Met uw spaarcenten naar de beurs?
 

Spaarders worden stilaan langs alle kanten aangemoedigd om 'hun spaarcenten aan het werk te zetten' en te verkassen naar meer risicovolle producten. Maar wat levert dat op? En is dat wel voor jou weggelegd?
Miljarden geparkeerd op spaarboekjes
"We willen onze klanten begeleiden naar een diversificatie van hun sparen in functie van hun risicoprofiel en hun objectieven", verkondigde topman Marc Raisière recentelijk.

De bank wil dat haar klanten hun geld niet alleen in spaarrekeningen stoppen, maar ook in beleggingen. Want de rente is laag en zal dat naar alle waarschijnlijkheid nog lang blijven. Intussen blijven er maar miljarden geparkeerd op spaarboekjes die nog amper iets opbrengen.

Het schamele spaarrendement steekt schril af tegenover de rendementen die beleggers op de beurs konden realiseren. Sinds begin 2012 noteert de Bel20 (een index met de belangrijkste Belgische aandelen) al 68% hoger. De Euro Stoxx 50 (met de 50 belangrijkste Europese aandelen) staat 28% hoger. En de Amerikaanse Dow Jones-index spurtte de voorbije 5,5 jaar zo'n 48% hoger.
Mokerslag
Dus al maar meteen al je spaarcenten richting beurs schuiven? Niet echt. Want de beurs gaat niet in één rechte lijn omhoog. Sterke stijgingen en forse dalingen gaan hand in hand.

Wie begin dit jaar 10.000 euro in de Bel20 stopte, kijkt nog altijd aan tegen een verlies van 500 euro. Koos je voor de Euro Stoxx 50, dan sta je nog altijd op een verlies van 900 euro.

Beleggingsadviseurs zullen je altijd vertellen dat die dalingen erbij horen. Want beleggen doe je op de lange termijn en over langere periodes haal je op de beurs wel een positief rendement. En dat blijkt ook uit onze vergelijking van de drie grote beursindexen over de voorbije vijf jaar.

Maar wat als we nog wat verder teruggaan in de tijd? Stel nu dat je net voor de zomer van 2007 een aardige som investeerde in de Bel20-index. De timing kon niet slechter zijn, want een beetje later brak in de Verenigde Staten een vastgoedcrisis uit die op de wereldwijde financiële markten een domino-effect veroorzaakte. De Bel20 zou pas anderhalf jaar later zijn dieptepunt bereiken en is nu nog altijd niet hersteld van die mokerslag. Intussen negen jaar later staat de Bel20 nog altijd op een verlies van 25% tegenover het hoogtepunt in 2007.
Paniek
Spaarders laten zich dus best niet verblinden door het rendement op de beurs. Het potentieel rendement is zeker hoger dan dat van spaarproducten, maar ook de risico's zijn navenant. En er is ook niets aan de hand als spaarders zich daarvan bewust zijn.

Maar meteen is wel duidelijk waarom de allerbelangrijkste beleggingstip luidt: beleggen doe je met geld dat je kan missen. En dus niet met de spaarcenten die je nodig hebt om onvoorziene uitgaven te bekostigen of waarmee je binnen enkele jaren een woning wil kopen.

Je neemt een groot risico als je dat toch doet. Heb je het geld nodig op een moment dat de aandelenmarkten net door een dal gaan, dan heb je geen andere keuze dan je beleggingen met verlies op te vragen. Dan ben je een deel van je spaarcenten onherroepelijk kwijt.

Heb je toch geld dat je kan missen? Prima. Maar stel jezelf dan eerst wel de vraag of je kan leven met de schommelingen die eigen zijn aan de beurs. Er is niets moeilijks aan om je spaarcenten te zien aangroeien op een moment dat de aandelenmarkten stijgen. Het is een veel grotere uitdaging om niet in paniek te slaan als de beurzen fors dalen en een deel van je spaarcenten (tijdelijk) wegsmelt. Als je op voorhand weet dat je daarvan wakker zal liggen, laat je aandelen best links liggen en kies je voor producten waar toch minstens je kapitaal gegarandeerd is.
Periodiek beleggen
Maak je toch de keuze voor aandelen, hou je dan aan enkele eenvoudige basisregels. Leg om te beginnen niet al je eieren in dezelfde mand.

Net daarom zijn indexfondsen of beleggingsfondsen zo interessant, zeker voor beginnende beleggers. Een indexfonds kopieert de samenstelling van een bepaalde index. Al met een beperkt bedrag investeer je zo in één klap in bijvoorbeeld 20 aandelen (voor bijvoorbeeld de Bel20) of zelfs 500 aandelen (in het geval van de Amerikaanse S&P 500-index).

Ook beleggingsfondsen zijn interessant. Zij kopiëren geen index, maar de fondsbeheerder selecteert zelf een brede waaier van aandelen. De bedoeling van een beleggingsfonds is om beter te presteren dan een index binnen hetzelfde beleggingsuniversum. Tal van studies hebben echter al aangetoond dat veel beleggingsfondsen daar niet in slagen.

Begin je met beleggen, stap dan niet met je volledige beschikbare kapitaal op hetzelfde moment in de beurs. Het is veel beter - en vooral veiliger - om periodiek te beleggen en bijvoorbeeld elke maand of elk kwartaal deelbewijzen te kopen van een index- of beleggingsfonds. Zo is je rendement niet afhankelijk van slechts één instapmoment. Je belegt dan zowel op de momenten dat de beurzen stijgen als op de momenten dat de beurzen dalen (en dus ook goedkoper zijn). Tal van banken bieden intussen formules aan die het mogelijk maken om op deze manier periodiek te beleggen.
bron: HLN

eigen mening: Het aanmoedigen van het spelen op de beurs is gewoon fout. Hier zijn te veel risico's aan verbonden en de kans dat je geld verliest is vele malen groter dan dat je wint. Maar hoe komt het dat ze worden aangemoedigd? Het probleem ligt ook grotendeels bij sociale media. Er worden steeds artikels geschreven van mensen die een groot bedrag winnen dankzij de beurs ,maar er wordt te weinig aandacht gegeven aan de mensen die alles zijn verloren. Sociale media speelt een grote rol in het beïnvloeden van de mens.