Annelies.Stokbroekx
26th December 2012, 14:16
Coalities wisselen in bijna alle gemeenten
woensdag 26 december 2012, 03u00
BRUSSEL - De verkiezingsoverwinning van de N-VA heeft een lokale aardverschuiving in gang gezet. In slechts acht procent van de Vlaamse gemeenten is het nieuwe bestuur een kopie van het oude.
In 305 van de 308 Vlaamse gemeenten is de nieuwe bestuursploeg al bekend. Alleen in Denderleeuw, Maasmechelen en Wemmel is het nog altijd wachten op een nieuw schepencollege. De nieuwe colleges zien er heel anders uit dan de vorige.
Uit een onderzoek van professor Kristof Steyvers en Ellen Olislagers van het Centrum voor Lokale Politiek van de Universiteit Gent blijkt dat in slechts acht procent van de Vlaamse gemeenten het nieuwe bestuur dezelfde samenstelling heeft als het vorige. In 2006 was dat nog 36,8 procent.
Dat heeft alles te maken met de opkomst van de N-VA. Die heeft in veel gemeenten een groot succes geboekt, vooral ten koste van Vlaams Belang, dat door het cordon sanitaire was uitgesloten van het lokale bestuur. De N-VA is dat niet, wat het aantal mogelijke coalities heeft doen toenemen.
De vaak gefrustreerde coalitiepartners van die dominerende partij zagen plots hun kans schoon om een alternatieve coalitie op poten te zetten. Kortrijk, waar CD&V in de oppositie werd geduwd door Open VLD, N-VA en SP.A, is daar het bekendste voorbeeld van.
Volgens de onderzoekers wijken de meerderheidspartijen daardoor ook meer dan vroeger af van de klassieke keuze van coalitiepartners. Doorgaans kiezen partijen voor een coalitie waarin geen van de partners overbodig is, die zo weinig mogelijk partijen bevat en waarin de grootste partij wordt meegenomen.
Ditmaal liggen die cijfers lager. Het aantal coalities zonder overbodige partners bedraagt 78 procent (82 procent in 2006), het percentage coalities met zo weinig mogelijk partijen bedraagt 64 procent (77 procent in 2006). In iets meer dan vier op de vijf gevallen zit de grootste partij in de meerderheid, waar dat in 2006 nog bijna 94 procent was. In de meeste gevallen was CD&V hiervan het slachtoffer.
Partijen kiezen er doorgaans ook voor om een coalitie te vormen die ruimer is dan het minimale aantal zetels dat nodig is voor een meerderheid. Daar is geen verandering in gekomen. Het aantal coalities met een zo klein mogelijk zeteloverschot blijft constant op iets meer dan één op de vier.
Bron: http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DMF20121225_00413857
Eigen mening:
Dat er dit jaar met de grote opkomst van de N-VA vele verschuivingen waren in de besturing van de gemeenten, wisten we al. Toch was ik verbaasd toen ik dit artikel las. In slechts 8% van de gemeenten in Vlaanderen heeft het nieuwe bestuur dezelfde samenstelling als het vorige. Dit vind ik erg weinig. Zeker wanneer je er rekening mee houdt dat de N-VA niet in elke gemeente verkozen kon worden (ook al wordt deze verandering voornamelijk aan de N-VA toegeschreven.) Deze gegevens maken duidelijk dat de Vlaming veranderingen wil zien. Misschien nog harder dan we dachten.
woensdag 26 december 2012, 03u00
BRUSSEL - De verkiezingsoverwinning van de N-VA heeft een lokale aardverschuiving in gang gezet. In slechts acht procent van de Vlaamse gemeenten is het nieuwe bestuur een kopie van het oude.
In 305 van de 308 Vlaamse gemeenten is de nieuwe bestuursploeg al bekend. Alleen in Denderleeuw, Maasmechelen en Wemmel is het nog altijd wachten op een nieuw schepencollege. De nieuwe colleges zien er heel anders uit dan de vorige.
Uit een onderzoek van professor Kristof Steyvers en Ellen Olislagers van het Centrum voor Lokale Politiek van de Universiteit Gent blijkt dat in slechts acht procent van de Vlaamse gemeenten het nieuwe bestuur dezelfde samenstelling heeft als het vorige. In 2006 was dat nog 36,8 procent.
Dat heeft alles te maken met de opkomst van de N-VA. Die heeft in veel gemeenten een groot succes geboekt, vooral ten koste van Vlaams Belang, dat door het cordon sanitaire was uitgesloten van het lokale bestuur. De N-VA is dat niet, wat het aantal mogelijke coalities heeft doen toenemen.
De vaak gefrustreerde coalitiepartners van die dominerende partij zagen plots hun kans schoon om een alternatieve coalitie op poten te zetten. Kortrijk, waar CD&V in de oppositie werd geduwd door Open VLD, N-VA en SP.A, is daar het bekendste voorbeeld van.
Volgens de onderzoekers wijken de meerderheidspartijen daardoor ook meer dan vroeger af van de klassieke keuze van coalitiepartners. Doorgaans kiezen partijen voor een coalitie waarin geen van de partners overbodig is, die zo weinig mogelijk partijen bevat en waarin de grootste partij wordt meegenomen.
Ditmaal liggen die cijfers lager. Het aantal coalities zonder overbodige partners bedraagt 78 procent (82 procent in 2006), het percentage coalities met zo weinig mogelijk partijen bedraagt 64 procent (77 procent in 2006). In iets meer dan vier op de vijf gevallen zit de grootste partij in de meerderheid, waar dat in 2006 nog bijna 94 procent was. In de meeste gevallen was CD&V hiervan het slachtoffer.
Partijen kiezen er doorgaans ook voor om een coalitie te vormen die ruimer is dan het minimale aantal zetels dat nodig is voor een meerderheid. Daar is geen verandering in gekomen. Het aantal coalities met een zo klein mogelijk zeteloverschot blijft constant op iets meer dan één op de vier.
Bron: http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DMF20121225_00413857
Eigen mening:
Dat er dit jaar met de grote opkomst van de N-VA vele verschuivingen waren in de besturing van de gemeenten, wisten we al. Toch was ik verbaasd toen ik dit artikel las. In slechts 8% van de gemeenten in Vlaanderen heeft het nieuwe bestuur dezelfde samenstelling als het vorige. Dit vind ik erg weinig. Zeker wanneer je er rekening mee houdt dat de N-VA niet in elke gemeente verkozen kon worden (ook al wordt deze verandering voornamelijk aan de N-VA toegeschreven.) Deze gegevens maken duidelijk dat de Vlaming veranderingen wil zien. Misschien nog harder dan we dachten.