Hilde Crevits: ‘60.000 nieuwe leerkrachten nodig tegen 2022’

[E*ien.Pelckmans]

Hilde Crevits: ‘60.000 nieuwe leerkrachten nodig tegen 2022’
Vandaag om 08:19 door kidr | Bron: BELGA

Mail
Print
Hilde Crevits: ‘60.000 nieuwe leerkrachten nodig tegen 2022’
Foto: BELGA
Er zijn dit jaar maar 5.190 studenten gestart aan een lerarenopleiding. Dat is tien procent minder dan vorig jaar en dus ruim onvoldoende om het tekort op te vangen, zegt Onderwijsminister Hilde Crevits in De Zondag. ‘We hebben tegen 2022 maar liefst 60.000 nieuwe leerkrachten nodig’, zo zegt ze. Het cijfer is gebaseerd op de demografische ontwikkeling.
Het aantrekkelijk maken van het beroep is een prioriteit van Crevits. Als dat lukt, zal ook de uitval, een ander groot probleem, dalen, maakt ze zich sterk. Nu haakt één op vier startende leerkrachten na vijf jaar af. ‘Die uitval heeft te maken met werkonzekerheid, maar ook met frustratie die ontstaat door planlast. Dat gaan we afbouwen.’

Bron : http://www.standaard.be/cnt/dmf20141005_01303634

Mijn mening : 60000 nieuwe leerkrachten is veel , maar 2022 is ook nog ver weg, dus best wat verder in detail bekijken. Wanneer we een gemiddelde van 5000 nieuwe afgestudeerden nemen , hebben we 12 jaar nodig. Zoveel tijd is er niet meer tot 2022 , en ook niet alle studenten die starten ; studeren af! Er is dus inderdaad werk aan de winkel. Hopelijk zal de minister een goede analyse uitvoeren om te kijken waar het schoenje wringt : waarom minder inschrijvingen , waarom verlaten zoveel leraars hun job , enz. Ik ben het ermee eens dat de taak van de leraren cruciaal is voor de toekomst. Ik hoop dus dat haar uitspraak welgemeend is en dat de minister daar iets mee gaat doen , en dat het niet is bedoeld om de huidige ontevredenheid wat te sussen.

[a*melie.van.den.broeck]

Ik heb zelf het artikel in Knack gelezen waarbij nog een heel interview werd gegeven. (http://www.knack.be/nieuws/belgie/hilde-crevits-vaste-benoemingen-afschaffen-interessant-maar-staat-niet-in-regeerakkoord/article-normal-434327.html) Hierbij komen we te weten dat Crevits eerder een school wil zien met zowel ASO, TSO als BSO wat door het KVRI in Vorselaar al wordt gehanteerd. Ik ben hier ook wel voorstander van. Op deze manier is de overgang voor een leerling veel minder erg én moet het nog niet in zijn eerste twee jaren van het middelbaar gaan kiezen voor een bepaald onderwerp waar hij zich eventueel later mee wil gaan bezighouden.

Wat me wel een beetje stoort, is het feit dat Hilde Crevits er zo van overtuigd is dat we zoveel leerkrachten nodig hebben tegen 2022. De leerkrachten, die geboren zijn tijdens de babyboom na de Tweede Wereldoorlog zijn namelijk allemaal al met pensioen. Mijn zus is al afgestudeerd als leerkracht secundair onderwijs met twee hoofdvakken op haar diploma. Dit jaar wordt het vierde jaar dat ze les zal geven. Zij heeft nog geen vast werk gevonden, laat staan oog op een mogelijkheid tot een TADD. De kans dat wij dus allemaal vast benoemd zijn tegen 2022 door een mogelijk tekort is volgens mij enorm klein, maar ik hoop dat Hilde Crevits toch wat gelijk zal krijgen, gewoon gemakkelijkheidshalve voor ons allemaal. Hopen mag zeker?

[H*nnelore.Bervoets]

Ik geef Amelie zeker gelijk in het feit dat een gemengde school veel voordelen heeft. Zo kan de leerling vaker om de juiste redenen in een bepaalde richting zitten, omdat de drempel tot verandering lager is.

Verder vind ik het niet verwonderlijk dat er een tekort zal zijn aan leerkrachten. INaar mijn mening is dit een zeer ondergewaardeerd beroep, zowel door media, volwassenen als door jongeren van 18 jaar die aan een hogere opleiding gaan beginnen. Hoe vaak lees je wel niet in de krant dat "het grootste deel van de leerkrachten ondermaats presteren" of gewoon niet goed genoeg zijn? Er wordt zo veel druk gelegd, maar zo weinig terug gegeven. Het eerste wat je hoort wanneer je iemand zegt dat je leerkracht wil worden is, "ah, super veel vakantie dus". Weinig mensen beseffen dat er véél tijd na de lesuren inkruipt. In andere landen hebben leerkrachten vaak een veel hoger aanzien, het zou hier ook terug zo moeten zijn. Niet persé voor het 'prestige', maar voor de waardering.