PDA

Bekijk de volledige versie : "Spanningen tussen VS en Iran zullen nog toenemen"


jeroen.vandyck
24th September 2012, 10:58
WASHINGTON , 23 september 2012(IPS ) —De spanningen tussen de VS en Iran zullen nog toenemen nu Washington een Iraanse verzetsgroep van zijn terreurlijst gaat halen, zeggen analisten. De groep in kwestie is de Iraanse Volksmoedjahedien (MEK), die het regime in Teheran weg wil.
.De beslissing, die wellicht op 1 oktober formeel zal worden aangekondigd, komt er enkele dagen nadat 680 MEK-leden van hun Iraakse vluchtelingenkamp, Camp Ashraf, dicht bij de Iraanse grens, naar een voormalige Amerikaanse basis in Bagdad werden overgebracht.

Washington had op die verhuizing aangedrongen. Er blijven nu nog slechts 200 van de oorspronkelijk 3200 militanten over in Camp Ashraf.

Vijandige daad
De meeste analisten voorspellen dat de beslissing de zo al koude relaties tussen Washington en Teheran nog zal verslechten. Het wordt nu ook moeilijker de spanningen rond Irans nucleaire programma te ontmijnen, zeggen ze.

"De groep van de lijst halen zal niet alleen door het Iraanse regime maar ook door de meeste Iraanse burgers gezien worden als een vijandige daad van de Verenigde Staten", zegt Paul Pillar, voormalig topanalist van de CIA die van 2000 tot 2005 in het Midden-Oosten werkte.

"De MEK geniet bijna geen steun bij de Iraanse bevolking. Ze worden als verraders beschouwd, vooral omdat ze tijdens de oorlog tegen Irak samengewerkt hebben met Saddam Hoessein."

"Het kan alleen maar negatieve gevolgen hebben voor de nucleaire onderhandelingen", zegt Pillar. "Teheran zal het zien als de zoveelste aanwijzing dat de Verenigde Staten de islamitische republiek alleen maar vijandigheid gezind zijn en de druk willen opvoeren, en dat ze niet geïnteresseerd zijn in een betere verstandhouding."

Obama's veiligheidsadviseur
De beslissing om de MEK van de terreurlijst te halen komt er na een jarenlange campagne van de groep en zijn sympathisanten. Ze hielden bijna dagelijks demonstraties bij het ministerie van Buitenlandse Zaken, ze publiceerden paginagrote advertenties in de belangrijkste Amerikaanse kranten, en ze betaalden voormalige topfunctionarissen soms tienduizenden dollars om publiekelijk hun steun te betuigen aan de MEK.

Bij die topfunctionarissen onder meer James Jones, Obama's eerste veiligheidsadviseur, voormalig FBI-baas Louis Freeh, en Andrew Card, stafchef van het Witte Huis onder George W. Bush.

Afzetting van de sjah
De MEK werd midden jaren zestig opgericht door "islamomarxistische" studenten.

De groep speelde in 1979 een sleutelrol in de afzetting van de sjah, maar in de bloedige machtsstrijd die daarop volgde, moest de MEK de duimen leggen voor de conservatieven rond ayatollah Khomeini.

De groep ging in ballingschap. Veel militanten vluchtten naar Irak, vanwaaruit ze militaire en terroristische aanvallen uitvoerden op Iran tijdens de acht jaar durende oorlog tussen beide landen.

Bill Clinton
In 1997, tijdens een korte verbetering van de relaties tussen Washington en Teheran, plaatste de regering van Bill Clinton de groep op de terreurlijst. Die beslissing was deels gebaseerd op de moord op Amerikaanse militairen en aannemers in de jaren zeventig jaar, op de inname van de Amerikaanse ambassade in 1979 en op de alliantie met Saddam Hoessein.

Toen de Amerikaanse troepen in 2001 Irak binnenvielen, stelde de MEK zich neutraal op en waren ze uiteindelijk bereid hun wapens in te leveren. In ruil daarvoor stond Washington toe dat de militanten in Camp Ashraf bleven onder de bescherming van de Conventie van Genève, een afspraak die in 2009 verviel.

Hillary Clinton
De Iraakse regering wilde de MEK weg uit Irak. Bij twee botsingen tussen de Iraakse veiligheidstroepen en kampbewoners kwamen in 2009 minstens 45 MEK-leden om.

In december vorig jaar bereikten de Verenigde Naties een akkoord met de MEK om tijdelijk te verhuizen naar de luchthaven van Bagdad, en vervolgens Irak te verlaten.

Maar tot voor kort weigerde de groep dat akkoord na te leven. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton ging daarop steeds nadrukkelijker dreigen de MEK dan toch niet van de terreurlijst te halen.

Hulp aan Israël
Iran beschuldigt Israël ervan MEK-militanten te hebben ingezet voor sabotageacties, onder meer voor de moord op Iraanse wetenschappers die bij het nucleaire programma betrokken zijn. De Amerikaanse televisiezender NBC kreeg dit jaar van een Amerikaanse functionaris te horen dat die Iraanse beschuldigingen hout snijden.

Teheran denkt al lang dat buitenlandse inlichtingendiensten zoals de CIA (VS), Mossad (Israël) en MI6 (Groot-Brittannië) gebruik maken van MEK-militanten, zegt Seyed Hossein Mousavian, voormalig Iraans diplomaat en nucleair onderhandelaar, aan IPS.

"Daarom zal de beslissing om de MEK van de lijst te halen in Teheran gezien worden als een beloning voor de terreuracties die de groep in het land heeft uitgevoerd. Bovendien is Iran er vast van overtuigd dat de westerse eis voor meer inspecties, ook van de militaire sites, niet meer dan een rookgordijn is om nog meer cyberaanvallen, sabotage- en terreuracties tegen nucleaire wetenschappers uit te voeren."

Volgens de voormalige diplomaat, die nu aan de Amerikaanse Princeton-universiteit werkt, "zal Iran nu onvermijdelijk minder samenwerken met het Internationaal Atoomenergieagentschap."
(bron: www.mo.be)

mening: In dit gevaarlijke conflict tussen Iran en de V.S. en zijn bondgenoten, laten alle partijen zich meeslepen door gerol van forsballen en tactieken die de diplomatieke oplossing ondermijnen. Door de cyberaanvallen met het stuxnetvirus en de keuze van bondgenoten van twijfelachtig allooi heeft de zogezegd terughoudende aanpak van Amerika Iran al in het defensief gedrongen. De oorlog tussen Irak en Iran in de jaren '80 was een enorm smerig conflict waarin Irak met chemische wapens uit het Westen vocht en ayatollah Komeini duizenden kinderen opofferde. De oorlog eindigde na acht jaar onbeslist en bracht beide landen op de rand van de afgrond. De V.S. zou beter moeten weten dan vijanden van Iran uit deze vuile oorlog aan boord te halen en meer kansen moeten geven aan een diplomatische oplossing.