Helft durft kind niet te voeden in openbaar
 

Helft durft kind niet te voeden in openbaar


BRUSSEL - Een afkeurende omgeving doet moeders sneller besluiten om over te schakelen op kunstvoeding.


Het stedelijk ziekenhuis in Aalst excuseerde zich tegenover de patiënte die op de spoedafdeling binnenkwam en daar te horen kreeg dat ze haar kind beter geen borstvoeding gaf, tenzij in een andere kamer. Daarmee is het incident gesloten, vindt Anne Dedry van De Bakermat, expertisecentrum voor kraamzorg. Maar ze roept het ziekenhuis wel op om een bijkomende stap te doen in de richting van een echt babyvriendelijk ziekenhuis. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door de stickers ‘Wegwijs Borstvoeding' uit te hangen die De Bakermat onlangs lanceerde. 144 horecazaken, besturen en andere instellingen hebben dat al gedaan. Onder hen de provincies Vlaams-Brabant en Limburg en Studio Brussel. Met de sticker laat men weten dat voedende vrouwen welkom zijn.

‘Een op de twee moeders ervaart nog altijd belemmeringen om in cafés of op openbare plaatsen te voeden', zegt Dedry. ‘Jammer, want een afkeurende omgeving doet moeders sneller stoppen.'

Inne Hernalsteen behaalde zopas haar mastertitel in de vroedkunde met een onderzoek naar de factoren die de borstvoedingsduur beïnvloeden. Moeders die zich erg moe voelen, zijn eerder geneigd er snel mee te stoppen. Ook de omgeving speelt een rol: moeders die vinden dat ze door de borstvoeding ‘geen sociaal leven meer hebben', en dat ze niet gesteund worden in hun keuze, geven er ook sneller de brui aan.

Langvoedsters hebben dan weer gemeen dat ze vaker niet aan hun eerste kind toe zijn. Ze zijn al voor de bevalling sterker gemotiveerd. Ze geloven meer dat borstvoeding ook heilzaam is voor de emotionele ontwikkeling van hun kind. En ze werken vaker in de medische en de verzorgingssector en in het onderwijs.

In Vlaanderen begint 65 procent van de baby's met borstvoeding.


DS, 17-07-2010