Vlamingen zijn rijkste Europeanen
 

Vlamingen zijn rijkste Europeanen


BRUSSEL - Eén op de zes Vlaamse gezinnen heeft ondanks de crisis nog 75.000 euro of meer in zijn spaarpot. Daarmee zijn we de rijkste Europeanen. Maar veel zin in beleggen hebben we momenteel niet.


De crisis heeft de Europese gezinnen zwaar getroffen in hun portefeuille. In West-Europa beschikt nu nog één op de twaalf gezinnen over een spaarpot van 50.000 euro of meer, zelfs als geen rekening wordt gehouden met vastgoed. Twee jaar geleden was dat één op de acht. De cijfers komen van het marktonderzoeksbureau GfK, dat het vermogen van de Europeanen in kaart bracht.

Met 22 procent gezinnen die meer dan 50.000 euro spaargeld hebben, zijn de Belgen de rijkste Europeanen, op de hielen gezeten door de Zweden. Al moet erbij gezegd worden dat Luxemburg en Zwitserland niet in het onderzoek zijn opgenomen. Toch mogen we niet vergeten dat twee jaar geleden nog één op de drie Belgische gezinnen dat bedrag of meer in portefeuille had. In Vlaanderen heeft één gezin op zes nu meer dan 75.000 euro spaargeld, tegen één op twaalf in Wallonië en één op acht in Brussel.

Nauwelijks 6 procent van de Belgen kiest nu voor een belegging in aandelen. Voeg daar nog de 3 procent aan toe die een omweg maakt langs aandelenfondsen, en precies één op de elf Vlamingen vertrouwt wat hij nu nog extra kan sparen toe aan de beurs. Dat is het laagste peil sinds de consumentenafdeling van het studiebureau GfK tien jaar geleden begon met zijn zesmaandelijkse enquêtes in opdracht van The Wall Street Journal.

Twee jaar geleden koos iets meer dan één Belg op vier voor aandelen, net iets meer dan het spaarboekje dat 24 procent van de Belgische beleggers kon bekoren. Nu kiest 35 procent van de ondervraagden het boekje als er nieuw spaargeld moet belegd worden. Dat is een toename met de helft.

Bankrekeningen in het algemeen zijn veel populairder in Vlaanderen dan in Wallonië of Brussel. Voor nieuw spaargeld kiezen 44 procent van de Vlamingen ervoor, tegen 23 procent van de Brusselaars en 17 procent Walen. Aandelen zijn met 10 procent geïnteresseerden dan weer iets populairder in Vlaanderen en Brussel dan in Wallonië, waar ze maar op 6 procent sympathisanten kunnen rekenen.

Op de vraag welke beleggingsstrategie ze nu kiezen, gaat 94 procent van de Belgen voor een risicoloze belegging, zelfs als die weinig rendement biedt. Ook dat is het hoogste percentage ooit sinds het begin van de GfK-enquêtes. Enkel de Italianen zijn met 96 procent voorstanders van risicoloze beleggingen nog iets voorzichtiger. Opvallend is dat zelfs in de Verenigde Staten vier beleggers op vijf kiezen voor het mijden van risico.

De crisis stemt de ondervraagden ook somber. In West-Europa vreest één gezin op twee dat er de komende twaalf maanden niet zal gespaard worden. Daar tegenover verwacht elf procent van de gezinnen dat ze wel wat zullen kunnen opzijzetten. dat is 7 procentpunt minder dan twee jaar geleden, en het laagste peil ooit in de GfK-enquêtes.


DS, 10-07-2009 (Luc Coppens)