachtlijn van deze hervorming is dat wettelijke samenwoners voor het fiscale wetboek nu onder dezelfde noemer vallen als gehuwden. Of met andere woorden: wanneer de wet het heeft over de wettige echtgenoot, wordt daar ook de wettige samenwoner mee bedoeld.

Daarnaast heeft de belastinghervorming echter ook de fiscale spelregels voor feitelijke samenwoners in grote lijnen gelijkgetrokken met die voor gehuwden. De inkomsten van twee partners die onder hetzelfde dak wonen, worden sinds de belastinghervorming immers altijd volledig gescheiden belast, ongeacht hun burgerlijke stand. Bovendien hebben twee partners ook altijd allebei afzonderlijk recht op een belastingvrij basisinkomen, de zogenaamde belastingvrije som. Die bedraagt dit jaar 6.150 euro per persoon (inkomstenjaar 2008, aanslagjaar 2009). In de meeste gevallen maakt het fiscaal bekeken dan ook geen cent meer uit of je alleenstaande bent, wettelijk of feitelijk samenwoont of gehuwd bent.

Een aantal verschillen blijft echter bestaan. Vaak gaat het daarbij om kleinigheden. Zo ontvangen gehuwden en wettelijke samenwoners bijvoorbeeld een gemeenschappelijk aanslagbiljet terwijl 'feitelijke' samenwoners net als alleenstaanden hun afrekening elk afzonderlijk ontvangen, op aparte aanslagbiljetten.

Een iets pikanter detail is het verschil in aansprakelijkheid ten overstaan van elkaars belastingschulden. Ben je gehuwd of wettig samenwonend dan ben je mee aansprakelijk voor de belastingschulden van je partner en kan de fiscus zich ook tot jou richten als je partner zijn belastingen niet betaalt. Woon je feitelijk samen dan heeft de fiscus dat recht niet.

Meer inhoudelijk bestaan er ook nog enkele andere verschillen die het vermelden waard zijn. Gehuwden en wettige samenwoners hebben bijvoorbeeld een aantal fiscale optimaliseringsmogelijkheden die niet van toepassing zijn voor feitelijke samenwoners, zoals het huwelijksquotiënt of het statuut van meewerkende echtgenoot. Wanneer slechts één van beide partners een eigen inkomen heeft, is het mogelijk om met één van deze technieken het inkomen van de werkende partner te splitsen over beiden, wat fiscaal voordeliger is. Feitelijke samenwoners, die fiscaal als alleenstaanden worden beschouwd, hebben die mogelijkheid niet. Verder is ook onderlinge verliescompensatie mogelijk tussen gehuwden en wettig samenwonende partners, een mogelijkheid die evenmin bestaat voor feitelijke samenwoners.

Los van de hervorming van de inkomstenbelasting werd er de voorbije jaren ook gesleuteld aan de fiscale regels die van toepassing zijn op erfenissen. Ook hier is de gelijkschakeling tussen gehuwden en samenwoners inmiddels in grote mate een feit. Aangezien dit een gewestelijke bevoegdheid is, bestaan er op dit vlak nog wel een aantal verschillen tussen de gewesten onderling. Vlaanderen gaat hierin het verst en hanteert voor samenwoners dezelfde tarieven als voor gehuwden wanneer de partners op datum van het overlijden wettelijk samenwoonden of minstens één jaar feitelijk samenwoonden. In het Brusselse Gewest kunnen alleen wettelijke samenwoners genieten van de lage tarieven die gelden voor echtgenoten. Feitelijke samenwoners betalen in het Brusselse Gewest in ieder geval de hoge tarieven die gelden voor 'vreemden' (40 tot 80procent). En in Wallonië, ten slotte, gelden voor wettelijke samenwoners enkel dezelfde successierechten als voor gehuwden wanneer de verklaring van wettelijke samenwoning minstens één jaar oud is op het moment van het overlijden. In alle andere gevallen zijn ook daar de hoogste tarieven van toepassing (30 tot 90procent).

Omdat beide statuten fiscaal zo goed als volledig gelijkgetrokken, blijken de verschillen voor de portemonnee minimaal te zijn. Op het vlak van (sociale) bescherming zijn er echter nog wél een aantal verschillen. Maar die gaan meestal pas spelen op latere leeftijd.

Neem bijvoorbeeld het rustpensioen. Dat wordt in ons land berekend op basis van de gepresteerde carrière. Hebben de twee partners allebei een eigen loopbaan, dan hebben ze dus ook allebei recht op een eigen pensioen. Of ze getrouwd zijn of samenwonen, maakt dan niets uit.

Voor getrouwde paren waarvan één van beide partners geen of weinig pensioenrechten heeft opgebouwd, wordt de burgerlijke stand echter wel belangrijk. Heeft één van beide echtgenoten te weinig eigen pensioenrechten, dan wordt het pensioen van de 'werkende' echtgenoot immers omgezet in een gezinspensioen. Concreet betekent dit dat het alleenstaandepensioen met 25 procent wordt opgetrokken.

Samenwoners echter hebben nooit recht op een gezinspensioen. Zij moeten het stellen met één alleenstaandepensioen als slechts één van beide partners pensioenrechten heeft opgebouwd. De partner zonder eigen carrière kan in zo'n situatie onder bepaalde voorwaarden wel recht hebben op het gewaarborgd inkomen voor gepensioneerden.

En ook als de partner waarmee je samenwoont overlijdt, mis je als langstlevende een aantal rechten. Een overlevingspensioen kan immers enkel toegekend worden aan de langstlevende echtgenoot. Als langstlevende samenwoner heb je daar nooit recht op. En ook de aanvullende uitkering die uitbetaald wordt wanneer het overlijden het gevolg is van een arbeidsongeval is enkel voorbehouden voor gehuwden.

Verder hebben samenwoners ook nog altijd zeer beperkte erfrechten tegenover elkaar. Wettelijk erven ze van elkaar enkel het vruchtgebruik van de woning en van het huisraad, de zogenaamde preferentiële goederen. Willen ze elkaar ook erfrechten geven op de andere goederen uit hun nalatenschap, denk bijvoorbeeld aan hun spaargeld, de auto, enzovoort, dan moeten daar testamenten of tontines aan te pas komen. Bovendien kunnen samenwoners elkaar ook altijd weer onterven. In vakjargon: tenzij voor de preferentiële goederen zijn samenwoners geen voorbehouden of reservataire erfgenamen van elkaar.

Ten slotte blijven gehuwden ook in het voordeel voor aanvullende pensioenregelingen. De overlijdensuitkering van een extralegaal bedrijfspensioen of van een individuele pensioen- of levensverzekering is immers vrijgesteld van successierechten voor de langstlevende huwelijkspartner, maar nooit voor wettelijke en feitelijke samenwoners.


DS, 27-10-2008

Barst 27th October 2008 20:11

Het verschil tussen wettelijk en feitelijk samenwonen
 
Het verschil tussen wettelijk en feitelijk samenwonen


Samenwonen is een vlag die verschillende ladingen kan dekken. Je kunt 'wettelijk' of 'feitelijk' samenwonen, en je kunt samenwonen mét of zonder contract. Onder 'wettelijke samenwoners' verstaat de wet samenwoners die een 'verklaring van samenwoning' hebben afgelegd voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van hun woonplaats. Als je voor dat statuut kiest, stelt de wet je rechten als samenwoner minimaal veilig.



De gezinswoning geniet dan bijvoorbeeld dezelfde bescherming als in een huwelijk. Dat wil zeggen dat beide partners inspraak hebben bij de inrichting, de huur of de verkoop ervan, zelfs al is slechts één van beide partners eigenaar. Verder hebben wettig samenwonende partners sinds vorig jaar ook een beperkt erfrecht tegenover elkaar.

Voor het vruchtgebruik van de woning en het huisraad, ook wel eens de preferentiële goederen genoemd, zijn ze sindsdien elkaars wettige erfgenaam. Op alle andere goederen uit de nalatenschap, denk bijvoorbeeld aan het eigen spaargeld, de auto, enzovoort, is dit wettelijk erfrecht niet van toepassing.

Voor het overige brengt het statuut van wettige samenwoner ook verplichtingen mee. Wettelijke samenwoners zijn verplicht om in verhouding tot hun inkomsten bij te dragen in de lasten van hun samenleving en kunnen ook aansprakelijk worden gesteld voor elkaars schulden.

Twee samenwoners die geen verklaring van wettige samenwoning hebben afgelegd op het gemeentehuis worden als 'feitelijke' samenwoners beschouwd. Ze hebben zo goed als geen rechten en verplichtingen tegenover elkaar. Dat betekent echter niet dat ze geen 'samenlevingscontract' kunnen ondertekenen bij de notaris. Zo'n contract staat immers totaal los van het statuut van wettige samenwoner en kan zowel door wettelijke als door feitelijke samenwoners worden afgesloten. Een samenlevingscontract handelt vooral over de materiële kant van de zaak. Er wordt een antwoord gegeven op vragen zoals 'wie bezit wat', 'wie draait op voor de kosten van de kinderen en van het huishouden' en 'wie neemt de huur en de auto over als het tot een breuk komt'. Vaak wordt aan zo'n contract ook een lijst gehecht van de eigen bezittingen van beide partners bij begin van de samenwoning.

Eén ding is wel zeker: als het misloopt met je relatie, kun je er als samenwoner veel gemakkelijker een punt achter zetten dan wanneer je getrouwd bent. Feitelijke samenwoners hoeven in principe geen enkele formaliteit te vervullen wanneer ze uit elkaar gaan, hooguit een adreswijziging doorgeven. En ook voor wettelijke samenwoners blijft de administratieve rompslomp beperkt. Zij moeten enkel bij de burgerlijke stand van hun woonplaats een verklaring ondertekenen dat ze het samenwonen willen beëindigen. Dat kan zelfs door elke partner afzonderlijk gebeuren, zonder het akkoord van de ander.

Dat gebrek aan formaliteiten maakt dat samenwoners in principe in een mum van tijd en volledig gratis uit elkaar kunnen gaan. Dat is voor gehuwden helemaal anders. Enkel een officiële echtscheiding kan gehuwde partners van elkaar verlossen. En dat kan zoals geweten een dure en tijdrovende procedure zijn. In ons land zijn er sinds vorig jaar nog maar twee types van echtscheiding mogelijk. Een scheiding met onderlinge toestemming kan relatief snel en goedkoop, voor ongeveer 1.000 euro, op voorwaarde dat je het onderling eens bent over alle modaliteiten van de echtscheiding en de verdeling. Een echtscheiding op basis van onherstelbare ontwrichting van het huwelijk kan eventueel ook aangevraagd worden door één van beide partners afzonderlijk, maar zo'n procedure ontaardt spijtig genoeg vaak in een lange en dure lijdensweg.

Dat het voor samenwoners relatief eenvoudig is om een einde te maken aan hun relatie betekent echter nog niet dat zo'n breuk financieel geen sporen nalaat. Ten eerste kan er bij de verdeling van de gezamenlijke inboedel al veel mislopen, vooral doordat er op wettelijk vlak hiervoor weinig tot niets geregeld is. Werd er geen samenlevingscontract opgesteld waarin vastgelegd wordt welke goederen aan wie toebehoren, hoe het geld op gemeenschappelijke (spaar)rekeningen verdeeld moet worden, wie de huur overneemt, enzovoort, dan wordt het al snel een complete chaos waar het recht van de sterkste primeert.

Bij een echtscheiding zijn de spelregels veel strikter en gebeurt de verdeling van de bezittingen op basis van het afgesloten huwelijkscontract. Werd er geen huwelijkscontract opgemaakt dan is het wettelijke stelsel van toepassing. Alle bezittingen die na het huwelijk verworven zijn, worden dan als gemeenschappelijk bezit beschouwd en moeten netjes verdeeld worden.

Komt het tot een breuk tussen twee samenwoners dan kan de financiële ellende nog veel groter zijn wanneer één van beiden financieel zwak staat, bijvoorbeeld omdat hij of zij onbezoldigd de zorg voor het gezin op zich neemt. Een onderhoudsuitkering ten voordele van de partner zonder eigen inkomen is immers uitgesloten voor ex-samenwoners. In een samenlevingscontract kan eventueel bedongen worden dat diegene die de relatie verbreekt een bepaalde som moet betalen aan de ander, als een soort van verbrekingsvergoeding. Of dat de thuiswerkende partner na een breuk wordt vergoed voor de niet-betaalde arbeid. Maar echt gebruikelijk is dat niet. Bovendien kunnen dergelijke vergoedingen niet beschouwd worden als onderhoudsgeld. En ze kunnen evenmin onbeperkt in de tijd worden opgelegd. Na een breuk ben je als thuisblijvende partner dus in ieder geval weer aangewezen op een eigen inkomen.

Dat samenwoners geen recht hebben op onderhoudsgeld wordt over het algemeen weliswaar als redelijk normaal ervaren. Overigens is ook bij echtscheidingen het recht op onderhoudsgeld door de jongste wetswijziging sterk aan banden gelegd. Sinds 1september 2007 kan de duur van het onderhoudsgeld nooit langer kan zijn dan de duur van het huwelijk, tenzij in buitengewone omstandigheden. Het recht op een onderhoudsuitkering vervalt bovendien ook altijd bij een nieuw huwelijk of als een verklaring van wettige samenwoning wordt ondertekend.

Het gebrek aan bescherming van ex-samenwoners gaat echter verder dan dit en kan ook later bij de pensioenberekening nog opspelen. Samenwoners die jarenlang de zorg voor het gezin op zich hebben genomen hebben immers te weinig pensioenrechten opgebouwd voor een volledig pensioen en moeten het na hun pensionering vaak stellen met een bedroevend laag inkomen. Voor gescheiden echtgenoten in zo'n situatie bestaat de mogelijkheid om die pensioengaten te dichten door voor de ongewerkte periodes een pensioen aan te vragen op basis van de loopbaan van de ex-echtgenoot (uiteraard enkel voor de jaren van het huwelijk). Ex-samenwoners hebben die mogelijkheid niet en moeten het in zo'n geval stellen met hun eigen onvolledige pensioen.

De conclusie is duidelijk: als één van beide partners zijn eigen carrière 'opoffert' voor het gezin biedt een huwelijk meer bescherming tegen de financiële ellende die een relatiebreuk kan meebrengen. De afwikkeling van een scheiding bij samenwoners mag dan wel simpel lijken, op lange termijn kunnen er soms pijnlijke addertjes in het gras zitten.


DS, 27-10-2008


Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 20:29.

Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.