![]() |
Kenia
In februari 2005 besloot John Githongo, de man die door president Kibaki eigenhandig was aangesteld om de corruptie uit te roeien (en zelf ook een Kikuyu) er de brui aan te geven. Hij nam de wijk naar Engeland, liever dan gefrustreerd in Kenia achter te blijven omdat hij zijn mond moest houden. Voor het eerst in de postkoloniale geschiedenis van Afrika werd een insider bereid gevonden te getuigen over hoe corruptie precies werkt - compleet met bewijsmateriaal, waaronder stiekem opgenomen gesprekken met ministers in functie. Dat gaf de westerse wereld de mogelijkheid om die corruptie ook echt aan te pakken. Ze konden de elf miljard euro aan ontwikkelingshulp die Kenia sinds zijn onafhankelijkheid in 1963 heeft gekregen daartoe als pasmunt gebruiken. Het was ook het geschikte ogenblik om zich eens af te vragen waar al dat mooie geld zoal voor gebruikt is, de afgelopen decennia. Want als de ontwikkelingshulp in Kenia iets heeft opgeleverd, hoe verklaren de ngo's dan dat de Keniase bevolking er alleen maar armer op is geworden? Het is jammer voor Kenia dat de Wereldbank, het Internationaal Monetair Fonds en de westerse donorlanden hebben besloten om niets aan te vangen met de informatie die ze in 2005 van Githongo kregen. Waarom liepen de donorlanden deze unieke kans mis om de corruptie in Kenia aan te pakken? De pijnlijke waarheid is dat het hen gewoon aan de nodige moed ontbrak.
Michael Holman, voormalig Afrika-correspondent van de Financial Times |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 23:27. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.