Een reus op lemen voeten?
,,China is geen opkomende macht''
PEKING - Het duurt nog wel honderd jaar voordat China tot de tien meest welvarende landen van de wereld behoort, denkt de Chinese professor He Chuanqi. Hij ziet China als een ontwikkelingsland, dat nog een lange weg heeft te gaan. PROFESSOR He Chuanqi is dol op cijfers. ,,Komt u uit Nederland? Eens even kijken'', zegt hij, terwijl hij in een dik rood onderzoeksrapport begint te bladeren. ,,Hier staat het. Jullie waren 123 jaar geleden al net zo welvarend als wij nu zijn'', zegt hij lachend, terwijl hij een sober kopje heet water te drinken aanreikt. He werkt voor de gerenommeerde Chinese Academie van Wetenschappen. Voor dat instituut stelt hij elk jaar een rapport samen over het ontwikkelingsniveau van China in vergelijking met andere landen in de wereld. Op grond van die gegevens komt hij ook tot voorspellingen over China's toekomst. Die zijn lang niet zo optimistisch als velen in het Westen misschien zouden verwachten. Waarom niet? ,,Veel onderzoekers concentreren zich op één of op een beperkt aantal aspecten van China. Zo zijn buitenlandse banken vooral geïnteresseerd in zaken als China's koopkracht of China's consumptiepatroon. Maar als je de algehele levensstandaard van de gehele bevolking beschouwt, dan kom je tot andere conclusies'', zegt He. Zo voorziet He dat China's inwoners pas over vijftig jaar het welvaartsniveau zullen hebben bereikt dat de gemiddelde Europeaan op dit moment al kent. Pas over honderd jaar zal China misschien tot de tien meest ontwikkelde landen van de wereld horen, meent He. ,,Misschien, want dat is alleen zo bij een optimistisch scenario, waarbij sprake is van een hoog groeipercentage en een ongestoorde ontwikkeling.'' He ziet China niet zozeer als een opkomende economische supermacht, maar eerder als een ontwikkelingsland dat zich met de nodige pijn en moeite aan het omvormen is van een agrarische naar een industriële maatschappij. ,,Staar je niet blind op steden als Peking en Shanghai, die vormen maar een heel klein deel van het totale beeld'', waarschuwt He. Momenteel verdienen stedelingen in China 3,2 keer zo veel als boeren. He voorspelt dat dat verschil in de toekomst zal oplopen tot een verhouding 5:1. ,,Dat is een natuurlijk proces. De mensen in de steden hebben veel meer ontwikkelingsmogelijkheden, de boeren zijn beperkt door hun hoeveelheid land. Maar ik zie daar geen opstanden van komen. Je kunt een boer namelijk al heel blij maken met een heel geringe welvaartsverhoging. Hij kijkt niet naar de stad, maar naar de boeren om zich heen'', zegt He, die daaraan toevoegt dat ook het verschil in welvaart tussen de provincies van China onderling heel groot is. ,,In Amerika is de rijkste staat hoogstens twee keer zo rijk als de armste. In China is de rijkste provincie wel vijf tot zes keer zo rijk als de armste.'' De omvorming van een planeconomie naar een markteconomie is volgens He voorlopig nog niet voltooid. ,,Ik schat dat we over tien tot twintig jaar een echte markteconomie zijn. We zijn er nu ruim twintig jaar mee bezig. Dat is kort, en het is een leerproces, ook voor onze overheid'', aldus He. Als grootste obstakel voor het ontstaan van een meer volwassen markteconomie ziet He het ontbreken van een goed functionerende rechtsstaat. Ook ontbreekt het nog aan een vrije en brede distributie van informatie. ,,Waarom dacht je dat Chinese zakenmensen altijd zulke goede maatjes proberen te worden met de overheid? Ze willen toegang krijgen tot informatie die hun concurrent nog niet heeft'', verklaart professor He. Volgens He vindt er veel kapitaalvernietiging plaats door verkeerde investeringen, gebaseerd op gebrekkige informatie. ,,Neem het huidige energietekort. Een paar jaar geleden wilde niemand in elektriciteitscentrales investeren, want er was sprake van overaanbod en de prijzen daalden.'' ,,Nu, een paar jaar later, worden we plotseling overvallen door tekorten, dus gaan we weer als een gek bijbouwen. Dat zou je beter kunnen plannen als er meer informatie openbaar, breed en gratis beschikbaar was'', zegt He, die onder de indruk is van de Amerikaanse ambassade. ,,Als je die om informatie vraagt, dan vertellen ze je gewoon wat je wilt weten. Dat is informatie van het soort dat hier al snel als geheim zou worden beschouwd.'' De staat bemoeit zich volgens He Chuangi ook nog te veel met de economie. ,,In ontwikkelde landen is de rol van de staat veel beperkter. Hier zie je niet alleen dat de staat zich met van alles bemoeit, maar ook dat de coördinatie tussen de verschillende staatsorganen gering is. Dat maakt het voor een ondernemer niet makkelijker'', zegt He. Toch is hij optimistisch. ,,Nu groeien Amerika en Europa in absolute cijfers nog meer dan China, maar op een gegeven moment komt er een omslagpunt. Dan gaan we echt inlopen. Als dat lukt, dan zien we tegen het einde van deze eeuw een wereld met drie polen: Amerika, Europa en Azië.'' ,,Bang voor de opkomst van China hoeven jullie niet te zijn'', voegt He daar met een bescheiden glimlach aan toe. ,,Als China zich goed ontwikkelt, dan hebben jullie daar net zo veel baat bij als wij'', zegt He, terwijl hij een stapel dikke rode rapporten in een papieren tasje meegeeft. © NRC Handelsblad 28/02/2005 Garrie van Pinxteren, © NRC Handelsblad ©Copyright De Standaard |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 13:39. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.