PDA

Bekijk de volledige versie : Pats, autoruit stuk – en dan snel weg


Barst
18th January 2006, 18:36
Pats, autoruit stuk – en dan snel wegfietsen


In verschillende wijken in Amsterdam is het onrustig door Marokkaanse jongens. Burgemeester Cohen wil snel ingrijpen. „Parijse rellen hebben wellicht hier hun nawerking.”


Amsterdam, 18 Jan. Ali is ziek, meldt een handgeschreven briefje op het ‘wijkservicepunt’ in de Amsterdamse Diamantbuurt. De Turkse Ali is de ‘buurtconciërge’ op het Smaragdplein. Hij is de gesubsidieerde sociale controle – zorgt dat bewoners geen troep op straat laten liggen, spreekt hangjongeren aan als ze te veel lawaai maken en vooral: luistert naar de klachten van buurtbewoners die zich na zonsondergang ergeren aan die groepjes jongens.

Ali wordt in april wegbezuinigd. Hij is niet meer nodig, vindt het stadsdeel Oud-Zuid. Tot woede van veel buurtbewoners. Want het wordt juist nu weer minder gezellig in de Diamantbuurt in de Amsterdamse Pijp. Sinds de jaarwisseling zorgt een nieuwe groep Marokkaanse jongens van dertien, veertien jaar voor overlast. Belangrijkste methode: autoruiten inslaan en snel wegfietsen. Om te pesten. Mondige buurtbewoners vertellen het stuk voor stuk, zoals Harry Rijpkema, een vriendelijke man die „nog werd opgevoed met de mattenklopper”.

Er is een gevoel van onrust onder Marokkaanse jongens in de stad, zei burgemeester Job Cohen gisterochtend op een persconferentie. Daarvoor had hij spoedoverleg gevoerd met de voorzitters van alle stadsdelen. Hij wilde van hen weten wat er speelt in de buurten.

Na afloop concludeerde hij dat er maar een „paar kleine dingen nodig zijn om het tot een uitbarsting te laten komen”. En: „Dat de rellen in Parijs hier hun nawerking hebben, sluit ik niet uit.”

Aanleiding waren twee recente incidenten. In de Pijp sloeg een groep jongeren rond de jaarwisseling de ruiten in van tientallen auto’s (29 in één straat). In stadsdeel Slotervaart ontstond onrust na de dood van een 17-jarige Marokkaanse jongen. Die botste met zijn scooter tegen een paal. Kort daarvoor was een agent uit zijn auto gestapt om te kijken bij de scooter die onbeheerd met draaiende motor op de stoep stond. Toen sprong de jongen op de scooter en reed weg. Na het ongeluk werd hij naar het ziekenhuis gebracht, waar hij stierf.

Marokkaanse jongeren in de buurt dachten dat de overleden jongen door de politie was achtervolgd. Ze gooiden een dag later een paar ruiten in van een politiebureau aan het August Allebéplein en staken een auto in brand.

De incidenten in de Diamantbuurt zijn minder dramatisch, maar komen de laatste tijd vaak voor. Neem de vader die onlangs op het Smaragdplein zijn peuter ophaalde bij kinderdagverblijf het Hofnarretje. Hij ging even naar binnen. Pats, autoruit ingeslagen. De buurjongen zag twee jongens wegrijden op één fiets, vertelt die.

En het ging net zo goed in de Diamantbuurt, vertelt bewoner Rijpkema.

Het dieptepunt van eind 2004 dacht de Diamantbuurt juist achter zich te hebben gelaten. Het echtpaar dat in de media de gefingeerde naam Bert en Marja kreeg, vertrok toen uit de Smaragdstraat omdat ze naar eigen zeggen waren weggepest door Marokkaanse hangjongeren. De burgemeester, politie en een hele hoop hulpverleners trokken zich maandenlang opeens wat aan van de buurt.

De buurtconciërge ging extra opletten, er kwamen twee camera’s op het Smaragdplein en er werd een samenscholingsverbod ingesteld op het plein. Waar voorheen dertig jongens ’s avonds hingen, waren het er vorig jaar nog hooguit twee.

De politie was veel vaker te zien dan voorheen, vertelt Frans, die al 75 jaar in de buurt woont. „Als je belde over overlast, dan kwamen ze ook.” Het lastige in zo’n buurtje, zegt hij, is dat alleen de bewoners op de begane grond ’s avonds last hebben van hangjongeren, en dus tweederde van de bewoners niet. „Als lokale politici hún wat vragen, zeggen zij dat je je aanstelt.” Bovendien zoeken de echt vervelende jongens bewust naar slachtoffers. Frans: „Roep ik wat kritisch op een buurtvergadering, dan gaan ze met een sleutel langs mijn busje.” Hij toont een lange kras in de lak. Zelf is hij naar eigen zeggen niet bang, want hij woont in een rustig deel van de straat waar vooral ouderen wonen; de huizen zijn vijftig vierkante meter groot. „Te klein voor grote Marokkaanse gezinnen.”

Door alle maatregelen werd het vorig jaar rustiger in de buurt, vertelt Rijpkema (van de Vereniging Oud-Zuid). „Maar nu het een tijd lang beter ging, is het geen prioriteit meer.” Zijn analyse: de oudere, echt criminele jongens die vroeger op het Smaragdplein rondhingen vertonen zich er niet meer. Het gaat nu om veel jongere jongens „de nieuwe aanwas”, veelal scholieren.

En dus zijn er weer ‘incidenten’. Zoals de joodse bewoner die op straat wordt uitgescholden door groepjes jongens. Met de jaarwisseling werden de ruiten van zijn woning ingegooid en smeten jongeren vuurwerk naar binnen. Harry is ook weleens uitgescholden voor ‘homo’ én ‘jood’ („en ik ben geen van beide”) maar hij loopt dan gewoon door. Bovendien is híj groot van stuk.

Na afloop van het overleg met Cohen vertelde stadsdeelvoorzitter Emile Jaensch van Oud Zuid, – waar de Diamantbuurt onder valt – dat hij ook weet hoe een homostel in de Diamantbuurt de laatste tijd „stelselmatig” getreiterd wordt. „Ze staan op het punt om de buurt te verlaten. Ik vind dat stuitend.”

Jaensch vertelde eerder deze week al „vrij radeloos” te zijn. Want het gaat hier volgens hem niet meer om vandalisme. „Er is sprake van intolerantie, tegen joden en homo’s.” Virulent antisemitisme, stelde burgemeester Cohen gisteren. Wat daar de oorzaken van zijn, weten de bestuurders nog niet. Jaensch: „Is het sociaal economisch?” De gemeente gaat het onderzoeken.

Opvallend is hoe verschillend de Diamantbuurt en Amsterdam-West zijn, ondanks het gedeelde probleem. In de Diamantbuurt, langs de Amstel, wonen zowel veel autochtone Amsterdammers als Marokkaanse Amsterdammers. De autochtonen protesteren als ze te veel overlast hebben. Dat zijn voor het grootste deel oudere huurders die klein maar centraal wonen. Sommige straten van de buurt bestaan vrijwel geheel uit oude koophuizen en worden volgens de fietsenmaker bewoond door specialisten en beursjongens. In stadsdeel Slotervaart, buiten de ringweg in West, is het aandeel Nederlanders kleiner. Daar staan vrijwel alleen sociale-huurwoningen.

Sinds vorige week zijn er in Slotervaart geen verstoringen van de openbare orde meer geweest. Na de onrust werden twee jongeren gearresteerd. Het stadsdeel denkt escalatie te hebben voorkomen door de inzet van Marokkaanse buurtvaders en jongerenwerkers, stelde stadsdeelvoorzitter Henk Goettsch gisteren. Die spreken de jongens op straat aan en proberen de gemoederen te bedaren. Maar het blijft opletten. Goettsch: „Het is een moeilijke wijk.”


NRC, 18-01-2006

Barst
19th January 2006, 02:39
Franse toestanden?


Franse toestanden in Amsterdam? Als ik aan Franse toestanden denk, denk ik aan de péage van de tolweg bij Nancy drie weken geleden. Ik had net mijn creditkaart uit de betaalmachine gegrist en reed van het tolpoortje weg. Waarschijnlijk niet snel genoeg, want enkele tientallen meters verder werd ik door het achterliggende voertuig ingehaald en klemgereden. Ik remde en kwam tot stilstand...


De raampjes van de auto met nummerbord uit het departement Hérault (Montpellier) gingen naar beneden en drie woedende gezichten plus drie halve rompen kwamen uit de raamopeningen te hangen. Drie jonge Noord-Afrikanen met de traditionele petjes en capuchons uit de Franse banlieues. Hoewel ik nieuwsgierig was naar de verwensingen die uit hun door haat verwrongen mond gebruld werden, hield ik wijselijk mijn eigen raampje dicht. Een goede zet, want voor ik het wist werd mijn auto door een vlucht vette fluimen getroffen. Als een Noord-Afrikaan op je spuugt, dan weet je dat hij heel boos moet zijn en hiermee zijn diepste verachting uitdrukt. En terecht. Als vermeende Nederlander rijdend in een auto met Nederlands kenteken kon ik natuurlijk geen haar beter zijn dan al die Franse krijtkoppen die hen dag in dag uit onderdrukken. Mijn trage gang was misschien een bewijs van mijn superioriteitsgevoel dat geen rekening hield met hun achterstandspositie en hun gevoel van uitsluiting. In ieder geval prijsde ik me gelukkig dat mijn autootje alleen maar werd bespuugd en niet door deze boze achtergestelde jongeren in lichterlaaie werd gezet, zoals 45000 voertuigen vorig jaar in Frankrijk.

Nee, ik geloof niet dat we nu al in Nederland die zogenaamde Franse toestanden zijn genaderd. Het smeult en broeit wel, maar de vroegtijdige Nederlandse aanpak en het onderkennen van het probleem door verschillende overheden verschillen wezenlijk met de Franse struisvogelpolitiek. In dat land wordt iedereen die de onrust en onlusten in migrantenbuurten niet door een achterstands- en discriminatiebril bekijkt, onmiddellijk afgeschoten. Een minister van justitie, zoals Donner gisteren deed, die de intolerantie en het geweld van jonge Marokkanen door ’enerzijds sociaal-economische factoren en anderzijds door culturele factoren’ uit zou leggen, zou ongetwijfeld voor fascistoïde Le Pen worden uitgemaakt. Zelfs burgemeester Job Cohen zou door de Franse politiek-correcte gemeente met pek en veren worden besmeurd wegens zijn jongste uitlatingen. Want je kunt het tot nu toe gevoerde beleid van de Amsterdamse burgemeester te week vinden, maar eergisteren leek zijn discours plots te verharden. Vooral bij Nova was het alsof een nieuwe burgervader was opgestaan. Cohen hekelde het slachtofferschap van jonge Marokkanen en hun groeiende intolerantie jegens homo’s, joden en de Nederlandse samenleving in het algemeen. Ook wees hij naar islamitische buitenlandse zenders om deze onverdraagzaamheid en dit antisemitisme te verklaren. Het is al heel wat voor een bestuurder die integratie via religieuze kanalen dacht te bevorderen.

Sylvain Ephimenco

Trouw, 19-01-2006