PDA

Bekijk de volledige versie : Fouten maken in een perfecte wereld


Barst
18th March 2016, 20:30
Mild voor de boeteling, hard voor de goedprater


De mens is soms een bijzonder onaangenaam beest. Want we hebben de reflex om de eigen fouten te ontkennen en tegelijk de neiging om die van anderen op te blazen. Lees: we zijn mild voor onszelf en bikkelhard voor de ander.


‘Toon barmhartigheid voor Femke Van den Driessche’, vroeg de pastoor van Adinkerke gisteren in een tweet. Maar alle goede bedoelingen ten spijt, voor het grote publiek is de jonge veldrijdster al lang veroordeeld voor mechanische doping. Ze hing deze week de fiets aan de haak.

De Russische tennisster Maria Sharapova, nochtans betrapt op een positieve dopingtest, oogstte vorige week een heel andere toon. Zij organiseerde een vlotte persconferentie, gaf toe dat ze in de fout ging en landde nadien relatief zacht op een kussen van wereldse mildheid.

Los van de schuldvraag bij beide sportsters, is het opvallend hoe vergevingsgezind we zijn voor wie excuses aanbiedt en hoe hard voor mensen die een paraplu opentrekken wanneer ze van fouten worden beschuldigd. Denk maar aan de allergische reacties op Lance Armstrong, die pas een halfjaar nadat hij schuldig was bevonden aan doping, openlijk toegaf dat hij het had gedaan.


Rebel

We veroordelen mensen bijzonder snel, zelfs als ze onschuldig zijn, zegt Jan Van Dijk, hoogleraar victimologie aan de Universiteit Tilburg. ‘We zoeken naar redenen om te kunnen zeggen dat het slachtoffer het noodlot heeft getart. Op die manier stellen we onszelf gerust: ons zou zoiets namelijk nooit overkomen.’

Als Van den Driessche onschuldig is, had ze zich bijvoorbeeld maar zorgvuldiger moeten omringen. Of buiten de sportsfeer: de vrouw die aangerand werd, had ’s avonds maar niet alleen op pad moeten gaan.

‘Mensen vinden het moeilijk om te aanvaarden dat iemand onschuldig het slachtoffer kan worden van zoiets wreeds’, zegt Van Dijk. ‘Dat besef aanvaarden, ondermijnt het geloof dat de deugd wordt beloond en het kwaad gestraft. Dan verlies je het vertrouwen in de rechtvaardigheid van het leven.’

Hoe komt het dan dat we minder moeite hebben met iemand die schuld bekent? ‘We vinden het heel belangrijk dat iemand die iets fout deed, berouw toont. Want dan geef je te kennen dat je de regels begrijpt: “ik weet dat ik fout heb gehandeld en zal het niet meer doen”. Doe je dat niet, dan ben je een rebel die de hele sociale orde ontkent. En dat is bedreigend, want dan denk je: wie kan ik nu wel nog vertrouwen?’


Menselijk, al te menselijk

Missen is menselijk: het cliché hangt voor het plukken voor wie een fout toegeeft. En toch kiezen mensen vaak en vanuit een automatisme voor de tegenaanval: ‘ik heb het niet gedaan’.

‘Iedere mens gebruikt elke dag goedpraters, zelfs vaak onbewust en uit automatisme’, zegt Katrien Smeets, onder meer begeleider bij Slachtoffer in Beeld. ‘Een goedprater is een soort gewetensusser die je gedrag rechtvaardigt en minimaliseert. We gebruiken ze omdat het voor jezelf zwaar is toe te geven dat je een fout gemaakt hebt en dat jouw gedrag ook nog eens een impact kan hebben op anderen. Jezelf goedpraten, doe je om nog in de spiegel te kunnen kijken en jezelf toch niet een heel slecht mens te vinden.’

Dat doe je door bijvoorbeeld de fout aan externe factoren of personen toe te schrijven. ‘Terwijl buitenstaanders net de omgekeerde reflex hebben’, zegt Smeets, ‘die schrijven fouten net meteen toe aan iemands persoonlijkheid.’

En ziedaar de publieke opinie. Communicatie-expert Fons Van Dyck benadrukt dat crisiscommunicatie bijzonder moeilijk is. ‘In een samenleving waar alles transparant moet zijn, privacy onder druk staat en waar de waarheid uiteindelijk toch de leugen achterhaalt, speel je beter meteen open kaart’, zegt Van Dyck. ‘Sharapova kwam persoonlijk met alle details van het nieuws naar buiten en excuseerde zich. Los van de schuldvraag bij Femke Van den Driessche, heeft Femke te veel rond de pot gedraaid. Crisismanagement is vakmanschap omdat je zoveel partijen bereikt: media, publieke opinie, fans. Dat moet je zeer goed voorbereiden en een geïmproviseerd interview op zondagavond, daarmee red je het niet.’

Dat zegt ook Jan Van Dijk. ‘Je moet zo snel mogelijk schoon schip maken. Voor media is het verhaal namelijk uit wanneer je schuld bekent. Doe je dat niet of halfslachtig, dan blijft het een spannend verhaal en zijn ze er nooit mee klaar. Maar ook voor jezelf: een fout toegeven is moeilijk omdat je bang bent dat het je zelfbeeld zal beïnvloeden. Maar op lange termijn is het makkelijker omdat je er niet langer hoeft mee te worstelen.’


DS, 16-03-2016 (Sarah Vankersschaever)