PDA

Bekijk de volledige versie : 'Systematische vervolging van vroege christenen is een mythe'


Barst
16th May 2013, 16:07
'Systematische vervolging van vroege christenen is een mythe'

Candida Moss, The Myth of Persecution, NY: HarperOne, 2013.


Was het lot van vroege christenen wel zo gruwelijk als de verhalen ons doen geloven? Geschiedschrijving over die martelaars is deels aangedikt en verzonnen, meent de Amerikaanse nieuwtestamenticus Candida Moss. Van een systematische Romeinse jacht op christenen was volgens haar nauwelijks sprake.


Romeinse heersers zouden leden van de Jezus-sektes actief hebben opgejaagd en vervolgd. Vaak leidde dat tot martelingen en executies. Velen zouden de dood hebben gevonden toen ze voor de leeuwen werden gegooid. Christenen, zo luidt de traditionele verklaring, werden gevreesd om hun subversieve overtuigingen. Wie ultiem loyaal was aan een spirituele macht, had duidelijk niet genoeg respect voor het keizerlijk gezag.

Veel van die verhalen zijn achteraf geformuleerd, meent Moss. Ze sluit zich aan bij historici en godsdienstwetenschappers die menen dat de verhalen over de martelaren meer weghebben van mythes dan van feitelijke geschiedschrijving. Het betoog van Moss (professor aan de University of Notre Dame in de staat Indiana) valt vooral op door zijn stelligheid.

Moss heeft bovendien een missie. De hedendaagse 'religieus rechtse' Amerikaanse politiek gebruikt de verhalen over het vroege martelaarschap volgens haar voor politiek gewin. Door het christendom af te schilderen als een religie die voortdurend beschermd moet worden tegen aanvallen van vreemde mogendheden, zou religieus rechts inspelen op de onderbuik.


'Christenen konden kerk bouwen en werkten bij de overheid'

Volgens haar was er in de eerste drie eeuwen slechts één periode van ruim tien jaar waarin christenen systematisch vervolgd werden. Diocletianus ontsloeg rond het jaar 303 christelijke ambtenaren en liet de kerk in de buurt van zijn paleis slopen. Alleen al het feit dat christenen onderdeel waren van het regime en dat ze hun geloof konden belijden op zo'n zichtbare en centrale plaats, is volgens Moss het bewijs dat het traditionele beeld niet klopt.

Ook logische inconsistenties laten zich volgens haar moeilijk verdedigen. In sommige martelaarsverhalen zouden christenen worden beschuldigd van vormen van ketterij die toch nog niet als ketters te boek stonden. Daarnaast refereren sommige martelaren aan martelaarstradities die in hun tijd nog niet bestonden.


'Ze werden gedood omdat ze de wet overtraden, niet om hun geloof'

'De heerser Plinius (die regeerde over wat nu Turkije heet, red.) was bezorgd over de weigering van christenen om het vlees te kopen dat bij de Romeinse tempels hoorde', vertelt Moss aan Religion News Service. 'Hij beschouwde hen niet als leden van een een religieuze groep, maar als een groep bijgelovigen. Dat maakte ze erg gevaarlijk; bijgeloof werd gezien als een soort besmettelijke afwijking.'

Plinius gaf christenen drie kansen om Christus te vervloeken en voedsel te offeren in een Romeinse tempel. Als ze weigerden, werden ze vermoord. De Romeinse discriminatie van christenen uitte zich volgens Moss eerder in dergelijke maatregelen dan in een gecoördineerde oorlog.

Moss: 'Het was destijds verboden om bij een geheime club te horen en om koppig te zijn tegenover een Romeinse rechter. Wat Plinius deed was niet goed, maar het is ook geen vervolging. Ze werden niet opgejaagd omdat ze geloofden in de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Ze werden geëxecuteerd omdat ze de wet overtraden.'


Blog Trouw, 16-05-2013 (Robin de Wever)