PDA

Bekijk de volledige versie : Syrische oppositie zoekt naar eenheid


Barst
5th November 2012, 17:42
Syrische oppositie zoekt naar eenheid


Overleg in Qatar moet de verdeelde Syrische oppositie eindelijk een structuur en slagkracht geven om de revolutie tot een goed einde te brengen. De inzet is groot, de chaos ook.


Terwijl de revolutie in Syrië onverminderd doorgaat –het dodental wordt nu al op 35.000 geschat– wagen oppositieleiders hun eerste ernstige poging om hun aloude verdeeldheid te overwinnen. Gisteren begon hun overleg in de Qatarese hoofdstad Doha, dat donderdag moet uitlopen in de oprichting van een nieuw gezamenlijk ‘initiatief', waaruit nog voor het einde van dit jaar een overgangsregering zou moeten voortspruiten –zo wordt gehoopt.

Maar dat de onderhandelingen niet van een leien dakje zullen lopen, was ook gisteren al meteen duidelijk. Van bij het begin was de Syrische oppositie verdeeld tussen verscheidene politieke subgroepen, tussen seculieren en islamisten, tussen etnieën –de Syrische Koerden voelen zich bijvoorbeeld niet altijd erg betrokken bij de Syrische oppositie– en verder tussen individuele belangen én de belangen van derde landen, zoals Saudi-Arabië, de Verenigde Staten, Turkije en Qatar.

Voornaamste punt van kritiek is dat de overkoepelende Syrische Nationale Raad (SNC) te veel bestaat uit Syriërs in de buitenlandse diaspora en te weinig uit de revolutionairen die in eigen land actief zijn.

De SNC krijgt bovendien het verwijt dat hij geen lijn heeft kunnen trekken in de diverse oppositiegroepen, de revolutie te wankel heeft vertegenwoordigd in internationale diplomatieke kringen, en geen controle heeft kunnen verwerven over het Vrije Syrische Leger (FSA) en wapenleveringen aan de revolutionairen.

‘Er is dringend een alternatief nodig voor het Syrische regime', zo vertelde Riad Seif, een van de initiatiefnemers van het nieuwe overleg, vorige week aan het persagentschap Reuters. Seif gold tot nog toe als ‘onafhankelijke' en wordt gerespecteerd als dissident –pas enkele maanden geleden is hij uit Syrië kunnen ontsnappen, na een lange gevangenisstraf. Hij ziet zichzelf niet als de nieuwe grote leider –hij is 66 en lijdt aan kanker– maar dat versterkt net zijn onderhandelingspositie.

Bovendien lijkt Seif het vertrouwen te genieten van de VS: minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton zei vorige week nog dat ‘diegenen die in de frontlijn vechten en sterven, bij de politieke besluitvorming moeten worden betrokken'.

In eerste instantie zou de SNC, als het overleg deze week tenminste slaagt, worden uitgebreid van driehonderd tot vierhonderd leden, om zo ook lokale vertegenwoordigers van de revolutionairen te kunnen opnemen. Ook zouden er meer vertegenwoordigers van minderheden moeten komen, ook Alawietische dissidenten –de religieuze substrekking waartoe ook de Syrische president Bashar al-Assad behoort.

Donderdag zou een nieuw ‘initiatief' onder leiding van Riad Seif dan moeten leiden tot de vorming van een prille overgangsregering van vijftig technocraten. Er zouden ook vier ‘comités' komen, waaronder een militair comité dat het gefragmenteerde Vrije Syrische Leger (FSA) van legerdeserteurs en gewapende militanten onder politieke controle zou moeten brengen.

Verder zou er een duidelijk politieke organisatie moeten komen in de delen van Syrië die intussen in handen van de revolutionairen zijn. ‘We hebben tien miljoen Syriërs die alles nodig hebben, van woningen tot publieke diensten, en een regime dat we op alle mogelijke manieren moeten verwijderen om nog meer slachtoffers te vermijden', aldus Seif.


DS, 05-11-2012 (Jorn De Cock)