Barst
2nd February 2012, 14:54
De draagstoel en de student
Rik Torfs
Vraag mij niet lyrisch te doen over politieke teksten, er zijn grenzen aan de goede smaak. Toch kende ik een kort moment van geluk bij de lectuur van Kiezen en verbinden, de tekst die het CDA in Nederland weer op de kaart moet zetten.
Ik las er dat de eisen in het onderwijs best wat hoger mogen liggen. Dat een diploma halen moeite mag kosten. Zodat studenten er trots op kunnen zijn. Oef, dacht ik. Na jaren van slijmen en pamperen eindelijk aandacht voor de student. En respect.
Ik geloof in de schoonheid van de inspanning. En in de simpele constatering dat het de student zelf is die het diploma moet behalen, niemand anders. Dat laatste lijkt vanzelfsprekend. En toch. Onderwijskundigen van allerlei pluimage die slechts door gore onaantrekkelijkheid met elkaar zijn verbonden, beweren immers dat docenten falen als studenten zakken. Kregen de studenten voldoende begeleiding? Stond er altijd iemand ter beschikking die hen leerde te leren? Werd voldoende rekening gehouden met hun karakter? Misschien zijn ze schuchter, en hebben ze nood aan geruststellende woorden vooraleer het mondelinge examen van start gaat. Misschien zijn er onder hen die, gezien een atypische maar geenszins minderwaardige hersenstructuur, iets trager denken, waardoor ze bij een schriftelijk examen niet over twee, maar over drie uur moeten beschikken. Wie weet is er iets mis met hun bioritme waardoor hun examens beter moeten worden gespreid. En veronderstel dat ze dyslectisch zijn, dan dienen spelfouten met de mantel der liefde te worden bedekt.
Een slecht cijfer voor de student is een blaam voor de docent. Moet die trouwens niet wat strenger worden aangepakt? Horen slechte slaagcijfers niet tot een functioneringsgesprek te leiden, waarna een blaam volgt, terwijl op termijn ontslag niet uit te sluiten valt? We moeten hard durven te zijn.
Voor alle duidelijkheid: geen compassie met professoren. Wie zeker wil zijn dat hij nooit wordt ontslagen, moet bij de spoorwegen gaan werken. Maar ondertussen bedriegen wij onszelf. Vaak horen we klagen dat mensen de verkeerde dingen studeren. Dat de behaalde diploma's niet beantwoorden aan de wensen van de arbeidsmarkt. Dat is maar half waar. Het klopt voor lassers en longartsen. Maar niet voor het overgrote deel van de humane wetenschappers, van psychologen over communicatiewetenschappers tot filosofen. Niet zozeer het diploma telt, maar wat de gediplomeerden kunnen. Zijn ze in staat zelfstandig na te denken, een probleem te analyseren, een vlekkeloze tekst te schrijven die niet doodvervelend is, enthousiasme uit te stralen dat niet voortvloeit uit onwetendheid maar uit professionele drive?
Dat kan alleen als studenten het recht hebben om iets te presteren waarop ze trots mogen zijn. Dat verdienen ze, ook aan onze universiteiten. Het kan niet dat ze naar het buitenland moeten voor een intellectueel, maar helaas ook financieel elitaire opleiding. Als we die richting uitgaan, is de democratisering van het onderwijs volkomen vergeefs geweest.
We laten ons in slaap wiegen door virtuele kwaliteit. Specialisten formuleren eindtermen, en doen er vervolgens hun uiterste best voor, met alle denkbare hulpmiddelen en faciliteiten, dat iedereen die haalt. Slagen de studenten voor het examen, dan wensen ze zichzelf geluk: weer meer hooggeschoolden in Vlaanderen.
Een hoogwaardige baan is als het oversteken van een drukke straat. Auto's razen voorbij. Hoe de overkant bereiken? We moeten goed uitkijken, de snelheid van de auto's berekenen, een gaatje vinden, afwegen welk risico we lopen en hoelang de operatie duurt. Anderen kunnen ons die technieken leren, maar we moeten het zelf doen.
Maar de opleiding faalt. Onderwijskundigen leggen zebrapaden aan, zodat auto's halt houden. En misschien is de weg te breed om hem in één keer over te steken, dus bouwen ze in het midden een vluchtheuvel. Zou het overigens niet aardig zijn wie oversteekt, tot aan de overkant te vergezellen? En eerlijk nu, waarom geen draagstoel, want de eindterm is toch gewoon de overkant.
Ik weet het. Ik overdrijf. Toch meen ik wat ik schrijf. Laten we, als het om diploma's gaat, ophouden met zelfbedrog. In het veldrijden zijn wij ook de besten van de wereld. Omdat andere landen niet meedoen.
En laat studenten toe trots te zijn op hun diploma, echt te schitteren. Beledig hen niet door hen te onderschatten.
DS, 02-02-2012 (Rik Torfs)
Rik Torfs
Vraag mij niet lyrisch te doen over politieke teksten, er zijn grenzen aan de goede smaak. Toch kende ik een kort moment van geluk bij de lectuur van Kiezen en verbinden, de tekst die het CDA in Nederland weer op de kaart moet zetten.
Ik las er dat de eisen in het onderwijs best wat hoger mogen liggen. Dat een diploma halen moeite mag kosten. Zodat studenten er trots op kunnen zijn. Oef, dacht ik. Na jaren van slijmen en pamperen eindelijk aandacht voor de student. En respect.
Ik geloof in de schoonheid van de inspanning. En in de simpele constatering dat het de student zelf is die het diploma moet behalen, niemand anders. Dat laatste lijkt vanzelfsprekend. En toch. Onderwijskundigen van allerlei pluimage die slechts door gore onaantrekkelijkheid met elkaar zijn verbonden, beweren immers dat docenten falen als studenten zakken. Kregen de studenten voldoende begeleiding? Stond er altijd iemand ter beschikking die hen leerde te leren? Werd voldoende rekening gehouden met hun karakter? Misschien zijn ze schuchter, en hebben ze nood aan geruststellende woorden vooraleer het mondelinge examen van start gaat. Misschien zijn er onder hen die, gezien een atypische maar geenszins minderwaardige hersenstructuur, iets trager denken, waardoor ze bij een schriftelijk examen niet over twee, maar over drie uur moeten beschikken. Wie weet is er iets mis met hun bioritme waardoor hun examens beter moeten worden gespreid. En veronderstel dat ze dyslectisch zijn, dan dienen spelfouten met de mantel der liefde te worden bedekt.
Een slecht cijfer voor de student is een blaam voor de docent. Moet die trouwens niet wat strenger worden aangepakt? Horen slechte slaagcijfers niet tot een functioneringsgesprek te leiden, waarna een blaam volgt, terwijl op termijn ontslag niet uit te sluiten valt? We moeten hard durven te zijn.
Voor alle duidelijkheid: geen compassie met professoren. Wie zeker wil zijn dat hij nooit wordt ontslagen, moet bij de spoorwegen gaan werken. Maar ondertussen bedriegen wij onszelf. Vaak horen we klagen dat mensen de verkeerde dingen studeren. Dat de behaalde diploma's niet beantwoorden aan de wensen van de arbeidsmarkt. Dat is maar half waar. Het klopt voor lassers en longartsen. Maar niet voor het overgrote deel van de humane wetenschappers, van psychologen over communicatiewetenschappers tot filosofen. Niet zozeer het diploma telt, maar wat de gediplomeerden kunnen. Zijn ze in staat zelfstandig na te denken, een probleem te analyseren, een vlekkeloze tekst te schrijven die niet doodvervelend is, enthousiasme uit te stralen dat niet voortvloeit uit onwetendheid maar uit professionele drive?
Dat kan alleen als studenten het recht hebben om iets te presteren waarop ze trots mogen zijn. Dat verdienen ze, ook aan onze universiteiten. Het kan niet dat ze naar het buitenland moeten voor een intellectueel, maar helaas ook financieel elitaire opleiding. Als we die richting uitgaan, is de democratisering van het onderwijs volkomen vergeefs geweest.
We laten ons in slaap wiegen door virtuele kwaliteit. Specialisten formuleren eindtermen, en doen er vervolgens hun uiterste best voor, met alle denkbare hulpmiddelen en faciliteiten, dat iedereen die haalt. Slagen de studenten voor het examen, dan wensen ze zichzelf geluk: weer meer hooggeschoolden in Vlaanderen.
Een hoogwaardige baan is als het oversteken van een drukke straat. Auto's razen voorbij. Hoe de overkant bereiken? We moeten goed uitkijken, de snelheid van de auto's berekenen, een gaatje vinden, afwegen welk risico we lopen en hoelang de operatie duurt. Anderen kunnen ons die technieken leren, maar we moeten het zelf doen.
Maar de opleiding faalt. Onderwijskundigen leggen zebrapaden aan, zodat auto's halt houden. En misschien is de weg te breed om hem in één keer over te steken, dus bouwen ze in het midden een vluchtheuvel. Zou het overigens niet aardig zijn wie oversteekt, tot aan de overkant te vergezellen? En eerlijk nu, waarom geen draagstoel, want de eindterm is toch gewoon de overkant.
Ik weet het. Ik overdrijf. Toch meen ik wat ik schrijf. Laten we, als het om diploma's gaat, ophouden met zelfbedrog. In het veldrijden zijn wij ook de besten van de wereld. Omdat andere landen niet meedoen.
En laat studenten toe trots te zijn op hun diploma, echt te schitteren. Beledig hen niet door hen te onderschatten.
DS, 02-02-2012 (Rik Torfs)