Crevits: ‘Elk kind heeft recht op een plek op school’
Dat kinderen zouden thuisblijven omdat er geen plaats is in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel, kan voor minister van Onderwijs Hilde Crevits niet door de beugel. ‘Elk kind heeft recht op een plek op school’, zei ze woensdag in het Vlaams Parlement. Vlaanderen doet volgens minister Crevits inspannigen om iets te doen aan het capaciteitsprobleem. Maar om het probleem beter in kaart te brengen, zou het niet slecht zijn als ook de Franse Gemeenschap in Brussel werk maakt van een inschrijvingssysteem zoals in Vlaanderen.
Eerder deze week raakte bekend dat 1.291 ouders in Brussel hun kind niet hebben kunnen inschrijven in het Nederlandstalige onderwijs. Volgens het Lokaal Overlegplatform (LOP) zal een deel van de kinderen zich ingeschreven hebben in het Franstalig onderwijs, maar zullen wellicht enkele honderden kinderen, voornamelijk in het kleuteronderwijs, noodgedwongen thuisblijven. Minister van Onderwijs Hilde Crevits kreeg woensdag in het Vlaams Parlement een hele reeks vragen over de kwestie. De CD&V-minister hamerde erop dat elk kind recht heeft op een plaats op school, ongeacht zijn thuistaal. Volgens Crevits zou het kunnen dat de uiteindelijke cijfers lager liggen omdat een aantal scholen, met name voor de instappers in het kleuteronderwijs, nog niet alle inschrijvingsgegevens hebben doorgestuurd. Maar de onduidelijkheid over de cijfers is volgens de CD&V-minister een belangrijk probleem. Waar Vlaanderen werkt met een uniform inschrijvingssysteem (DISCIMUS), bestaat er langs Franstalige kant geen gelijkaardig systeem. ‘We kunnen niet nagaan of er van de kinderen die zich hebben aangemeld voor het Nederlandstalig onderwijs, terechtgekomen zijn in het Franstalig onderwijs. Ik vind dat een groot probleem’, aldus Crevits. Volgens haar zou de Franse Gemeenschap interesse hebben in het Vlaamse DISCIMUS-systeem. ‘Het ideale zou zijn dat ze hetzelfde of een gelijkaardig systeem hanteren. Dan wordt het transparant.’ Daarnaast herhaalde de minister dat zij volgend jaar 5 miljoen euro uittrekt voor het Brusselse basisonderwijs en dat er plannen zijn voor een capaciteitsmonitor. Die moet in de toekomst, onder meer op basis van demografische gegevens, een duidelijker beeld geven waar er capaciteitsnoden zijn. Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20141105_01360520 Eigen mening: Ik vind het heel verontrustend dat dit probleem zich voordoet, zeker in zo’n aantallen. Elk kind moet naar school kunnen gaan. Dat het kind nu de kleuterschool zit, in het basisonderwijs of in het secundair onderwijs maakt geen verschil. Op school kunnen de kinderen aan persoonsontwikkeling doen. Ze gebruiken hun sociale vaardigheden, ze worden uitgedaagd om nieuwe kennis te verwerven en ga zo maar verder. Ook kan het niet dat kinderen die zich inschrijven voor Nederlandstalig onderwijs terecht komen in het Franstalig onderwijs. Er is normaal gezien een grondige reden waarom mensen zich inschrijven voor onderwijs in een bepaalde taal. Eén van die redenen kan bijvoorbeeld de taal zijn die ze thuis spreken. Of misschien beheerst het kind de taal gewoon niet en dan gaat het dus moeilijker kunnen volgen in de les. Men moet voor dit probleem zo snel mogelijk een oplossing vinden! |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 06:36. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.