Ex-spion en criticus Poetin vergiftigd
Ex-spion en criticus Poetin vergiftigd
De Londense politie is een onderzoek begonnen naar de vergiftiging van de voormalige Russische geheim agent Aleksander Litvinenko. De 44-jarige Litvinenko, een prominent criticus van de Russische president Vladimir Poetin, ligt in het ziekenhuis van het Londense University College en wordt bewaakt door lijfwachten. Volgens een toxicoloog is hij vergiftigd met het zware metaal thallium, dat onder meer voorkomt in rattengif. De voormalige kolonel van de Russische Federale Veiligheidsdienst (FSB) zou op 1 november zijn vergiftigd tijdens een ontmoeting met een Italiaanse contactpersoon in een Londense sushibar. Die zou over documenten hebben beschikt die aantoonden dat de FSB te maken had met de moord op Anna Politkovskaja. Deze Russische journaliste en critica van Poetin werd op 7 oktober door onbekenden doodgeschoten in Moskou. Litvinenko, die in 2000 naar Groot-Brittannië vluchtte en daar politiek asiel kreeg, was bezig met een onderzoek naar die moord. Zijn toestand is „ernstig maar stabiel”, liet het ziekenhuis gisteren weten. De Russische dissident en zakenman Boris Berezovski, die de Litvinenko vrijdag bezocht, zei dat artsen hem een kans van 50 procent gaven er weer bovenop te komen. Zijn nieren en beenmerg zijn beschadigd, hij heeft zijn haar verloren en moet geregeld braken. De vergiftigingszaak doet denken aan die van Viktor Joesjtsjenko, de Oekraïense presidentskandidaat die in 2004 ziek werd na een diner met leden van de geheime dienst. Hij bleek vergiftigd met dioxine. Ook Politkovskaja zelf zou zijn vergiftigd, toen zij per vliegtuig op weg was naar de gijzeling in Beslan. Litvinenko twijfelt er niet aan dat de Russische regering ook achter zijn vergiftiging zit, zei een vriend van hem tegen de Britse media. Trouw, 20-11-2006 |
Vergiftigde oud-spion overleden
Vergiftigde oud-spion overleden
LONDEN - Alexander Litvinenko, een voormalige KGB-agent die drie weken geleden in Londen werd vergiftigd, is donderdagavond overleden. Dat heeft het ziekenhuis waar Litvinenko de afgelopen weken lag, bekendgemaakt. Eerder donderdag werd bekendgemaakt dat de oud-spion in de nacht van woensdag op donderdag een hartstilstand had gehad en kunstmatig in leven werd gehouden. Aanvankelijk meenden de artsen dat Litvinenko het metaal thallium of mogelijk een radioactieve stof was toegediend, maar later werd gemeld dat het vrijwel zeker een ander middel is geweest. Welke stof is vooralsnog niet duidelijk. Volgens zijn vrienden is de 43-jarige Litvinenko, die in 2000 asiel zocht in Groot-Brittannië en sinds die tijd felle kritiek leverde op de Russische president Vladimir Poetin en de de Russische veiligheidsdienst FSB (de opvolger van de KGB), vergiftigd op last van het Kremlin. De Russische buitenlandse inlichtingendienst, de SVR, sprak dat woensdag tegen. ,,Litvinenko is niet het soort persoon waarvoor we bilaterale betrekkingen op het spel zouden zetten'', zei een woordvoerder. ,,Het is absoluut niet in ons belang om ons met zulke dingen bezig te houden.'' Blog DS, 23-11-2006 |
Drie personen naar ziekenhuis in zaak Litvinenko
Drie personen naar ziekenhuis in zaak Litvinenko
Drie Britten die zich in de buurt van Alexander Litvinenko bevonden toen die eerder deze maand in een Londens sushirestaurant vergiftigd werd met een radioactieve stof, zijn uit voorzorg opgenomen in een speciale kliniek. Ze zullen er getest worden op straling, zo laat de Britse dienst voor volksgezondheid weten. Voor premier Blair is het nog te vroeg om Moskou met de vinger te wijzen. Litvinenko stierf vorige week in een Londens ziekenhuis. De ex-KGB agent werd op 1 november jongstleden zwaar ziek nadat hij twee contactpersonen ontmoette in een sushirestaurant. Achteraf werd in zijn lichaam de erg radioactieve stof Polonium 210 gevonden. Ook bij hem thuis, in een hotel waar hij verbleef en het sushirestaurant in kwestie werd straling aangetroffen. Aan personen die het restaurant die eerste november bezocht hebben, bood de overheid daarom gratis tests aan. Zo'n 450 personen meldden zich aan, 18 daarvan werden naar een dokter doorverwezen. "Van die 18 zullen er nu 3 opgenomen worden in een speciale kliniek om hen uitgebreid op straling te testen," aldus een woordvoerster van volksgezondheid. Ze benadrukte dat het om een preventieve maatregel gaat. Ondertussen vindt de Britse premier Tony Blair het ruim voorbarig om Moskou met de vinger te wijzen wegens de dood van Litvinenko. Litvinenko stond bekend als tegenstander van het Kremlin en dus wordt in de westerse pers zijn vergiftiging, in navolging van de dioxinevergitiging van de Oekraiense president Viktor Joesjtsjenko en de moord eerder dit jaar op de gevierde journaliste Anna Politkovskaja, al volle twee weken breed uitgesmeerd met Vladimir Poetin als de voor de hand liggende booswicht. Maar ook een vriend van Litvinenko weigert te geloven dat Poetin achter de eliminatie van zijn ex-collega bij de KGB zit. "Er is een politioneel onderzoek aan de gang, en we moeten de uitslag daarvan afwachten", zo zei vandaag de woordvoerder van Blair. "Het is gewoon nog te vroeg om al met eender welke conclusie op de proppen te komen". Volgens de woordvoerder heeft Blair nog niet met Poetin over de zaak gesproken. Het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft wel al via de Russische ambassade in Londen Moskou officieel om medewerking bij het onderzoek verzocht. In een gesprek met het agentschap DPA zei Andrek Nekrasov, een "regimekritisch" filmmaker die Litvinenko op zijn sterfbed bijstond, dat hij de populaire these van Poetin als gifmenger niet gelooft. Volgens Nekrasov is de moord, gepleegd met de radioactieve substantie polonium 210, het werk van "een buiten controle geraakte en extreem nationalistische geheime dienst". Zulke "afvallige" geheime agenten vormen, aldus Nekrasov, "een extreem gevaarlijke en gewetenloze kliek", die grote delen van de Russische politiek en economie onder controle heeft. In vergelijking met hen was het "vroegere systeem van KGB-functionarissen transparanter en zelfs meer open". Dat die kliek is kunnen ontstaan, en ook dat zij zo machtig is kunnen worden, schrijft Nekrasov dan weer wel toe aan Poetin. "Hij heeft iets laten ontstaan wat zijn machtsbasis diende te worden, maar wat verworden is tot een groepje van ontaarde extremisten -en die lieden beschikken over wapens die veel gevaarlijker zijn dan die van moslimextremisten". Weblog DM, 27-11-2006 |
Het poloniumcomplot
Het poloniumcomplot
Op 23 november overleed Aleksandr Litvinenko in een Londens ziekenhuis door wat later bleek een vergiftiging met het sterk radioactieve polonium-210. Wie vermoordde deze ex-KGB’er? Hoe gebeurde het? Wie had of hadden belang bij zijn dood? Vragen waarop nog geen antwoord te geven is – en misschien nooit komt. Wat weten we wel? Een reconstructie van de gebeurtenissen. 7 oktober: De kritische journaliste Anna Politkovskaja wordt in Moskou vermoord. Litvinenko, die haar persoonlijk kent, begint kort daarna vanuit zijn woonplaats Londen een onderzoek. 16 oktober: Andrej Loegovoj, een Russische zakenman met een KGB-achtergrond, vliegt met compagnon Dmitri Kovtoen in een toestel van luchtvaartmaatschappij Transaero van Moskou naar Londen. Ze ontmoeten Litvinenko in Bond Street, zegt Loegovoj achteraf. Ze bezoeken het Britse beveiligingsbedrijf Erynis, waar Litvinenko Loegovoj introduceert. Erynis heeft belangstelling voor werk in Rusland. Vervolgens lunchen ze in de sushibar Itsu aan Piccadilly, waar Litvinenko graag komt. Loegovoj en Kovtoen overnachten in het Parkes Hotel in Knightsbridge. Daar, zo blijkt deze week, zijn sporen van polonium-210 gevonden, de radioactieve stof waarmee Litvinenko vermoedelijk is vergiftigd. Loegovoj en Kovtoen ontkennen de daders te zijn: ze zijn in een val gelopen. 17 oktober: Loegovoj ontmoet ’s middags opnieuw Litvinenko. Na een gesprek met een andere beveiligingsfirma vergezelt Litvinenko Loegovoj naar het Parkes Hotel, die daar een zakelijke ontmoeting heeft. Litvinenko wacht beneden. Vervolgens dineren ze samen in een restaurant in China Town. 18 oktober: Loegovoj en Kovtoen vliegen terug naar Moskou met Transaero. In die toestellen worden kennelijk geen sporen van polonium aangetroffen. 25 oktober: Loegovoj vliegt weer naar Londen, ditmaal met een toestel van British Airways. Daarin worden later sporen van polonium-210 aangetroffen. Hij verblijft in het hotel Sheraton Park Lane, waar de politie inmiddels eveneens polonium-210 heeft gevonden. 26 oktober: Loegovoj ontmoet Litvinenko ’s avonds in de lobby van het Sheraton-hotel; ze drinken iets in de bar. 27 oktober: Weer ontmoeten de twee elkaar ’s avonds in de hotelbar. 28 oktober: Loegovoj keert met British Airways terug naar Moskou. 31 oktober: Loegovoj vliegt wederom naar Londen, naar zijn zeggen ditmaal met zijn gezin om de volgende avond de Europacup-wedstrijd Arsenal-CSKA Moskou bij te wonen. 1 november: De volgorde van de gebeurtenissen op deze cruciale dag staat nog niet vast. Litvinenko zou rond twaalf uur ’s middags in het centrum van Londen zijn gearriveerd met een auto, waarin geen poloniumsporen zijn gevonden. Aanvankelijk circuleren er echter berichten dat Litvinenko reeds ’s ochtends een ontmoeting heeft in het Millennium Hotel aan Grosvenor Square met Loegovoj en Kovtoen. Vaststaat dat Litvinenko in de sushibar Itsu luncht met de Italiaan Mario Scaramella, een man die zich uitgeeft voor veiligheidsdeskundige. Scaramella toont Litvinenko een recente e-mail met een dodenlijst, waarop onder meer de namen van Politkovskaja, Litvinenko en hemzelf voorkomen. Een doodseskader zou zijn opgericht door KGB-veteranen van de groep ‘Eer en Waardigheid’ van kolonel Velitsjko, in Nederland bekend als bevrijder van de in Dagestan ontvoerde hulpverlener Arjan Erkel in 2004. Scaramella, die volgens een vriend van Litvinenko nerveus zou zijn overgekomen, zegt dat alleen Litvinenko at – hijzelf had bij Pizza Hut gegeten. Bij Litvinenko, Scaramella en in het restaurant (maar niet bij de staf) worden enkele weken later sporen van polonium aangetroffen, zij het bij Litvinenko oneindig veel meer. Deze week blijkt uit in Italië gepubliceerde, afgeluisterde telefoongesprekken dat Scaramella in opdracht van een senator van Forza Italia, de partij van Silvio Berlusconi, al sinds januari heeft geprobeerd (zonder succes) om materiaal te verzamelen waaruit moet blijken dat Romano Prodi een ex-KGB-spion zou zijn. In de middag van 1 november bezoekt Litvinenko het kantoor van de schatrijke zakenman Boris Berezovski aan Down Street, een zijstraat van Piccadilly. Berezovski helpt ballingen die het aan de stok hebben met het Russische regime aan geld en huisvesting. Op een crèmekleurige sofa in Berezovksi’s kantoor wordt later polonium gevonden. Zowel Litvinenko als Loegovoj stond in de jaren negentig, toen Berezovski de bijnaam ‘Godfather van het Kremlin’ had, bekend als zijn medewerker. Maar wanneer bezoekt wie zijn kantoor? Volgens verschillende bronnen is ook Loegovoj daar geweest, ofwel op zijn bezoek aan Londen van 25 tot 28 oktober, ofwel op 31 oktober of 1 november. Volgens Loegovoj en Kovtoen ontmoeten zij Litvinenko pas daarna, aan het einde van de middag, in de Pine Bar van het Millennium Hotel. Zij drinken naar eigen zeggen groene thee en gin, Litvinenko alleen water. De echtgenote en achtjarige zoon van Loegovoj zouden ook in de bar aanwezig zijn. Deze chronologie wordt twijfelachtig nu blijkt dat zeven medewerkers van de hotelbar licht zijn besmet met polonium, terwijl er ook sporen van de stof in het herentoilet zijn gevonden. Hiermee wordt het waarschijnlijker dat de Pine Bar de plaats van het misdrijf is geweest. Logoevoj en Kovtoen bezoeken daarna de wedstrijd Arsenal-CSKA Moskou. Litvinenko, tot dan volkomen fit, krijgt een lift van zijn vriend, de Tsjetsjeense rebellenwoordvoerder Achmed Zakajev. Ook diens auto blijkt naderhand besmet met polonium-210. Thuis in Muswell Hill, in het noorden van Londen, begint Litvinenko zich een paar uur later onwel te voelen. Hij moet heftig overgeven. Hij en zijn vrouw Marina denken in eerste instantie aan een voedselvergiftiging. Litvinenko wordt opgenomen in het naburige Barnet General Hospital. 11 november: Litvinenko verklaart zelf in een gesprek met de Russische dienst van de BBC dat hij er slecht aan toe is als gevolg van „een ernstige vergiftiging”. 17 november: Litvinenko’s toestand blijft achteruit gaan en hij wordt onder bewaking overgebracht naar University College Hospital, een van de best geoutilleerde ziekenhuizen in Londen. Ook in het ziekenhuis blijven gewapende agenten in zijn buurt. 20 november: De hevig verzwakte Litvinenko wordt naar de afdeling intensive care overgebracht. Voor het eerst worden foto’s van hem op zijn ziekbed vrijgegeven. Artsen zeggen er rekening mee te houden dat hij is vergiftigd met het zware metaal thallium. 21 november: Toxicologen spreken elkaar tegen over de aard van de vergiftiging. Ze noemen thallium of radioactief thallium, twee oude KGB-wapens. Voor het eerst wordt de mogelijkheid geopperd van een vergiftiging met een radioactieve stof. 22 november: De toestand van Litvinenko is kritiek. De Russische binnenlandse veiligheidsdienst FSB, een opvolger van de KGB, ontkent elke betrokkenheid. ’s Avonds laat heeft Litvinenko een hartaanval. 23 november: Om 21.21 uur overlijdt Litvinenko. Scotland Yard spreekt van een „niet opgehelderde dood”. 24 november: Medische deskundigen maken bekend dat Litvinenko is vergiftigd met een radioactieve stof, naar wordt aangenomen polonium-210. Ze kunnen dit vaststellen met hulp van Britse militaire specialisten. De politie maakt bekend dat er sporen van polonium-210 zijn aangetroffen in de woning van Litvinenko, in de Itsu-sushibar en in het Millennium Hotel. Andrej Nekrasov, een vriend van Litvinenko, verklaart dat Litvinenko hem kort voor zijn overlijden zei: „De klootzakken hebben me te pakken gekregen”, vermoedelijk doelend op de FSB en/of het Kremlin. Even later maken zijn vrienden een laatste anti-Poetin verklaring van Litvinenko openbaar, die volgens critici door tycoon Berezovski is gedicteerd. Tijdens een bezoek aan Ierland wordt de Russische ex-premier Jegor Gaidar plotseling ernstig ziek. Hij herstelt maar verklaart later dat het volgens hem om een poging tot vergiftiging ging. 25 november: de Britse overheid kondigt een onderzoek aan naar poloniumbesmetting onder mensen die dezelfde plekken bezochten als Litvinenko. 26 november: Honderden mensen melden zich aan voor onderzoek. 27 november: Minister van Binnenlandse Zaken John Reid licht het Lagerhuis in dat de Russische ambassadeur een paar dagen eerder is ontboden om de Russische autoriteiten te manen alle medewerking te verlenen bij het onderzoek naar de zaak. Woordvoerders van zowel het Kremlin als de FSB ontkennen elke betrokkenheid. Naderhand lekt uit dat de Russen geklaagd hebben dat Litvinenko vanaf zijn ziekbed ongehinderd Poetin kon beschuldigen. Poloniumsporen worden gevonden bij beveiligingsfirma Erynis aan Grosvenor Street en in Berezovski’s kantoor in Down Street. 28 november: Artsen roepen acht mensen op zich nader te laten onderzoeken omdat er aanwijzingen zijn dat ze licht met polonium-210 zijn besmet. Scaramella is al in Londen om zich te laten testen. 29 november: Poloniumsporen worden ontdekt in twee toestellen van British Airways. BA waarschuwt 33.000 passagiers dat ze wellicht risico lopen en adviseert contact met artsen op te nemen. Er komt een onderzoek naar poloniumsporen onder de staf van de ziekenhuizen, waar Litvinenko is verpleegd. 1 december: Mario Scaramella blijkt besmet met polonium-210 in een „substantiële hoeveelheid”, zij het veel minder dan Litvinenko. Hetzelfde geldt voor Litvinenko’s vrouw Marina. 2 december: Britse politiemensen blijken in aanwezigheid van medewerkers van de FBI te hebben gesproken in Washington met de uitgeweken KGB-spion Joeri Sjevets. Deze verklaart dat Litvinenko is vermoord omdat hij hooggeplaatste Russen wilde chanteren: „Ik ken de daders.” 4 december: Britse politiefunctionarissen reizen naar Moskou in de hoop onder anderen Loegovoj te ondervragen. Deze is volgens de Russische autoriteiten echter met zijn hele gezin in het ziekenhuis en derhalve mogelijk niet beschikbaar. 5 december: De Russische procureur-generaal Joeri Tsjaika verklaart dat Rusland geen verdachten in de zaak zal uitleveren aan Groot-Brittannië. Evenmin wil Rusland meewerken met het Britse onderzoek naar de herkomst van het in Londen gevonden polonium. Scaramella zegt in Londen dat hij niet eerder bekendgemaakt belastend materiaal bezit over relaties tussen de KGB en Italiaanse politici en journalisten. Over de vergiftiging van hemzelf en Litvinenko zegt hij dat deze te maken kan hebben „met de inlichtingen die Litvinenko maandenlang aan mij heeft gegeven”. 6 december: Ook de Britse ambassade in Moskou vertoont sporen van polonium-210, vermoedelijk daterend van een bezoek dat Loegovoi enkele weken daarvoor bracht aan de ambassade. De Britse politie maakt bekend dat ze de kwestie als een moordzaak behandelt. 7 december: Alle zeven medewerkers van de bar in het Millennium Hotel blijken besmet met polonium-210: het levert geen acuut gevaar, wel een verhoogde kans op kanker op. Ook in het Parkes Hotel blijken sporen van polonium-210 aangetroffen. Litvinenko wordt in Highgate in het noorden van Londen begraven, met islamitische gebeden omdat hij zich op zijn sterfbed onder invloed van Tsjetsjeense vrienden zou hebben bekeerd tot de islam. Zijn echtgenote Marina en anderen twijfelen aan die bekering. Het Russische openbaar ministerie maakt bekend zelf een onderzoek naar de affaire-Litvinenko in te stellen. In Moskou circuleren berichten dat Loegovojs compagnon Kovtoen in coma ligt met „stralingsziekte”. Diens advocaat ontkent dat. 8 december: Zo’n 200 bezoekers van de bar in het Millennium Hotel worden in de gelegenheid gesteld zich te laten testen op poloniumbesmetting. Kovtoen blijkt inderdaad te lijden aan acute stralingsziekte. Reconstructie gemaakt door onze correspondenten Floris van Straaten, Coen van Zwol en Bas Mesters op basis van Britse, Russische en Italiaanse media. NRC, 09-12-2006 |
'Russische staat betrokken bij moord'
'Russische staat betrokken bij moord'
BRUSSEL - Volgens het gedegen BBC-programma 'Newsnight' zijn er 'erg sterke aanwijzingen' dat er bij de radioactieve moord op ex-KGB-agent Alexander Litvinenko 'een zekere betrokkenheid van de staat' was. Dat de radioactieve moord op Litvinenko, in november 2006, diepe sporen zou nalaten, was van meet af aan duidelijk. Dat Moskou niet wil dat de moord op de agenda blijft staan, is evenzeer duidelijk. Vandaar ook de giftige reacties die gisteren in Rusland te noteren vielen na nieuwe onthullingen in het BBC-duidingsprogramma 'Newsnight' maandagavond laat. De Britse omroep citeerde een hoge verantwoordelijke van de Britse veiligheidsdiensten, die op voorwaarde van anonimiteit zei: 'Wij zijn er sterk van overtuigd dat er in de zaak-Litvinenko een zekere betrokkenheid van de (Russische) staat was.' De bron zei ook dat een incident zoals deze moord 'de relaties tussen Groot-Brittannië en Rusland enorm verslechtert'. Het was de eerste keer, aldus de BBC, dat een hoge Britse verantwoordelijke publiekelijk de Russische autoriteiten verantwoordelijk houdt in deze affaire. Dat het niet gaat om een enkeling die de zaak ernstig blijft nemen, blijkt uit een reactie van een woordvoerder van het Britse ministerie van Binnenlandse Zaken, gisteren aan het persagentschap Bloomberg. De woordvoerder herinnerde eraan dat naast Litvinenko bijna duizend burgers sporen van radioactiviteit vertoonden na de 'aanslag' in hartje Londen, en dat Rusland weigert de hoofdverdachte, ex-KGB-agent Andrej Loegovoj, uit te leveren. De moord was een 'ijzingwekkende misdaad waarbij ook andere mensen gevaar liepen', zei hij. De Russische procureur-generaal reageerde gisteren en zei dat 'ons eigen onderzoek significante vooruitgang heeft geboekt en geen informatie heeft opgeleverd dat eender welke inlichtingendienst bij de misdaad betrokken was'. In de officiële Russische versie is Boris Berezovski, een 'oligarch' die naar Londen is uitgeweken nadat president Vladimir Poetin met hem had gebroken, de schuldige. Om Poetin in een slecht daglicht te stellen. Of misschien deden de Britse inlichtingendiensten het zelf wel. Maar behalve voor het eigen publiek krijgt Moskou de zaak niet uitgelegd. Op 1 november 2006 kreeg de voormalige KGB-agent Alexander Litvinenko (43), die door Groot-Brittannië was erkend als politiek vluchteling en die net enkele weken tevoren de Britse nationaliteit had gekregen, in de bar van het Londense Millennium Hotel een dosis van het radioactieve polonium-210 binnen. Die specifieke vergiftiging valt moeilijk anders te verklaren dan dat 'iemand' een gruwelijk signaal de wereld wou insturen - zonder daarbij zelf te worden ontdekt. Het is namelijk haast een mirakel dat Litvinenko nog drie weken heeft geleefd, lang genoeg om te ontdekken wat hem precies aan het doden was. Op vliegtuigen viel vast te stellen dat het spoor van polonium-210 kwam uit Moskou - en terugging naar Moskou. De hoofdverdachte is volgens de Britten Andrej Loegovoj, een zakenman die net als Litvinenko een verleden heeft bij de Russische geheime diensten. Moskou verwees naar zijn grondwet om de uitlevering van Loegovoj aan Londen te weigeren. Maar meewerken aan het onderzoek deed Moskou evenmin. Loegovoj werd eind vorig jaar overigens 'verkozen' in het parlement, zodat hij nu onschendbaarheid geniet. Het zeldzame polonium-210 komt ook vrijwel zeker uit Rusland, maar daarover heeft Moskou zich nooit bezorgd getoond. De zaak wierp maandag nog een schaduw op het eerste gesprek van de nieuwe Britse premier, Gordon Brown, en de nieuwe Russische president, Dmitri Medvedev, op de G8-top in Japan. Volgens de Russische delegatie toont het feit dat de zaak-Litvinenko nog altijd ter sprake komt, dat 'niet iedereen in Groot-Brittannië een constructieve aanpak heeft'. DS, 09-07-2008 (Jorn De Cock) |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 21:09. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.