'Moslimbroeders missen historisch moment'
'Moslimbroeders missen historisch moment'
De veelbesproken en geheimzinnige Moslimbroederschap gaf vrijdag een staaltje van machtsvertoon op het Tahrir-plein in Caïro. Maar intussen rafelt de organisatie aan de zomen: talentvolle jongeren stappen uit de Broederschap en richten eigen partijen op. 'Wij hebben Moebarak afgezet, maar daar heeft de Broederschap niets uit geleerd.' De Moslimbroederschap had gisteren opgeroepen tot een 'mars van een miljoen' op het befaamde Tahrir-plein in Caïro. Een dertigtal seculiere organisaties die sinds drie weken kamperen op Tahrir, besloten uit protest het plein te verlaten. De Broederschap predikt dan wel solidariteit tussen alle betogers, maar in de praktijk hielden de leden - en manifestanten van radicale salafistische organisaties - zich daar niet aan. Slogans als 'het Egyptische volk wil de sharia' (islamistische wetgeving) stroken immers niet met de officieel beleden politieke diversiteit. Woordvoerders van de Partij voor Vrijheid en Gerechtigheid, de nieuwe politieke arm van de Broederschap, zagen zich gedwongen in het openbaar hun 'spijt' uit te drukken over de vertoning. Ging het om een vertoon van macht of een camouflage van de zwakte van de 'Ikhwan', zoals de Broederschap in het Arabisch wordt genoemd? Feit is dat talrijke talentvolle jongeren in de laatste maanden uit de Ikhwan zijn gestapt - er zijn al minstens vier politieke partijen opgericht door dissidenten uit de Broederschap. Waar het vroeger onder het Moebarak-regime moeilijk was om inzage te krijgen in de interne keuken van de Ikhwan, spreken de uitgetreden jongeren nu openlijk over hun 'carrière' binnen de Broederschap, en over hun frustraties. Donderdagavond in Caïro. In een gezellige boekenwinkel boven het hippe koffiecafé Cilantro, nabij het Tahrir-plein, zitten we samen met Abdulrahman Ayyash (22), een hartelijke jongeman met een vlot hemd en een gulle lach. Op zijn oude Facebook-foto's is Ayyash nog te zien in een stijvere versie, een zuinig moslimbaardje inbegrepen. Loyauteit 'Mijn hele familie zat in de Broederschap, dus ik ben ermee opgegroeid', steekt hij van wal. 'Het is een rigide systeem, waardoor ik al op mijn vijfde in de jongerenafdeling van de Ikhwan terechtkwam. Dat betekent dat ik sindsdien zowat elk weekeinde deelnam aan sociale activiteiten van de groep, tot voetbalwedstrijden toe, en tussendoor waren er veel ontmoetingen waarin ons de islam werd aangeleerd.' Ayyash is nog altijd goed thuis in het hele jargon, en in de islamitische onderbouw ervan. Hij beschrijft hoe, in een organisatie die tot dit jaar grotendeels clandestien was, 'vertrouwen' een basiswoord is. 'Je wordt voortdurend getest op je loyauteit en op je kennis van de ideologie, er moet een compleet vertrouwen zijn tussen het leiderschap en de basis.' 'Je kan niet zomaar toetreden, dat gebeurt alleen op uitnodiging. In ruil steunen ze je op latere leeftijd als je wilt trouwen, of aan een goede universiteit wilt studeren', zegt hij. 'Ook vele niet-leden krijgen sociale steun.' Maar de onafhankelijke natuur van Ayyash moet al vroeg de kop hebben opgestoken, want hij heeft het nooit verder gebracht dan 'stap drie' van de vijf stappen naar volwaardig lidmaatschap van de Broederschap (zie inzet). 'Normaal gezien klim je vanaf je adolescentie om de paar jaar een stapje hoger, maar ik ben blijven steken', zegt hij lachend. 'Niet dat ik geen offers heb gebracht. In 2009 gold ik als een 'pro-Broederschap-blogger' en heeft het regime me een week in de cel gestoken.' 'Het is niet dat ik niet meer geloof in de oorspronkelijke ideeën van de Ikhwan', zegt hij. 'Maar ik verloor al vroeg mijn vertrouwen in het leiderschap. De laatste interne verkiezingen, in 2009, waren hilarisch. Vele jongeren wilden een meer representatieve vertegenwoordiging, en eerlijke verkiezingen die werden gemonitord. In de plaats daarvan stemden zittende functionarissen namens alle tienduizenden leden van hun kiesomschrijving. Zo schopten ze alle hervormingsgezinden uit het bestuur.' 'Daarnaast zijn er ook enkele ideologische meningsverschillen, vooral in de omgang met de “andere,. Hoe staan we tegenover vrouwen, jongeren, koptische christenen, andere politieke partijen? Het resultaat is altijd dat wij, de jongeren, een brug willen slaan naar de anderen - en dat het leiderschap alleen muren rond de beweging wil bouwen.' 'Al in juni 2010 heb ik afscheid genomen van mijn eigen directe “familie,, de “cel, waartoe ik behoorde. Officieel ben ik pas uit de organisatie gestapt tijdens de revolutie dit jaar', vertelt Ayyash. 'Op 25januari, de eerste dag van de revolte, ben ik meteen hardhandig gearresteerd in mijn thuisstad Mansour, elektrocutie met een taser inbegrepen. Ik heb drie dagen vastgezeten met 45anderen, in een cel die bestemd is voor achttien man. Verder ging het wel', grijnst hij. 'Daarna ben ik meteen naar Caïro gereisd en ben ik tot de val van Moebarak op het Tahrir-plein gebleven. Daar hebben vele jongeren van diverse overtuiging elkaar gevonden: we begrepen dat we moesten samenwerken om de dictator af te zetten. Het is ons nog gelukt, ook, terwijl de Broederschap weigerachtig blijft staan tegen de anderen. Ik ben gisteren afgestudeerd als computeringenieur. Vanaf nu sta ik op mijn onafhankelijkheid. Mijn familie begrijpt dat, ja, en de meeste van mijn vrienden zijn intussen ook uit de Broederschap gestapt. Dus geen probleem daar.' Koffiebar Het verhaal van Ayyash' frustratie keert telkens terug bij andere jongeren die de Broederschap in de laatste maanden verlieten. Enkele uren later zitten we een verdieping lager, in koffiebar Cilantro, met een Islam Loutfi (33), een jonge advocaat in keurig pak die tot voor kort als een van de grote beloftes van de Broederschap gold. Rond middernacht vindt hij eindelijk de tijd om te praten na alweer een drukke dag, en om een aardbeienmilkshake te nuttigen. 'Het grote verschil met vroeger is dat ik nu het gevoel heb iets te kunnen bereiken', vertelt Loutfi. 'In de ideeënwereld van de Ikhwan is er geen plaats voor revolutie. Daar willen ze geleidelijk zoveel mogelijk mensen inlijven. Maar dankzij Hosni Moebarak raakte ik al enkele jaren geleden ervan overtuigd dat er meer nodig was.' Anders dan Ayyash is Loutfi niet via zijn familie de Broederschap binnengestapt. 'Ik was zeventien en zat in mijn eerste jaar rechten toen er aan de universiteit van Caïro een studentenprotest uitbrak, in 1995. Van alle organisaties die eraan deelnamen, waren de Moslimbroeders duidelijk het klaarst in hun boodschap, het best georganiseerd en het efficiëntst. Zo ben ik toegetreden.' Anders dan Ayyash bereikte de ambitieuze advocaat de hoogste trede van het lidmaatschap, dat van 'werker' (aamil), en probeerde hij het leiderschap te overtuigen een nieuwe koers in te slaan. 'Moebarak maakte het zo bont dat we al in 2006 begonnen na te denken over massabetogingen. Maar toen vorig jaar de parlementsverkiezingen op komst waren, dachten we dat ons “uur nul, daadwerkelijk was gekomen.' 'De hele verkiezingen in november 2010 zouden duidelijk een charade worden, erop gericht om het terrein te effenen voor de opvolging van Moebarak door zijn zoon Gamal als president. Maanden tevoren, in juni 2010, hebben we met een groep gelijkgezinden een concreet plan voorgelegd aan het leiderschap van de Ikhwan. We voorzagen twee à drie weken van straatbetogingen, die door het regime met geweld zouden worden beantwoord. Klinkt dat bekend?', lacht hij. 'Er zou internationaal protest komen, Moebarak zou enkele concrete toegevingen moeten doen - en dat zagen we als het voorspel om hem twee of drie jaar later daadwerkelijk een einde te laten maken aan zijn carrière', zegt Loutfi. 'We legden het plan voor aan de leiding van de Broederschap. Ze weigerden. Toen dit jaar de eerste grote betoging werd aangekondigd voor 25 januari, vaardigde de leiding een advies uit dat stelde dat “leden niet mocht worden belet mee te doen,. Niet ja, niet nee, maar ze zouden zelf niet meedoen, die eerste dagen.' 'Op 25 januari stond ik mee op het Tahrir-plein, samen met alle anderen, en als bij wonder was Moebarak achttien dagen later weg', zegt Loutfi. Hij noch Abdulrahman Ayyash hebben hun islamitische geloof verloren - 'mensen hebben wortels nodig, een identiteit, en bij ons is die grotendeels islamitisch' - maar ze hebben op Tahrir geleerd dat je meer bereikt als je samenwerkt met anderen en hen respecteert in hun eigenheid. 'Natuurlijk is er een generatiekloof in de Broederschap', legt Loutfi uit. 'De vorige generaties van leiders waren nog opgegroeid in de jaren veertig en jaren vijftig, toen Egypte nog tolerant en open was. Ze accepteerden dat vrouwen geen hoofddoek droegen, ze gingen zelf om met mensen uit de kunstenaarswereld, bohémiens. De generatie die nu aan de macht is, is daarna opgegroeid: Egypte onder één leider, één partij. Gamal Abdal Nasser had in de jaren zestig tenminste nog een droom', zucht Loutfi. 'Die jackass van een Moebarak heeft de mensen niets gegeven, behalve negativiteit.' Isolatie 'Ik neem het leiderschap dus niet de posities kwalijk die ze innamen vóór de revolutie - ze stonden onder invloed van de samenleving - wel die erna. Ze hebben nu een nieuwe politieke partij gesticht, Vrijheid en Gerechtigheid. Wat is er nieuw aan? Niets, nul. Dezelfde leiders, dezelfde gesloten interne verkiezingen. En het lidmaatschap is alleen voorbehouden voor Moslimbroeders. Tahrir had hun geesten moeten openen, maar ze leven nog altijd in hun oude isolatie.' Ook vroeger had Loutfi al momenten waarop hij het moeilijk had, geeft hij toe. 'Toen ik jong was, spraken ze over de nood aan “islamitische muziek,. En ik dacht: wat is dat? Voor mij klonk dat alsof je spreekt over “islamitische kip,. Hoe kun je een kip islamitisch maken, of muziek? Toen Facebook in opmars was, startten ze met Ikhwanbook. Youtube? Ikhwantube. Nu is er vrijheid en kunnen ze zichzelf compleet heruitvinden als nieuwe partij. En wat doen ze? De Ikhwanpartij.' Loutfi en zijn gelijkgezinde ex-Moslimbroeders zijn drie weken geleden met hun eigen partij begonnen, de Thayara al-Misr, of 'Egyptische Stroompartij' - zoals in 'volg de stroom van de samenleving'. Hun kantoren nabij het Tahrir-plein kunnen nog wat meer meubilair gebruiken, maar het programma ligt vast: 'We zien onszelf als post-ideologisch', zegt Loutfi. 'We appreciëren onze Arabische, islamitische en Afrikaanse identiteit, maar Egypte wordt pas terug een succesmodel als we vrijheid en sociale gerechtigheid laten primeren.' Naïef is de groep ook niet: 'We weten dat we vele jaren nodig hebben om een grote partij te worden', zegt Loutfi. Om te garanderen dat de jongere generaties worden vertegenwoordigd - die vandaag de meerderheid vormen in de Egyptische samenleving - mogen topfunctionarissen van de partij niet ouder zijn dan veertig jaar. Hoe schat de 'onafhankelijke' ex-Broeder Abdulrahman Ayyash de kansen van zijn voormalige collega's in? 'Bij de eerstvolgende verkiezingen wordt de Moslimbroederschap de grootste partij, met zeker 35procent van de stemmen', zegt Ayyash. 'Maar geen volstrekte meerderheid. Ze zullen geen topministeries opeisen en zich gematigd opstellen, want de mensen hier willen geen extremisten meer. De overheersende stemming is een soort conservatief-liberalisme.' 'In die zin is de Thayaar-partij een belangrijk experiment, zowel voor de Moslimbroeders als voor de jongeren', meent hij. 'Ze zijn heel moedig, want de Moslimbroeders blijven een krachtig blok dat je niet als vijand wilt. Maar de Broeders beginnen fouten te maken, grote fouten. Dus: het kan lukken, de Thayaar-partij.' Hij lacht: 'Maar sinds de revolutie ben ik van niets nog zeker'. DS, 30-07-2011 (Jorn De Cock) |
Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 16:18. |
Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.