Barst
16th May 2006, 23:29
Achterstand allochtone leerlingen nergens zo groot als in Vlaanderen
DE Vlaamse leerlingen staan in internationale vergelijkingen aan de wereldtop voor wiskunde. In hetzelfde vak hebben ook onze allochtone leerlingen een wereldrecord: in geen enkel ander land is het verschil tussen hun resultaten (445 punten in de Pisa-test) en die van de autochtone leerlingen (567 punten) zo groot.
Voor wetenschappen staan de Vlaamse leerlingen wereldwijd op de vijfde plaats. Wanneer we de leerlingen van wie de ouders niet in België zijn geboren apart nemen, dan is de kloof alleen in Denemarken en Duitsland groter.
,,Moreel onaanvaardbaar'', noemt de minister van Onderwijs, Frank Vandenbroucke (SP.A), dit trieste record. Hij stelde deze resultaten gisteren voor samen met Andreas Schleicher, de onderwijsverantwoordelijke van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso).
De wiskundevaardigheid van de allochtone leerlingen in Vlaanderen is zelfs zodanig lamentabel dat 42 procent volgens Schleicher het risico loopt ,,de link met de samenleving te verliezen''. Dat is een grotere groep dan in andere landen.
Waarom deze onderwijskloof in de Vlaamse Gemeenschap zoveel groter is dan in andere landen, is niet duidelijk. Uit dezelfde Oeso-studie blijkt alleszins dat ook op de Vlaamse arbeidsmarkt de kloof tussen allochtonen en autochtonen groter is dan elders.
Er is nog een ander opvallend verschil tussen de Vlaamse en andere leerlingen. Zo is de motivatie bij onze allochtonen om ooit universitaire studies tot een goed einde te brengen, veel lager dan bij de allochtonen in andere landen.
De motivatie om op school wiskunde te leren, ligt in de Vlaamse Gemeenschap niet opvallend lager dan elders. Net zoals in de andere landen is de motivatie van allochtone jongeren zelfs groter dan die van autochtonen. Wel is bij ons de angst om slechte resultaten te halen bij allochtonen groter dan elders.
De afkomst van de leerlingen blijkt geen rol te spelen. Bij een vergelijking van de resultaten van leerlingen uit Turkse en ex-Joegoeslavische gezinnen, blijkt dat hun resultaten sterk variëren per land. ,,Niet de afkomst, maar wel het onderwijs in het gastland is belangrijk voor de slaagkansen'', zegt Oeso-topman Schleicher daarover.
Een mogelijke verklaring van de Vlaamse onderwijskloof zou het aantal allochtone leerlingen kunnen zijn. Maar uit de vergelijking blijkt dat de schoolprestaties niet samenhangen met het aantal immigranten in een land. Integendeel, hoe meer allochtonen, hoe beter de resultaten eerder zijn.
Volgens de studie is in de Vlaamse Gemeenschap maar 7 procent van de leerlingen van vreemde afkomst. Dat is veel minder dan in andere landen, wat Vandenbroucke de verzuchting ontlokte dat het daarom ,,des te erger is dat we het niet goed doen.''
Onder allochtonen verstaat de Oeso wel alleen de kinderen van mensen die niet in de Vlaamse Gemeenschap zijn geboren. Veel allochtonen op de Vlaamse schoolbanken hebben in werkelijkheid ouders die in ons land zijn geboren.
Opvallend is dat de allochtone leerlingen die zelf in het buitenland zijn geboren betere resultaten halen dan de jongeren die in de Vlaamse Gemeenschap zijn geboren.
www.oecd.org
DS, 16-05-2006 (Pieter Lesaffer)
DE Vlaamse leerlingen staan in internationale vergelijkingen aan de wereldtop voor wiskunde. In hetzelfde vak hebben ook onze allochtone leerlingen een wereldrecord: in geen enkel ander land is het verschil tussen hun resultaten (445 punten in de Pisa-test) en die van de autochtone leerlingen (567 punten) zo groot.
Voor wetenschappen staan de Vlaamse leerlingen wereldwijd op de vijfde plaats. Wanneer we de leerlingen van wie de ouders niet in België zijn geboren apart nemen, dan is de kloof alleen in Denemarken en Duitsland groter.
,,Moreel onaanvaardbaar'', noemt de minister van Onderwijs, Frank Vandenbroucke (SP.A), dit trieste record. Hij stelde deze resultaten gisteren voor samen met Andreas Schleicher, de onderwijsverantwoordelijke van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso).
De wiskundevaardigheid van de allochtone leerlingen in Vlaanderen is zelfs zodanig lamentabel dat 42 procent volgens Schleicher het risico loopt ,,de link met de samenleving te verliezen''. Dat is een grotere groep dan in andere landen.
Waarom deze onderwijskloof in de Vlaamse Gemeenschap zoveel groter is dan in andere landen, is niet duidelijk. Uit dezelfde Oeso-studie blijkt alleszins dat ook op de Vlaamse arbeidsmarkt de kloof tussen allochtonen en autochtonen groter is dan elders.
Er is nog een ander opvallend verschil tussen de Vlaamse en andere leerlingen. Zo is de motivatie bij onze allochtonen om ooit universitaire studies tot een goed einde te brengen, veel lager dan bij de allochtonen in andere landen.
De motivatie om op school wiskunde te leren, ligt in de Vlaamse Gemeenschap niet opvallend lager dan elders. Net zoals in de andere landen is de motivatie van allochtone jongeren zelfs groter dan die van autochtonen. Wel is bij ons de angst om slechte resultaten te halen bij allochtonen groter dan elders.
De afkomst van de leerlingen blijkt geen rol te spelen. Bij een vergelijking van de resultaten van leerlingen uit Turkse en ex-Joegoeslavische gezinnen, blijkt dat hun resultaten sterk variëren per land. ,,Niet de afkomst, maar wel het onderwijs in het gastland is belangrijk voor de slaagkansen'', zegt Oeso-topman Schleicher daarover.
Een mogelijke verklaring van de Vlaamse onderwijskloof zou het aantal allochtone leerlingen kunnen zijn. Maar uit de vergelijking blijkt dat de schoolprestaties niet samenhangen met het aantal immigranten in een land. Integendeel, hoe meer allochtonen, hoe beter de resultaten eerder zijn.
Volgens de studie is in de Vlaamse Gemeenschap maar 7 procent van de leerlingen van vreemde afkomst. Dat is veel minder dan in andere landen, wat Vandenbroucke de verzuchting ontlokte dat het daarom ,,des te erger is dat we het niet goed doen.''
Onder allochtonen verstaat de Oeso wel alleen de kinderen van mensen die niet in de Vlaamse Gemeenschap zijn geboren. Veel allochtonen op de Vlaamse schoolbanken hebben in werkelijkheid ouders die in ons land zijn geboren.
Opvallend is dat de allochtone leerlingen die zelf in het buitenland zijn geboren betere resultaten halen dan de jongeren die in de Vlaamse Gemeenschap zijn geboren.
www.oecd.org
DS, 16-05-2006 (Pieter Lesaffer)