PDA

Bekijk de volledige versie : Hoe de staat Texas een onschuldige executeerde


Barst
20th May 2012, 15:08
Hoe de staat Texas een onschuldige executeerde


Antonin Scalia, een van de negen rechters van het Amerikaanse Opperste Gerechtshof, deed enkele jaren geleden een gewaagde uitspaak: 'Er bestaat geen enkel geval, niet één, van iemand die werd terechtgesteld voor een misdaad die hij niet had gepleegd. Als zoiets gebeurd zou zijn... zou de naam van de onschuldige van de daken worden geschreeuwd.'


Scalia zal zijn woorden moeten intrekken. Het staat nu vast dat er wel degelijk iemand werd terechtgesteld voor een misdaad die hij niet had gepleegd. En zijn naam, Carlos DeLuna, wordt door de Columbia Human Rights Law Review van de daken geschreeuwd. Het eerbiedwaardige tijdschrift wijdt heel zijn voorjaarsnummer - 436 pagina's, dubbel zo dik als normaal - aan een buitengewoon onderzoek door een professor van de rechtsfaculteit van Columbia en zijn studenten. Het boek beschrijft tot in de schokkende details hoe op 8 december 1989 een onschuldige man door de staat Texas werd gedood.

Los Tocayos Carlos: An Anatomy of a Wrongful Execution, is gebaseerd op zes jaar intensief speurwerk van professor James Liebman en twaalf studenten. Ze begonnen in 2004 en trokken elke mogelijke aanwijzing in de zaak na, onderzochten ongeveer 900 bronnen, bestudeerden foto's van de plaats delict en een drie meter hoge stapel juridische documenten. Zelfs Liebman, die als expert in het gebruik van de doodstraf in de VS goed vertrouwd is met haar tekortkomingen, was verbijsterd door wat ze ontdekten. 'Het was een kaartenhuis. Alles wat ook maar enigszins verkeerd kon gaan, ging verkeerd', zegt hij.


Linkerborst

Carlos DeLuna, 20 jaar, werd op 4 februari 1983 aangehouden op beschuldiging van de moord op een jonge vrouw, Wanda Lopez. Lopez was één keer met een 20 centimeter lang knipmes in de linkerborst gestoken. Ze was doodgebloed. Vanaf het ogenblik van zijn arrestatie tot aan de dag van zijn executie met een gifinjectie, hield DeLuna zijn onschuld vol. Meer nog, hij zei dat hij de moord niet had gepleegd, maar wist wie het wel had gedaan. Hij kende zelfs de naam van de dader, Carlos Hernandez, een beruchte, gewelddadige crimineel.

De twee Carlossen waren niet alleen naamgenoten (in het Spaans tocayos, vandaar de titel van het boek). Ze waren ook even lang en even zwaar en leken zo sterk op elkaar dat ze vaak voor een tweeling werden aangezien. Toen de advocaat van Carlos Hernandez foto's van de twee mannen zag, kon hij ze niet uit elkaar houden. Hetzelfde overkwam DeLuna's zuster, Rose.

Tijdens zijn proces in 1983 vertelde Carlos DeLuna de jury dat hij Hernandez, die hij al vijf jaar kende, op de dag van de moord had ontmoet. De twee mannen, die allebei in Corpus Christi woonden, een stad in het zuiden van Texas, bezochten samen een bar. Daarna verdween Hernandez naar een benzinestation, The Shamrock, om iets te kopen. Toen de man niet terugkwam, ging DeLuna kijken waar hij bleef. Volgens DeLuna zag hij Hernandez in The Shamrock met een vrouw achter de toonbank vechten. Hij zei dat hij bang werd en op de loop ging. Hij had een strafregister wegens seksuele aanranding en wilde geen moeilijkheden meer. 'Ik was bang en ik bleef rennen.' Toen hij de sirenes van politieauto's hoorde naderen, raakte hij in paniek en verstopte hij zich onder een bestelauto. Hij zat er nog altijd toen hij veertig minuten na de moord werd aangehouden.


Verklikker

Op het proces zeiden de advocaten tegen de jury dat Carlos Hernandez en niet Carlos DeLuna de moordenaar was. Maar volgens de aanklager had de politie tevergeefs naar een 'Carlos Hernandez' gezocht toen de verdediging zijn naam had doorgegeven. Ze hadden besloten dat Hernandez een verzinsel was, een 'spook' dat gewoon niet bestond. Vier jaar na de executie van DeLuna begon Liebman de zaak te onderzoeken in het kader van een project rond de feilbaarheid van de doodstraf. Hij vroeg een privédetective om de onvindbare Carlos Hernandez op te sporen. Al een dag later vond de man de bewijzen die tientallen Texaanse politiemensen, de openbare aanklager, de advocaten van de verdediging en de rechters in de zes jaar tussen DeLuna's aanhouding en zijn terechtstelling waren ontgaan. Carlos Hernandez bestond inderdaad. Liebmans onderzoeker had slechts enkele uren nodig om een vrouw te vinden die aan de twee Carlossen verwant was. Zij kende Hernandez' geboortedatum, de sleutel van een crimineel verleden dat nu snel aan het licht kwam.

Met de hulp van zijn studenten begon Liebman een profiel van Hernandez samen te stellen. De man was een alcoholicus met een geschiedenis van geweld en een onafscheidelijke bondgenoot: zijn knipmes. In de loop der jaren werd hij 39 keer gearresteerd, 13 keer wegens het dragen van een mes. Hij bracht heel zijn volwassen leven in voorwaardelijke vrijheid door. Maar zijn misdaden deden hem bijna nooit in de gevangenis belanden. Liebman vermoedt dat de politie hem als verklikker gebruikte. 'Zonder dat stukje van de puzzel is het heel moeilijk te begrijpen', zegt de professor.

Hernandez had in Corpus Christi verscheidene benzinestations overvallen. Hij had ook een geschiedenis van geweld tegen vrouwen. In oktober 1989, slechts twee maanden voor DeLuna's executie, werd Hernandez tot tien jaar gevangenis veroordeeld wegens een moordpoging - met een mes - op een andere vrouw, Dina Ybanez. Hernandez zelf maakte er geen geheim van dat hij met een mes had gedood. Hij gaf de moord op Wanda Lopez, de misdaad waarvoor DeLuna stierf, meer dan eens toe. Hij grapte tegen vrienden en familieleden dat zijn 'tocayo' ervoor was opgedraaid. Hij liep er zelfs zo mee te koop dat de politie van Corpus Christi de geruchten hoorde.


Banaliteit

De zaak DeLuna vertoont nog veel opvallende abnormaliteiten, maar Liebman, die ze jaren heeft bestudeerd, zegt dat haar banaliteit hem nog het meest schokt. 'Dit was het proces van OJ Simpson niet. Het was een obscure zaak, het had iedereen kunnen overkomen. Misschien zijn dat de gevallen waarin rechterlijke dwalingen gebeuren, de routinezaken waarin niemand genoeg belangstelling heeft voor het slachtoffer, laat staan voor de beschuldigde.'

Het baanbrekende werk van de rechtsfaculteit van Columbia komt op een belangrijk moment voor de doodstraf in Amerika. Vorige maand werd Connecticut de vijfde staat in vijf jaar die de doodstraf afschafte. De strijd tegen de doodstraf heeft de wind in de zeilen. In die context hoopt Liebman dat zijn uitvoerige studie de Amerikanen zal doen nadenken over wat er in hun naam gebeurt. Al het bewijsmateriaal dat het team van Columbia over de zaak DeLuna heeft verzameld, staat vrij toegankelijk op het internet. 'Wij hebben een zo volledig mogelijk geheel van informatie over een vrij typische zaak gepubliceerd, zodat het publiek zelf kan oordelen. Ik denk dat de mensen zullen beslissen dat het risico in een zaak als deze gewoon te groot is.'

En de tocayos Carlos? Carlos Hernandez stierf in mei 1999 een natuurlijke dood in een Texaanse gevangenis, waar hij opgesloten zat nadat hij een buurman met een mes van mes van 22 cm had aangevallen. Carlos DeLuna gaf enkele jaren voor zijn terechtstelling in een televisie-interview commentaar over zijn eigen lot. 'Misschien zal de waarheid ooit aan het licht komen. Dat hoop ik. Het is niet juist dat ze mij hiervoor doden.'


DS, 19-05-2012 (Ed Pilkington)