PDA

Bekijk de volledige versie : Help, mijn dochter is woke!


bijlinda
13th October 2023, 17:32
Hoe hou ik het als witte man op leeftijd leuk met mijn woke dochter?


Een zinvol leven, dat wil iedereen wel. Maar hoe? De zinzoeker geeft antwoord. Vandaag: een vader en een dochter worstelen met elkaars vooroordelen.


De vraag

Mijn dochter van 25 is woke, al mag ik die term van haar al niet meer gebruiken. Alles aan haar is correct. En wat niet correct is, veroordeelt ze. Haar ouders bijvoorbeeld. Volgens haar zit ik vol vooroordelen, en met zo iemand valt onmogelijk te praten. Dat laatste betwist ik, maar ik kan moeilijk ontkennen dat ik wit ben, man, hoogopgeleid en boven de vijftig. En als ik mijzelf eens blank noem in plaats van wit, of een niet-woke grap maak, gooi ik olie op het vuur. Haar houding heeft een negatieve invloed op onze verhouding. Wat kan ik doen?
Niet-correcte vijftigplusser (m)


Het antwoord

U kunt uw dochter in ieder geval gelijk geven: u zit vol vooroordelen. Maar uw dochter net zo goed. Wij zitten allemaal vol vooroordelen, en dat is helemaal niet erg, tenminste, als we ze niet ontkennen.

Een vooroordeel is een oordeel waar iets voor zit. Voordat je iets beoordeelt doe je al iets, namelijk je vormt je een vooroordeel. En dat vinden we fout. Beter zou het zijn een onderwerp grondig te bekijken, feitenkennis te verzamelen en pas daarna een afgewogen oordeel te vellen.

Eerst iets over dat verzamelen van feitenkennis. Bewust of onbewust hebben we bijna allemaal nog een hele ouderwetse opvatting over waarnemen. We denken: ik sta tegenover de wereld, de mensen, de dingen, die ik zie of hoor. Ik ben als het ware gescheiden van de rest van de wereld. Zo kan ik die wereld van buitenaf waarnemen en onderzoeken. In uw situatie: uw dochter staat tegenover u, en beschrijft wat ze ziet: een oudere, witte, hoogopgeleide heer. Vervolgens spreekt u over blank in plaats van wit, en hopsakee, daar veroordeelt ze u. Denkt u.

Dit wordt wel de klassieke manier van waarnemen genoemd, omdat we sinds de Griekse Oudheid eeuwenlang zo naar de werkelijkheid keken. Om van je vooroordelen af te komen, zo dacht men, moet je goed leren kijken, classificeren, beschrijven wat je ziet. Zo zat de wetenschap dan ook grotendeels in elkaar.


Niet de feiten, maar onze ervaringen

Volgens de hedendaagse filosofie kijken we zo niet naar de wereld. De grote Verlichtingsdenker Immanuel Kant zette dat klassieke idee van waarnemen op z’n kop: niet de feiten maar onze ervaringen geven de eigenlijke toegang tot de wereld. Daar zijn moderne filosofen op doorgegaan. Nu denken we: onze ervaring, ons handelen gaat vooraf aan ons kijken, we beoordelen dat handelen ook onmiddellijk, en kijken vervolgens bevooroordeeld naar de werkelijkheid.

We zitten vast aan talloze oordelen die meekomen met alles wat we doen. Een trambestuurder kijkt anders naar een zwartrijder dan een passagier. Een theatermaker kijkt anders naar de coronacrisis dan een verpleegkundige op de ic. We hebben allemaal ons perspectief, niet door wat we zien, maar door wat we doen – en we denken vervolgens dat we objectief kijken.

U zegt: u bent wit, man, hoogopgeleid, boven de vijftig, en als u eens spreekt over blank in plaats van wit, of een niet-woke grap maakt, dan gooit u olie op het vuur. Ik vind dat mooi gezegd: het vuur van de veroordeling brandt al, dat is aangestoken door de vooroordelen die uw dochter heeft ten aanzien van mannen zoals u. Maar alles wat zíj zegt is ook olie op het vuur: aangestoken door de vooroordelen die u heeft over woke.

De olie is willekeurig: het kan uw taalgebruik zijn of uw grap; het kan haar kleding zijn of haar opvattingen over grensoverschrijdend gedrag. U gaat vervolgens discussiëren over de olie, en komt er nooit uit. Maar het gaat niet over de olie, zelfs niet over het vuur, maar over wat dat vuur aansteekt: uw beider vooroordelen.

Wat is hier tegen te doen? Stoppen met praten? Natuurlijk niet. Stoppen met grappen maken? Ik vermoed dat u er al minder maakt, zoals we op dit moment allemaal met humor in onze maag zitten: welke grap kan nog, welke niet meer? Toch zou ik u dat niet willen aanraden, ik ben er namelijk van overtuigd dat gebrek aan humor polarisatie versterkt.

Wat kunt u wel doen? Uw grap opvangen. ‘Ik weet dat jij een hekel hebt aan dit soort grappen. Maar ik denk niet dat een ironische grap over vrouwen erger is dan de grappen die er vroeger over flaporen werden gemaakt of over stotteren of over een gekke naam. Ik weet het, je hoeft het me niet in te peperen: dat is mijn vooroordeel.’


Macht

Uw dochter kan u uitleggen dat grappen graag gemaakt worden door degene die de macht heeft. Voor de machtige – ‘tuurlijk een man’ – is het ‘vanzelfsprekend bepaalde grappen te maken’.

‘Of voor de meerderheid van de klas zonder flaporen,’ antwoordt u.

Goed mogelijk dat uw dochter dan zegt: ‘Ik vind grappen over flaporen ook walgelijk.’

U kunt antwoorden: ‘Vroeger zeiden we dat je van dit soort grappen een dikke huid kreeg. En ik denk nog steeds dat je met een dikke huid makkelijker door het leven gaat.’

Nu ik dit zo opschrijf, denk ik dat voor beide posities wel wat te zeggen is. Bedenk telkens één ding: een vooroordeel is niet erg, maar het vooroordeel dat u geen vooroordelen heeft wel. Zoek ze op, expliciteer ze en leg ze op tafel. Het gesprek met uw dochter wordt vast leuk.


Trouw, 10-10-2023 (Peter Henk Steenhuis)