Tsjetsjenië: gevangene bijna altijd gemarteld
 

’Gevangene bijna altijd gemarteld’


Arrestanten in Tsjetsjenië worden vrijwel zonder uitzondering gemarteld, in geheime én officiële gevangenissen. Vooral de troepen van de Tsjetsjeense premier Kadyrov maken zich hier schuldig aan. Dat stelt Human Rights Watch (HRW) in haar gisteren gepubliceerde rapport. De mensenrechtenorganisatie documenteerde tijdens twee missies dit jaar meer dan honderd gevallen van marteling; 85 zijn toe te schrijven aan agenten of militairen loyaal aan de pro-Russische Ramzan Kadyrov.


Slachtoffers getuigen in het rapport (op www.hrw.org) over afranselingen met kabels, het toedienen van elektroshocks, verkrachtingen en intimidatie met nep-excecuties.

De Russische president Poetin ziet de 30-jarige Kadyrov, zoon van de in 2004 vermoorde Tsjetsjeense president Achmad Kadyrov, als bondgenoot. Hij is de machtigste man in de Kaukasische regio. Kadyrov heeft een eigen ’legertje’ van een paar duizend man, maar ook tal van ’gewone’ Tsjetsjeense politiekorpsen en veiligheidstroepen gehoorzamen in praktijk alleen hem. Russische autoriteiten hebben martelpraktijken in Tsjetsjenië altijd ontkend.

HRW vond bewijzen voor minstens tien ’martelhuizen’, vaak eigendom van regionale commandanten die loyaal zijn aan de premier. „Als je iemand illegaal vasthoudt, is het nog makkelijker om te martelen”, stelt Holly Cartner van HRW. „Dat is een schending van het Russische en het internationale recht.”

HRW wil dat het VN-comité tegen marteling harde eisen tot verbetering stelt aan Rusland, dat vorige maand nog weigerde een VN-rapporteur gevangenissen te laten bezoeken. Deze eisen moeten ook onderdeel worden van de halfjaarlijkse EU-Rusland-top, op 24 november.

Volgens HRW worden de martelpraktijken in Rusland vrijwel nooit veroordeeld. De onlangs vermoorde Russische journaliste Politkovskaja publiceerde vaak over marteling door Kadyrovs troepen.


Trouw, 14-11-2006