actualiteitsforums

actualiteitsforums (http://actualiteit.org/forums/index.php)
-   R.Z.L. (http://actualiteit.org/forums/forumdisplay.php?f=68)
-   -   Kan euthanasie een recht worden? (http://actualiteit.org/forums/showthread.php?t=20115)

Barst 28th March 2008 19:15

Kan euthanasie een recht worden?
 
Kan euthanasie een recht worden?


Binnen welke juridische krijtlijnen voeren we het euthanasiedebat, vraagt HERMAN NYS zich af. 'Niemand heeft er baat bij de euthanasiewet zodanig te wijzigen dat zij niet langer met onze internationale verplichtingen in overeenstemming zou zijn.'



De nieuwe lente kondigt een nieuw euthanasiedebat aan. In een democratische rechtsstaat moet zo'n debat kunnen, in alle openheid, zonder verborgen agenda's, met soliede argumenten en respect voor ieders mening. Bovendien is het essentieel om een onderscheid te maken tussen de principiële uitgangspunten van de wet en de toepassingsmodaliteiten en duidelijk aan te geven wat men ter discussie wil stellen.

De principiële uitgangspunten van de huidige euthanasiewet meen ik als volgt te kunnen samenvatten. Euthanasie blijft een misdrijf, tenzij alle wettelijke voorwaarden zijn vervuld. Er is geen recht op euthanasie, ook niet als al die voorwaarden zijn vervuld. Ook is niemand verplicht euthanasie uit te voeren, zelfs al zijn alle wettelijke voorwaarden vervuld. Een geldig verzoek om euthanasie is juridisch niet afdwingbaar en niemand is verplicht medewerking te verlenen aan euthanasie. Strikt juridisch beschouwd is er aldus een principieel onderscheid tussen euthanasie en andere door artsen uit te voeren handelingen waarop de patiënt op basis van artikel 5 van de patiëntenrechtenwet recht heeft, indien er een behoefte aan bestaat.

Juridisch heeft euthanasie dus een statuut sui generis hetgeen tot uiting komt in een aantal wettelijke voorwaarden die niet gesteld worden voor medisch handelen in het algemeen. Zo voorziet de euthanasiewet in een toetsing vooraf (advies van een andere arts, in sommige gevallen zelfs van een tweede arts en bespreking met het verpleegkundig team waardoor het colloque singulier doelbewust wordt doorbroken) en toetsing achteraf (beoordeling door de federale evaluatie- en controlecommissie) van de wettelijke voorwaarden. Een dergelijke toetsing voor en na gebeurt niet voor andere medische handelingen. Zo is ook te verklaren waarom de euthanasiewet uitdrukkelijk toelaat dat een arts die te maken krijgt met een euthanasieverzoek bijkomende voorwaarden verbindt aan zijn handelen. Dat kan de zogenaamde palliatieve filter zijn of de tussenkomst van nog andere artsen.

Ik meen ervan te mogen uitgaan dat wie in 2002 de euthanasiewet heeft goedgekeurd daardoor ook deze uitgangspunten heeft willen onderschrijven. Het zal de helderheid van het nieuwe euthanasiedebat ten goede komen mocht iedereen zijn positie ten aanzien van deze uitgangspunten nog eens willen bepalen.

In de vorige regeerperiode zijn enkele wetsvoorstellen ingediend die minstens de indruk hebben gewekt dat zij een recht op euthanasie en een logischerwijs daaraan corresponderende plicht tot euthanasie wilden invoeren. Het behoeft geen betoog dat de juridische krijtlijnen waarbinnen het debat wordt gevoerd, dan veel ruimer getrokken worden dan in 2002. Meer bepaald zal de vraag rijzen of een wettelijk gegarandeerd recht op euthanasie wel in overeenstemming is met artikel 2 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens dat door België werd onderschreven. Het Europees Hof heeft in de zaak-Pretty (2002) duidelijk gesteld dat uit het door artikel 2 beschermde recht op leven geen recht op levensbeëindiging kan worden afgeleid. Niemand heeft er baat bij de euthanasiewet zodanig te wijzigen dat zij niet langer met onze internationale verplichtingen in overeenstemming zou zijn.

Mocht overeenstemming blijven bestaan over de principes waarop de euthanasiewet steunt, dan zou het debat over wat ik gemakshalve de toepassingssmodaliteiten heb genoemd wellicht een serener verloop kunnen krijgen. Ik denk meer bepaald aan de volgende drie.

Vooreerst is er de controle achteraf. Ik ga ervan uit dat er eensgezindheid bestaat over de noodzakelijkheid van deze controle en het falen van de bestaande vorm van controle. Het beste bewijs voor dit laatste is dat uit Wallonië beduidend minder meldingen van euthanasie komen dan uit Vlaanderen terwijl er geen goede redenen zijn om te veronderstellen dat er in werkelijkheid grote verschillen inzake euthanasiepraktijk bestaan. Dit wijst erop dat het mogelijk is straffelooos niet te melden. Om daaraan te verhelpen zal de controle op het overlijden in het algemeen moeten worden verstrengd. Het in een vorige legislatuur ingediende en te amenderen wetsvoorstel van dokter Germeaux (Open VLD) tot regeling van het post mortem onderzoek biedt daarvoor een goede vertrekbasis.

Ten tweede de draagwijdte van het vooraf uitgedrukt verzoek om euthanasie. De huidige wet erkent de principiële geldigheid van een vooraf uitgedrukt verzoek. Om onenigheid binnen de meerderheid te verbergen, werd de draagwijdte van een dergelijk verzoek zodanig ingeperkt (tot de zogenaamde onomkeerbare coma) dat het in de praktijk een lege doos is gebleken. Dit heeft ertoe geleid dat de grenzen van de huidige euthanasiewet creatief worden verkend om zoals bij Hugo Claus toch te kunnen tegemoet komen aan een actueel uitgedrukt verzoek. Een meer consequente wettelijke regeling van de voorafgaande wilsverklaringen die toepassing kunnen vinden aan het einde van het leven zou aan dergelijke oneigenlijke interpretaties van de euthanasiewet een einde moeten maken.

Ten derde de uitbreiding tot minderjarigen (waartoe pasgeborenen niet behoren). Zowel de Raad van State als de Orde van artsen hebben er in 2002 al opgewezen dat er juridisch geen geldige argumenten zijn om het verzoek van een mondige en mature minderjarige bij voorbaat uit te sluiten. De huidige wet maakt een moeilijk te rechtvaardigen onderscheid tussen ontvoogde minderjarigen (die wel om euthanasie kunnen verzoeken) en niet-ontvoogde minderjarigen (die dat niet kunnen). Achter dit onderscheid gaat een diep meningsverschil schuil tussen de meerderheidspartijen in 2002. Eerbied voor het gelijkheidsbeginsel dwingt tot opheffing van dat onderscheid. Omdat het om minderjarigen gaat zullen bijkomende beschermingsmaatregelen (minimumleeftijd; advies van terzake medisch deskundigen en dergelijke) in de wet moeten worden opgenomen.

Ik pleit er dus voor om het euthanasiedebat niet bij voorbaat te verengen tot een discussie over verruiming of verbreding van de euthanasiewet of niet. Eerst zouden de principiële keuzes die ik in het eerste deel van deze bijdrage heb geschetst, aan de orde moeten komen. Verruiming of niet komt dan in een heel ander licht te staan.

Herman Nys doceert medisch recht aan de KU Leuven


DS, 28-03-2008

Believing Bart 28th March 2008 21:57

Slimme man de schrijver van onderstaand artikel.

Ik had er nog niet op die manier bij stilgestaan. Als euthanasie een recht wordt voor de patiënt, dan wordt het inderdaad ook een plicht voor de arts. En daar moeten we, mijnsinziens, ver van af blijven. Ik zou absoluut niet graag een arts willen zijn dan.

Believing Bart 7th April 2008 12:38

1 Attachment(en)
Ook wat laat, maar ik kreeg het maar niet upgeload de voorbije weken...

Normaal ben ik niet zo voor persoonlijke verhalen, maar deze vind ik toch de moeite waard.

Bron: Gazet van Antwerpen.


Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 23:54.

Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.