PDA

Bekijk de volledige versie : Horen, zien en zwijgen


Barst
22nd June 2013, 14:52
Horen, zien en zwijgen

Peter Vandermeersch


Exact over een week begint de 100ste Tour de France. De kans dat een Nederlander die Jubileumeditie wint, en na Jan Janssen (1968) en Joop Zoetemelk (1980) de derde Nederlander ooit wordt die het geel naar Parijs brengt, is uitgesloten. De kans dat een Hollander dan ten minste een ritje wint in die Tour is ook al niet groot. Het is al geleden van 2005 (Pieter Weening) dat we hier nog konden juichen. Wachten op de volgende ritzege in de Ronde van Frankrijk is zo’n beetje als wachten op de volgende Elfstedentocht: die komt elk jaar weer dichterbij, er wordt veel over gesproken, maar als het erop aankomt, gebeurt er niks.


Je kan niet zeggen dat Nederlandse ploegen daar niet alles voor geprobeerd hebben. En dat ‘alles’ moet u letterlijk nemen. Deze week verscheen het geruchtmakende rapport van de ‘Commissie Anti-Doping Aanpak’, die onder leiding van oud-minister Winnie Sorgdrager en mede in opdracht van de Nederlandse wielerunie KNWU onderzoek deed naar dopinggebruik in het Nederlandse wielrennen.

De conclusies zijn, voor de wat naïeve wielerliefhebber die ik ben, verbijsterend. De commissie heeft het over een ‘dopingcultuur die van generatie op generatie is overgedragen’. Volgens de commissie heeft het ‘overgrote deel’ van de Nederlandse wielrenners in de periode tot 2008 gebruikgemaakt van verboden middelen als epo en illegale methoden als bloedtransfusies. ‘Veel renners uit die tijd omschreven het als een keuze tussen meedoen of stoppen’, aldus Sorgdrager. Ze gaf haar rapport dan ook die titel: Meedoen of Stoppen.

Misschien nog opmerkelijker dan de vaststelling dat bijna elke Nederlandse renner gebruikte, is de beschrijving van de hypocriete cultuur die bij sponsors en ploegleiding heerste. Officieel gold er zero tolerance. Maar renners werden tegelijkertijd ‘gewezen op hun verantwoordelijkheid om op de juiste momenten in het seizoen “goed” te zijn’. Het citaat zegt alles over de dubbele moraal.

‘Het rapport geeft ons een eerlijk, reëel maar ook pijnlijk inzicht in hoe wijdverbreid doping in de wielersport was’, concludeerde KNWU-voorzitter Marcel Wintels na de presentatie door de commissie-Sorgdrager. Zijn collega André Bolhuis, die de Nederlandse sportkoepel NOC*NSF leidt, nam de woorden ‘ronduit schokkend’ in de mond.

‘Pijnlijk.’ ‘Wijdverbreid.’ ‘Schokkend.’ Je zou denken dat de Belgische media veel aandacht zouden besteden aan zo’n rapport in een buurland. Maar nee. Het verslag passeerde zo goed als onopgemerkt. Op een enkele alinea in Het Laatste Nieuws na, bleek geen van de grote Vlaamse sportkranten (Het Nieuwsblad, Gazet van Antwerpen, Belang van Limburg) er aandacht voor te hebben. Ook de VRT, die jaarlijks honderden uren zendtijd besteedt aan het wielrennen, achtte het rapport niet het vermelden waard.

Laat staan dus dat in het wielergekke België een soortgelijk grootschalig onderzoek naar dopingpraktijken in het wielrennen plaats kan vinden.

Met name het Algemeen Dagblad hekelde deze week de houding van de Vlaamse media. ‘Een commissie als deze is onbestaanbaar in Vlaanderen, waar men koers eet, drinkt en praat’, schreef de krant. ‘Koers, dat is dus geen doping. Alles willen de Vlamingen weten over hun fietsende helden, nog veel meer dan de Nederlandse sportliefhebbers. Maar over hun misstappen in het verleden worden ze nauwelijks geïnformeerd.’ Overigens merkte het AD terecht op dat de Belgen daarin niet alleen staan. ‘Geen nationale wielerbond die het in navolging van de Nederlanders nodig vindt om eens een grondig onderzoek te starten naar de eigen doping- en doofpotcultuur. Horen, zien en zwijgen; nog altijd.’

Misschien ben ik in de afgelopen drie jaar te veel Nederlander geworden. Maar ik heb meer vertrouwen in sportbonden en media die wél onderzoeken wat er in het verleden gebeurde, dan in degene die dat niet doen.

Of het alleen over het verleden gaat, dat we toch maar liever laten rusten? De commissie-Sorgdrager komt ook tot de conclusie dat er nog steeds sprake is van een ‘zoektocht naar en het testen van nieuwe middelen. Het is hoogstwaarschijnlijk een kwestie van tijd voordat er iets nieuws komt dat effectief is en (voorlopig) niet opspoorbaar’. Volgens de commissie is het daarom ‘een illusie om te denken dat de wielersport schoon is, ook in Nederland’.

Maar ik kan u verzekeren op mijn zieltje van eerstecommunicant: in België is de wielersport schoon. Echt waar!


DS, 22-06-2013 (Peter Vandermeersch)