PDA

Bekijk de volledige versie : Verboden vruchten


Barst
30th May 2012, 02:41
Verboden vruchten

Bart De Wever


Vanaf 1 juni zal in de gemeente Mol het GAS-reglement worden uitgebreid met een aantal nieuwe bepalingen die hinderlijk gedrag moeten beteugelen. Met een Gemeentelijke Administratieve Sanctie kan een gemeentebestuur kleine overtredingen met een geldboete bestraffen zonder daarvoor langs het parket of de rechter te gaan. Rijdt u met een boomcar die iedere passant vergast op luide muziek? Doet u al eens een plasje in het openbaar? Stopt u graag uw verkiezingsfolder achter ruitenwissers? Drinkt u tussen 20u en 6u graag alcohol op straat? Of vindt u het leuk om voorbijgangers te doen schrikken? Blijf in al die voorkomende gevallen beter weg uit Mol, want het kan u duur te staan komen. Een krant sprak zelfs over een 'absurd, nieuw hoogtepunt' in het misbruik van GAS-boetes om de menselijke vrijheid te beknotten.


De vraag is waar het echte misbruik ligt: in wat mensen doen met hun vrijheid of in de beteugeling daarvan. Volgens het christendom was de mens oorspronkelijk volkomen vrij. In het aards paradijs leefde hij in harmonie met de natuur. God stelde maar één beperking: niet eten van de boom van de kennis van goed en kwaad (in onze culturele beleving voorgesteld als een appelboom).

Het probleem met dat gebod is dat het zijn eigen overtreding inhield: je mag niet weten wat goed en kwaad is, maar je weet dat niet eten goed is en wel eten kwaad. De Duitse filosoof Rüdiger Safranski noemt dit 'de oerpijn van het bewustzijn'. De mens verloor zijn onschuld niet toen hij van de boom at, maar toen dit hem werd verboden. In tegenstelling tot de dieren moet de mens met dat bewustzijn omgaan. De mens heeft de vrijheid om het foute te doen en die roept automatisch de begeerte op om dat ook daadwerkelijk te doen. De verleiding van de verboden vrucht kennen we allemaal, net zoals we weten dat we daar meestal niet zonder risico van kunnen proeven. God zadelde ons dus op met zowel het bewustzijn van de vrijheid als met het bewustzijn dat we die het best inperken met verantwoordelijkheid.

Dat is de fundamentele les van de zondeval. Niet alleen dat de mens van nature een zondig wezen is, maar vooral dat hij een vrij wezen is en daardoor een voortdurende strijd met zijn eigen begeerte moet leveren. De Almachtige was dan ook aanvankelijk niet kwaad toen hij ontdekte dat Adam en Eva aan de verboden vruchten hadden gezeten, Hij was eerder teleurgesteld: de mens had zich niet verantwoordelijk gedragen. Gods toorn werd pas echt gewekt toen Hij merkte dat de mens vervolgens weigerde zijn verantwoordelijkheid op te nemen. Adam gaf de schuld aan Eva, die ze vervolgens weer doorschoof naar de slang. De mens wilde vrij zijn zonder verantwoordelijk te zijn, dat kostte hem het verblijf in de tuin van Eden. Sindsdien moeten we de verantwoordelijkheid voor onze vrijheid torsen in het tranendal.

Augustinus deelde de werkelijkheid in in de civitas dei voor hen die hun begeerte kunnen loslaten en de civitas terrena voor hen die het aardse plezier al te verleidelijk vinden. Maar Augustinus was realist en mens genoeg om te beseffen dat het menselijke individu niet tot een dergelijke morele krachttoer in staat is. Dat is weggelegd voor heiligen, waartoe Augustinus zichzelf zeker niet rekende. In zijn boek over zijn eigen (zeer) zondige leven - het magistrale egodocument Confessiones - roept hij als jongeling uit: 'Heer, maak mij kuis. Maar nu nog niet.' Veel gebalder kan je de menselijke feilbaarheid niet samenvatten.

De mens heeft hulp nodig van structuren om hem bij te staan in zijn strijd tegen de begeerte. Op God rekenen we daarbij niet meer zo erg, de stadsvlucht uit de civitas dei richting civitas terrena werd in Europa de voorbije decennia een regelrechte leegloop. De aardse macht staat er stilaan alleen voor. Daarom komen GAS-boetes opzetten.

Dat we onze menselijke vrijheid niet misbruiken om een moord te plegen of een bank te overvallen, is voor de meesten van ons evident. Maar wie van ons weerstaat consequent de verleiding om wild te plassen, afval op straat te gooien, in dronken toestand amok te maken. We doen dat allemaal ooit wel eens en wandelen daarna achteloos weg van onze verantwoordelijkheid in de hoop er nooit op aangesproken te worden. Vroeger kwamen we met die zondigheid weg door op tijd en stond een weesgegroetje te bidden en ons voor te nemen het nooit meer te doen. Nu we al moeite hebben om de tekst van het Weesgegroet precies voor de geest te halen en we alleszins niet meer bang zijn dat Hij ons ooit de rekening zal presenteren voor het smullen van de verboden vrucht, moeten we voor onze zonden geraakt worden in het enige waar we meer dan ooit ons ware geloof in stellen: onze portemonnee.


DS, 29-05-2012