Barst
2nd July 2015, 13:41
Heimwee, zeewee, Fernweh
Met haar zomerkampen, taalstages en logeerpartijtjes vormt de zomervakantie het hoogseizoen van de heimwee. Maar het verlangen naar huis maakt ook in onverwachte hoeken slachtoffers.
Hij heeft het een of twee keer meegemaakt, zegt Erwin Cools, directeur van Chirojeugd Vlaanderen, dat een kind op kamp van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat bleef huilen. ‘Heimwee. Op geen enkele manier te troosten. De enige oplossing is om zo’n kind naar huis te laten gaan. Als de heimwee zo verscheurend groot is, moet je het niet blijven pijnigen.’
Maar in de meeste gevallen is heimwee op kamp goed op te vangen, zegt Cools. ‘Door kinderen zo actief mogelijk te laten zijn, bijvoorbeeld. Als ze spelen, denken ze niet aan thuis. Heimwee steekt op de stille momenten de kop op: aan tafel, of ’s avonds in bed bij het slapengaan.’
Zomerkampen, taalstages en logeerpartijtjes: de zomervakantie is het hoogseizoen van de heimwee. Toch hebben niet enkel kinderen en jongeren er last van. Uit een Nederlandse studie bleek dat volwassen expats bij de Amsterdamse divisie van een internationaal hightechbedrijf evengoed hevig kunnen terugverlangen naar huis. En onder soldaten op buitenlandse missie is heimwee een van de voornaamste redenen om een consult bij een psychiater aan te vragen.
Ook zeelui op de lange omvaart worden soms door heimwee overvallen. Al krijgen zij bij een te lang verblijf aan wal juist weer last van zeewee, een variant op wat de Duitsers zo onvertaalbaar Fernweh noemen: de zucht naar verre, vreemde verten.
Heimwee is geen modeziekte. De joden hadden er al last van toen ze na de verwoesting van hun tempel door de Babyloniërs in ballingschap werden weggevoerd, schrijft het Bijbelboek Exodus. En in de Odyssee dringt Athena er bij Zeus op aan om Odysseus naar huis te laten gaan omdat die er zo hevig naar verlangt om zijn vrouw terug te zien.
Hartziekte
Maar hoe herkenbaar ook – iedereen heeft ooit weleens naar huis terugverlangd – over heimwee is nog veel onbekend. Waardoor heimwee precies wordt uitgelokt, is bijvoorbeeld niet geweten. Is het de scheiding van thuis, zijn het aanpassingsproblemen in den vreemde?
‘En hoeveel mensen last van heimwee hebben en in welke mate, weten we ook niet’, zegt Ad Vingerhoets, klinisch psycholoog en heimweeonderzoeker aan de universiteit van Tilburg. ‘Zoals we ook niet weten of meer vrouwen dan mannen last van heimwee krijgen.’
Heimwee is onder psychologen geen populair onderzoeksterrein – misschien omdat het gemis van thuis niet als psychiatrische stoornis te boek staat. Toch vormt heimwee voor een kleine minderheid van de mensen, misschien vijf of tien procent, een echt probleem. Zij kunnen niet van huis weggaan zonder daar ellendig van te worden. Er zijn zelfs gevallen van depressie en hartziekte gerapporteerd onder mensen die hun huis tegen hun zin hadden moeten verlaten.
Knuffelbeer
Lange tijd werd aangenomen dat heimwee enkel te voorkomen viel door niet van huis weg te gaan, en enkel te genezen door weer naar huis terug te keren.
Daar wordt tegenwoordig genuanceerder over gedacht, zegt Erwin Cools van Chirojeugd Vlaanderen. Jeugdbewegingen hebben soms heuse antiheimweeprojecten en leren hun leiding om oog te hebben voor de symptomen en daarop in te spelen. ‘Bijvoorbeeld door te zeggen dat het normaal is dat je terugverlangt naar je ouders of naar je broer of je zus, en dat iedereen weleens aan thuis denkt.’ De tijd dat een kampkind zijn verlangen naar huis lijdend moest uitzitten, is voorbij.
Maar een pasklare remedie tegen heimwee bestaat volgens Cools niet. ‘Je moet het een beetje geval per geval bekijken. Soms help je een kind door het naar huis te laten bellen, soms maak je het zo juist erger.’
De bezoekdag is vaak de moeilijkste dag van het kamp, zegt Cools uit eigen ervaring – hij ging jarenlang als volwassen begeleider op chirokamp mee. ‘Een kind dat last heeft van heimwee en daar zijn ouders terugziet: dat wil natuurlijk mee terug naar huis. Om die reden moedigen we zulke bezoekdagen niet aan, al staat het groepen vrij om ze te organiseren.’
Chirogroepen raden hun leden, zeker die van de jongste leeftijdsgroepen, vaak aan om van thuis een vertrouwd voorwerp mee te nemen naar het kamp. ‘Een knuffelbeer of iets dergelijks’, zegt Cools. ‘Ook volwassenen die mee zijn op kamp, zoals kookouders, kunnen helpen door een kind op een moeilijk moment een aai over de bol te geven of een koekje toe te stoppen. Doordat zij doorgaans wat ouder zijn dan de leden van de leidingsploeg, valt het hen wat makkelijker om de rol van de ouders even over te nemen.’
Waren de traditionele heimweeslachtoffers vroeger kampgangers, kostschoolkinderen en kotstudenten, tegenwoordig zijn er nieuwe risicogroepen, zoals immigranten. Het federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers gebruikt in zijn opvangcentra een preventieprogramma, zegt woordvoerster Mieke Candaele. ‘Het is een algemeen preventieprogramma, dat behalve over heimwee ook over andere thema’s gaat, zoals depressie en verliesverwerking.’
De psychologen van Fedasil merken in hun contacten met de bewoners van asielcentra dat het thema heimwee inderdaad vaak terugkomt, zegt Candaele. ‘Zeker bij jonge asielzoekers en bij mensen die hun reis onvoldoende hebben kunnen voorbereiden en halsoverkop hun families hebben moeten achterlaten.’
Ook asielzoekers die geen of weinig contact meer hebben met hun familieleden thuis of die door plotselinge ingrijpende gebeurtenissen familieleden of vrienden verloren zijn, lopen een verhoogd risico, zegt Candaele. ‘Dat zal zich eerder vertalen in teruggetrokken gedrag en gelatenheid, en niet meteen als gespreksonderwerp op tafel komen.’
Echtscheiding
Volgens sommige onderzoekers bestaat heimwee in soorten. Zo valt er onderscheid te maken tussen hondenheimwee en kattenheimwee. Bij hondenheimwee gaat het om het missen van mensen van wie je houdt (zoals een hond zijn baasje mist). Bij kattenheimwee om het missen van de eigen omgeving (het eigen bed, de eigen wc) en routines. Maar of het onderscheid tussen honden- en kattenheimwee echt bestaat, weet niemand. ‘De begrippen zijn ooit door een psychiater geďntroduceerd,’ zegt Vingerhoets, ‘maar ik ken geen enkel onderzoek dat ze onderbouwt.’
Als de twee vormen voorkomen, is er trouwens ook een groep die aan allebei tegelijk kan lijden: kinderen van gescheiden ouders. Zij kunnen zowel heimwee hebben naar de tijd toen beide ouders nog samen waren als naar het ouderlijk huis voor de scheiding.
Miranda van Tilburg, medisch psychologe en heimweespecialiste aan de University of North Carolina, interviewde ooit een vrouw die als kind na een echtscheiding met haar vader naar de andere kant van Nederland verhuisde.
‘Zij verloor niet alleen haar ouderlijk huis, maar ook haar vriendinnen en haar school. De heimwee sloeg ongenadig toe. Dat gaf haar zo’n knauw dat ze zich om heimwee te voorkomen nooit meer heeft durven te hechten aan een huis. Op middelbare leeftijd, getrouwd en met kinderen, gaat ze nog steeds van huurhuis naar huurhuis en maakt ze het nooit gezellig om te voorkomen dat ze zich ergens thuis gaat voelen. In haar huidige huis heeft ze zelfs het behang van de muren gehaald om het nog minder als “thuis” te laten lijken. Dit is een extreme vorm, maar geeft aan hoe erg een echtscheiding voor sommige kinderen kan zijn.’
DS, 02-07-2015 (Hilde Van den Eynde)
Met haar zomerkampen, taalstages en logeerpartijtjes vormt de zomervakantie het hoogseizoen van de heimwee. Maar het verlangen naar huis maakt ook in onverwachte hoeken slachtoffers.
Hij heeft het een of twee keer meegemaakt, zegt Erwin Cools, directeur van Chirojeugd Vlaanderen, dat een kind op kamp van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat bleef huilen. ‘Heimwee. Op geen enkele manier te troosten. De enige oplossing is om zo’n kind naar huis te laten gaan. Als de heimwee zo verscheurend groot is, moet je het niet blijven pijnigen.’
Maar in de meeste gevallen is heimwee op kamp goed op te vangen, zegt Cools. ‘Door kinderen zo actief mogelijk te laten zijn, bijvoorbeeld. Als ze spelen, denken ze niet aan thuis. Heimwee steekt op de stille momenten de kop op: aan tafel, of ’s avonds in bed bij het slapengaan.’
Zomerkampen, taalstages en logeerpartijtjes: de zomervakantie is het hoogseizoen van de heimwee. Toch hebben niet enkel kinderen en jongeren er last van. Uit een Nederlandse studie bleek dat volwassen expats bij de Amsterdamse divisie van een internationaal hightechbedrijf evengoed hevig kunnen terugverlangen naar huis. En onder soldaten op buitenlandse missie is heimwee een van de voornaamste redenen om een consult bij een psychiater aan te vragen.
Ook zeelui op de lange omvaart worden soms door heimwee overvallen. Al krijgen zij bij een te lang verblijf aan wal juist weer last van zeewee, een variant op wat de Duitsers zo onvertaalbaar Fernweh noemen: de zucht naar verre, vreemde verten.
Heimwee is geen modeziekte. De joden hadden er al last van toen ze na de verwoesting van hun tempel door de Babyloniërs in ballingschap werden weggevoerd, schrijft het Bijbelboek Exodus. En in de Odyssee dringt Athena er bij Zeus op aan om Odysseus naar huis te laten gaan omdat die er zo hevig naar verlangt om zijn vrouw terug te zien.
Hartziekte
Maar hoe herkenbaar ook – iedereen heeft ooit weleens naar huis terugverlangd – over heimwee is nog veel onbekend. Waardoor heimwee precies wordt uitgelokt, is bijvoorbeeld niet geweten. Is het de scheiding van thuis, zijn het aanpassingsproblemen in den vreemde?
‘En hoeveel mensen last van heimwee hebben en in welke mate, weten we ook niet’, zegt Ad Vingerhoets, klinisch psycholoog en heimweeonderzoeker aan de universiteit van Tilburg. ‘Zoals we ook niet weten of meer vrouwen dan mannen last van heimwee krijgen.’
Heimwee is onder psychologen geen populair onderzoeksterrein – misschien omdat het gemis van thuis niet als psychiatrische stoornis te boek staat. Toch vormt heimwee voor een kleine minderheid van de mensen, misschien vijf of tien procent, een echt probleem. Zij kunnen niet van huis weggaan zonder daar ellendig van te worden. Er zijn zelfs gevallen van depressie en hartziekte gerapporteerd onder mensen die hun huis tegen hun zin hadden moeten verlaten.
Knuffelbeer
Lange tijd werd aangenomen dat heimwee enkel te voorkomen viel door niet van huis weg te gaan, en enkel te genezen door weer naar huis terug te keren.
Daar wordt tegenwoordig genuanceerder over gedacht, zegt Erwin Cools van Chirojeugd Vlaanderen. Jeugdbewegingen hebben soms heuse antiheimweeprojecten en leren hun leiding om oog te hebben voor de symptomen en daarop in te spelen. ‘Bijvoorbeeld door te zeggen dat het normaal is dat je terugverlangt naar je ouders of naar je broer of je zus, en dat iedereen weleens aan thuis denkt.’ De tijd dat een kampkind zijn verlangen naar huis lijdend moest uitzitten, is voorbij.
Maar een pasklare remedie tegen heimwee bestaat volgens Cools niet. ‘Je moet het een beetje geval per geval bekijken. Soms help je een kind door het naar huis te laten bellen, soms maak je het zo juist erger.’
De bezoekdag is vaak de moeilijkste dag van het kamp, zegt Cools uit eigen ervaring – hij ging jarenlang als volwassen begeleider op chirokamp mee. ‘Een kind dat last heeft van heimwee en daar zijn ouders terugziet: dat wil natuurlijk mee terug naar huis. Om die reden moedigen we zulke bezoekdagen niet aan, al staat het groepen vrij om ze te organiseren.’
Chirogroepen raden hun leden, zeker die van de jongste leeftijdsgroepen, vaak aan om van thuis een vertrouwd voorwerp mee te nemen naar het kamp. ‘Een knuffelbeer of iets dergelijks’, zegt Cools. ‘Ook volwassenen die mee zijn op kamp, zoals kookouders, kunnen helpen door een kind op een moeilijk moment een aai over de bol te geven of een koekje toe te stoppen. Doordat zij doorgaans wat ouder zijn dan de leden van de leidingsploeg, valt het hen wat makkelijker om de rol van de ouders even over te nemen.’
Waren de traditionele heimweeslachtoffers vroeger kampgangers, kostschoolkinderen en kotstudenten, tegenwoordig zijn er nieuwe risicogroepen, zoals immigranten. Het federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers gebruikt in zijn opvangcentra een preventieprogramma, zegt woordvoerster Mieke Candaele. ‘Het is een algemeen preventieprogramma, dat behalve over heimwee ook over andere thema’s gaat, zoals depressie en verliesverwerking.’
De psychologen van Fedasil merken in hun contacten met de bewoners van asielcentra dat het thema heimwee inderdaad vaak terugkomt, zegt Candaele. ‘Zeker bij jonge asielzoekers en bij mensen die hun reis onvoldoende hebben kunnen voorbereiden en halsoverkop hun families hebben moeten achterlaten.’
Ook asielzoekers die geen of weinig contact meer hebben met hun familieleden thuis of die door plotselinge ingrijpende gebeurtenissen familieleden of vrienden verloren zijn, lopen een verhoogd risico, zegt Candaele. ‘Dat zal zich eerder vertalen in teruggetrokken gedrag en gelatenheid, en niet meteen als gespreksonderwerp op tafel komen.’
Echtscheiding
Volgens sommige onderzoekers bestaat heimwee in soorten. Zo valt er onderscheid te maken tussen hondenheimwee en kattenheimwee. Bij hondenheimwee gaat het om het missen van mensen van wie je houdt (zoals een hond zijn baasje mist). Bij kattenheimwee om het missen van de eigen omgeving (het eigen bed, de eigen wc) en routines. Maar of het onderscheid tussen honden- en kattenheimwee echt bestaat, weet niemand. ‘De begrippen zijn ooit door een psychiater geďntroduceerd,’ zegt Vingerhoets, ‘maar ik ken geen enkel onderzoek dat ze onderbouwt.’
Als de twee vormen voorkomen, is er trouwens ook een groep die aan allebei tegelijk kan lijden: kinderen van gescheiden ouders. Zij kunnen zowel heimwee hebben naar de tijd toen beide ouders nog samen waren als naar het ouderlijk huis voor de scheiding.
Miranda van Tilburg, medisch psychologe en heimweespecialiste aan de University of North Carolina, interviewde ooit een vrouw die als kind na een echtscheiding met haar vader naar de andere kant van Nederland verhuisde.
‘Zij verloor niet alleen haar ouderlijk huis, maar ook haar vriendinnen en haar school. De heimwee sloeg ongenadig toe. Dat gaf haar zo’n knauw dat ze zich om heimwee te voorkomen nooit meer heeft durven te hechten aan een huis. Op middelbare leeftijd, getrouwd en met kinderen, gaat ze nog steeds van huurhuis naar huurhuis en maakt ze het nooit gezellig om te voorkomen dat ze zich ergens thuis gaat voelen. In haar huidige huis heeft ze zelfs het behang van de muren gehaald om het nog minder als “thuis” te laten lijken. Dit is een extreme vorm, maar geeft aan hoe erg een echtscheiding voor sommige kinderen kan zijn.’
DS, 02-07-2015 (Hilde Van den Eynde)