PDA

Bekijk de volledige versie : Vandaag even wakker, morgen weer in winterslaap


bijlinda
8th December 2019, 03:30
Vandaag even wakker, morgen weer in winterslaap


Dat vijftienjarige leerlingen opnieuw achteruit zijn gegaan, verbaast Wouter Duyck niet. Kunnen we eindelijk het probleem eens ernstig erkennen en aanpakken?


De Vlaamse resultaten van het Pisa-onderzoek over het secundair onderwijs zijn ronduit slecht. Dat is helaas geen verrassing meer. Elke drie jaar blijken we te zijn achteruitgegaan. Vervolgens voeren we weer dezelfde discussies, houden we een winterslaap en doen we verder zoals we bezig waren. Hoeveel alarmsignalen zijn nog nodig om het tij te keren?

Het lichtpuntje blijft voorlopig hetzelfde: we doen het nog steeds beter dan het Europese gemiddelde. Maar de evolutie op lange termijn is ronduit dramatisch. We hebben sinds 2000 twintig Pisa-metingen gehad over vier domeinen: wiskunde, wetenschappen, leesvaardigheid en financiële geletterdheid. Na de vier basismetingen hebben we zestien keer kunnen vergelijken met drie jaar eerder. Alle zestien vergelijkingen toonden een achteruitgang. Alle-maal. Hoe duidelijk kan een probleem zijn?

Voor een fundamenteel traag systeem als het onderwijs verloopt de achteruitgang razendsnel. Voor wiskunde duurt het nu tien maanden langer voor onze vijftienjarigen hetzelfde niveau halen als in 2000. Voor leesvaardigheid bedraagt de schoolse vertraging negen maanden, voor wetenschappen zes maanden. Het aantal wiskundetoppers halveerde bijna. Zo’n evolutie in nog geen twintig jaar is verbijsterend.

Een kenmerk van ongemakkelijke waarheden is dat de feiten zelf betwist zullen worden. Meet Pisa wel onderwijskwaliteit? Gaat het onderwijs niet over meer dan wiskunde, lezen en wetenschappen? Pisa meet inderdaad cognitieve basisvaardigheden. Overal ter wereld beseft men dat die de basis van goed onderwijs zijn. Ze belemmeren de veel populairdere eenentwintigste-eeuwse vaardigheden ook niet, maar zijn net een noodzakelijke voorwaarde. Het is een illusie te denken dat je burgerschap kunt aanleren als jongeren niet meer kunnen lezen, of ondernemerschap als ze niet meer kunnen tellen.


Actieplannen gezocht

De reden waarom het Pisa-nieuws hier telkens zo belangrijk is, is omdat wij, in tegenstelling tot vele andere landen, niet over systematische cijfers beschikken met een opvolging van leerprestaties. De enige uitzonderingen zijn de goede Vlaamse peilingstoetsen die sporadisch afgenomen worden voor een bepaald domein. Dat moet dringend anders. Onderwijskwaliteitszorg begint bij adequate monitoring. De onderwijsinspectie meet geen individuele leerprestaties, maar alleen schoolprocessen. Gelukkig heeft de Vlaamse regering beslist om eindelijk te beginnen met gestandaardiseerde toetsen die leerwinst opvolgen. Onderzoek toont aan dat die een positief effect hebben op leerprestaties van de minder goede én de beste leerlingen.

Het is geen toeval dat het om een louter politiek besluit gaat. In tegenstelling tot veel andere domeinen lijkt de politiek zich veel meer bewust van het prangende probleem dan de actoren in het onderwijs zelf. In Vlaanderen hebben onderwijsverstrekkers bijna volledige autonomie over hoe ze het onderwijs aanpakken. Dat moeten we blijven koesteren. Maar autonomie impliceert een grote verantwoordelijkheid voor het eindresultaat. En de eerste stap in de oplossing van elk probleem is de erkenning ervan. Waar blijven de actieplannen wiskunde, wetenschappen en lezen na achttien jaar achteruitgang? Er zijn nota’s en teksten over tientallen maatschappelijke thema’s. Maar geen enkel doelgericht project over de kern van de zaak: hoe kunnen we wiskunde en lezen verbeteren?

De peilingstoetsen lieten eerder al zien dat ongeveer de helft van de leerlingen in het laatste jaar basisonderwijs niet langer de eindtermen wiskunde en Frans haalt, ook al zijn dat de wettelijk opgelegde minimale doelstellingen. Wanneer wordt dat eindelijk aangepakt? De enige duidelijke reactie die de grootste onderwijskoepel gaf, was dat de eind*termen te ambitieus zijn. De koepel viel de thermometer aan, in plaats van de koorts. Toen het lager onderwijs vervolgens ook barslechte leesresultaten liet zien, slaagde dezelfde koepel erin om een paar maanden later een uur Nederlands te schrappen.


Zes op tien

Op Twitter reageerde Machteld Verhelst, de pedagogisch directeur van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, gisteren alvast ook op de nieuwe, slechte Pisa-resultaten. Ze verklaart vooral geraakt te zijn door de sociale kloof, om vervolgens te pleiten voor een zorgbreed onderwijs. Goed bedoeld, maar haar reactie illustreert dat de ernst van de situatie nog steeds niet doordringt.

Onze afhakende leraren worden nu al veel meer dan elders overspoeld met zorgtaken, en ze krijgen alle maatschappelijke problemen over zich heen gekieperd. Wie komt nog toe aan wiskunde en lezen? Het onderwijs ruilt leren in voor zorg, en ouders doen noodgedwongen het omgekeerde. Kwetsbare kinderen worden daar het eerste slachtoffer van. Wie hetzelfde blijft zaaien, moet niet verbaasd zijn dat hij hetzelfde oogst. Kunnen we eindelijk het probleem eens ernstig erkennen en aanpakken?

Een trendbreuk zal zelfs na de noodzakelijke bewustwording veel tijd vergen. Onderwijscultuur verandert niet van vandaag op morgen. Vlaamse leerlingen hebben nu de laagste prestatiemotivatie van de hele Oeso. Een zes op tien is ook al goed. Leerlingen die meer in hun mars hebben, moeten hun plan trekken. Die kortzichtigheid vormt de grootste bedreiging van onze welvaart, in een Vlaanderen dat veroordeeld is om een kenniseconomie te zijn. Iémand zal de innovatie moeten creëren. Lage verwachtingen leiden zelden tot grote verwezenlijkingen. En dat geldt niet het minst voor kwetsbare leerlingen.

Wouter Duyck, professor cognitieve Psychologie, Universiteit Gent


DS, 07-12-2019

bijlinda
8th December 2019, 03:49
Daalt de kwaliteit van het onderwijs wel?


Minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) wees gisteren met een vermanende vinger naar het onderwijs. De nieuwe Pisa-resultaten tonen dat de situatie ernstig is, aldus de minister. De kwaliteit van het onderwijs moet dringend beter. De media leken dan weer vooral aan cherrypicking te doen. Het klopt dat we voor begrijpend lezen nu landen als Ierland en Polen moeten laten voorgaan. Maar dat Vlaanderen voor wiskunde en wetenschappen met gemak Duitsland, Frankrijk of Zwitserland achter zich laat, hoor je niet. Dat neemt niet weg dat er inderdaad een daling is vastgesteld voor België, al is die de laatste jaren niet meer significant. Maar zeggen Pisa-resultaten wel iets over de kwaliteit van ons onderwijs?

Vlaanderen heeft de afgelopen jaren heel wat inspanningen gedaan om zo veel mogelijk leerlingen aan boord te houden. Hadden de scholen met het oog op Pisa niet beter zwakke, onwillige leerlingen van school gestuurd? Dat zou goed geweest zijn voor ons gemiddelde. Nederland heeft 6,2 procent van de leerlingen uitgesloten van deelname aan het onderzoek (voornamelijk vanwege hun ‘intellectuele onvermogen’), België maar 1,9 procent. Moeten we volgende keer dan ook kiezen om meer leerlingen uit te sluiten?

Bepaalde Pisa-resultaten in Vlaanderen lijken minder goed als je ze naast die in andere regio’s of landen plaatst, maar dat wijst niet per se op een lagere kwaliteit van ons onderwijs. Om scores tussen landen te kunnen vergelijken, moeten we zeker zijn dat de steekproef in ieder land vergelijkbaar is. Quod non. Je kunt de leergroei van leerlingen uit verschillende landen niet vergelijken met een meting op één tijdstip. Je weet dan niet of de verschillen te maken hebben met de aanpak, dan wel met de bredere context in het land of met de startpositie van de leerlingen. Om dat te verhelpen, heb je longitudinaal onderzoek nodig met metingen op meerdere momenten.


Ligt het aan de smartphone?

Ook een historische vergelijking binnen één land geeft maar een wankel houvast. Zo zijn de scores voor begrijpend lezen de laatste twee decennia inderdaad achteruitgegaan. Maar het is niet duidelijk of dat komt door wijzigingen in de onderwijsaanpak of door externe factoren. Je zou je kunnen afvragen of de opkomst van smartphones en computergames jongeren van de leesboeken heeft weggejaagd. Ook een grotere toestroom van anderstalige leerlingen kan de gemiddelde score op begrijpend lezen beïnvloeden. Of misschien zijn de resultaten eerder een gevolg van een steeds verdergaande besparing op onderwijs, waarbij personeelstekort of gebrek aan infrastructuur de leergroei in het gedrang brengt. Dat soort factoren moet je in rekening brengen voor je oordeelt.

We moeten ons vooral afvragen of we de kwaliteit van het onderwijs werkelijk willen bepalen aan de hand van enge criteria. Als scholen erin slagen om meer leerlingen aan boord te houden en schooluitval te verminderen, zie ik dat ook als een teken van kwaliteit. Dat geldt eveneens voor scholen die het curriculum hebben uitgebreid met nieuwe vaardigheden, die pesten en spijbelen tegengaan en leerlingen weerbaar maken tegen de verleiding van drugs. En we spreken echt over kwaliteit als ze leerlingen autonoom leren werken, zelfstandig projecten leren opzetten en engagementen leren opnemen. Als ze hen genuanceerd leren discussiëren, leren omgaan met verschillen tussen mensen en opkomen voor belangrijke waarden in onze samenleving.

Wanneer we de resultaten op begrijpend lezen, op wiskunde of op wetenschappelijke kennis zien dalen, dan moeten we daar aandacht aan geven. Het is een knipperlicht dat vraagt om verder onderzoek en acties die de interne of externe oorzaken aanpakken. Maar het is weinig respectvol om op basis van een eng criterium te stellen dat de kwaliteit van ons onderwijs niet goed meer zou zijn. Er zijn zeker dingen die beter kunnen. Maar ik waardeer hoeveel goede dingen scholen de laatste jaren hebben ontwikkeld en hoeveel engagement leraren vertonen. Zovelen van hen zetten zich dag in dag uit in voor de leerlingen, proberen nieuwe methoden uit, evalueren en sturen bij, hebben veel aandacht voor leren én voor het leven van leerlingen. En dat elke dag opnieuw.

De Pisa-resultaten zijn boeiend om te volgen en doen nadenken over wat we beter kunnen doen. Maar ze zijn absoluut geen indicatie van hoe het met de kwaliteit van ons onderwijs is gesteld.

Dieter Burssens, wetenschappelijk onderzoeker NICC


DS, 07-12-2019