Bekijk de volledige versie : Brussel
Paulien.Detailleur
22nd June 2011, 16:03
Sinds we (ondertussen 8 jaar geleden) uit Brussel verhuisd zijn heb ik er een gewoonte van gemaakt om tijdens de zomervakantie enkele weken terug te keren naar de buurt waarin ik ben opgegroeid. Een buurt die ik jammer genoeg elk jaar zo achteruit heb zien gaan dat ik besloten heb om dit jaar maar in het veilige Vorselaar te blijven. Terwijl ik er vroeger van hield om verloren te lopen in de straten van de stad, net zoals in het liedje van Johan Verminnen, kan ik nu niet snel genoeg thuis zijn. En dan vraag ik mij af of ik daarin misschien niet overdrijf. Misschien moet ik die schunnige en beledigende opmerkingen maar over mij heen laten komen; mij erbij neerleggen dat ze in bepaalde culturen nu eenmaal de gewoonte hebben om sneller handtastelijk te worden; misschien moet ik maar gewoon aanvaarden dat ik vanaf nu best zoveel mogelijk lichaamsdelen bedek en mijn blik naar de grond richt als ik over straat loop. Leve de multiculturaliteit, we zullen de keerzijde ervan er maar bij nemen en bedekken met de mantel der liefde. Want als je de aandacht durft vestigen op bepaalde frictiepunten word je al snel een racist genoemd. Maar ben je dan echt een racist als je vraagt aan migranten om zich aan te passen aan de normen en wetten van onze samenleving? Heb ik dan niet het recht om te verwachten dat ik gerespecteerd wordt als ik op straat loop? Ik ben het gevoel van onveiligheid en onzekerheid in ieder geval beu en ik vind het hoog tijd dat onze politici hun aandacht vestigen op dit complex probleem. Ik hoop Brussel en bij uitbreiding heel België positief te zien evolueren, hoe sneller we uit deze neerwaartse spiraal kunnen breken hoe beter...
Paulien.Detailleur
22nd June 2011, 16:05
[SIZE=3]Ik wil met blote benen fietsen[/SIZE]
Het was slechts één zinnetje in een column gisteren in deze krant, maar het bleef aan me knagen. Omdat ze niet met blote benen door Molenbeek wil fietsen, draagt m'n gewezen collega Eva altijd een jeans als ze op weg is naar haar werk, desnoods ónder de jurk waar de afspraken van die dag om vragen.
Ik lees het bij mijn ochtendkoffie, en 's middags ben ik het beeld nog steeds niet kwijt. Hoogopgeleide, vrijgevochten, mooie Eva hult zich in islamitische dracht om naar haar werk te fietsen?
Ik bel haar. Het is niet de enige voorzorgsmaatregel die ze treft, zegt ze: ook bindt ze haar haren bij elkaar als ze door Molenbeek fietst. Mooie, rooie, golvende haren heeft Eva, en die gaan in Molenbeek in een knotje opdat ze niet de foute soort aandacht zouden trekken.
Ze weet niet of het met de godsdienst heeft te maken, zegt ze, het kan evengoed gewoon machismo zijn waar ze zich tegen wapent. Maar wel dit: fietst ze van bij haar thuis de andere kant van de stad op, richting Jette, dan bedekt ze zich niet. Dan zijn haar haren los, en haar benen bloot.
Zoals Eva fiets ook ik van en naar het werk. Aan de andere kant van Brussel doe ik dat, het hele jaar door, steevast functioneel gekleed volgens de vereisten van het seizoen. Bij vriesweer muts en handschoenen, bij regen een poncho, als de zon schijnt de benen bloot.
Alleen in die laatste uitdossing ben ik ooit tegen een fluim opgereden van een donkere man die ik op het fietspad kruiste en die kennelijk niet van mijn uiterlijk was geporteerd. De schok zindert vandaag nog na, meer nog vanwege de rabiate afwijzing van alles wat ik tot die dag als vanzelfsprekend en waardevrij had beschouwd – mijn kleren – dan wegens de fysieke agressie zelf.
Voor u me van xenofobie verdenkt: het bezwaart me niet dat mensen een godsdienst aanhangen die niet de mijne is, noch dat ze zich schikken naar de vestimentaire vereisten daarvan. Alleen ben ik geen moslima, maar een feministe. Ik wens bijgevolg verschoond te blijven van aansporingen om me volgens andermans normen te kleden. Ik weiger me te laten inpakken door mensen die me mijn vrijheid als vrouw misgunnen.
Ik wil met blote benen fietsen. Wanneer ik wil, met wie ik wil, waar ik wil. Ook in Molenbeek. Als dat een deel van de ingezetenen aldaar bezwaart, dan spijt me dat oprecht, maar dat is dan de prijs die zij voor hun deelname aan een vrije, pluriforme samenleving horen te betalen. Zou iemand hun dat diets kunnen maken? Mijnheer Moureaux misschien?
In het andere geval roep ik bij deze op tot een slettenkoers door Molenbeek. De benen bloot, de haren wapperend in de wind. Eva mag voorop.
DS Online, 22-06-2011 (Hilde Van den Eynde)
Paulien.Detailleur
22nd June 2011, 16:13
[SIZE=3]In Molenbeek heerst een monocultuur van armoede[/SIZE]
In sommige Brusselse gemeenten rukt de gettoïsering sluipend op. Het is geen etnische maar een sociale gettoïsering. Het vertrek van enkele spraakmakende bedrijven uit Molenbeekse Kanaalzone is daar nog maar eens een treurig bewijs van. Bart Eeckhout is chef nieuws bij deze krant. Hij woont in Molenbeek in de wijk waar de reclamebureaus Mortierbrigade en BBDO willen wegtrekken.
De voortdurende politieke verwaarlozing van het recht op leefbaarheid en veiligheid zuigt de zuurstof weg uit sommige buurten. Dit is geen luxeprobleem van de middenklasse
Aan het donkere uiteinde van onze straat bouwen de gerenommeerde B-Architecten een passief sociaal woningcomplex. Het is een prachtig gebouw. Veel hout en veel open ruimte, acht sociale woningen, een lage-energiekinderdagverblijf en een leuke tuin met speeltuigen.
Het gebouw was zo goed als klaar. Nu is het kort en klein geslagen. Alle bereikbare ramen zijn ingeslagen, deuren kapotgetrapt, timmerwerk vernield. De oplevering van de sociale woningen - geen lofts! - is mogelijk met een jaar of meer vertraagd. Welkom in de Maritiemwijk in Molenbeek, een kleurrijke buurt met vele (jonge) gezichten en stilaan nog slechts één cultuur: de monocultuur van armoede.
Het complex van de B-Architecten ligt nabij de kantoorgebouwen waar reclamebureau Mortierbrigade nu de kartonnen dozen aan het vullen is om te verhuizen naar Schaarbeek en waar hun collega's van BBDO ernstig overwegen om net hetzelfde te doen. Verjaagd door onveilige ervaringen. Hun verhalen klinken bekend: beroving, vandalisme, vrouwen lastiggevallen op straat, sac- en carjacking, zelfs kidnapping.
Twee gedachten strijden om mijn hart als soortgelijke berichten de kop opsteken over 'mijn' wijk, waar we trotzdem nog altijd graag wonen. Er is het verlangen om te sussen, te zeggen dat het allemaal nog wel meevalt - al is het maar om vrienden en familie in het soms zo verre Vlaanderen gerust te stellen. En we wonen ook echt wel in het rustigere en hogere deel van de wijk. Dat komt zo: in onze heuvelachtige hoofdstad is de sociale demografie vaak nog die van de middeleeuwen. Hoe dieper in het dal, hoe meer ellende. Vertaald naar Brussel vandaag: hoe dichter je bij het kanaal of de spoorweg woont, hoe meer miserie. Mortierbrigade zit erg dicht bij het kanaal.
Eigen schuld?
Tot daar de eerlijke nuance. Er is die andere aanvechting om de frustratie uit te schreeuwen over de voortschrijdende verloedering. Dat dat gevoel het toch weer haalt, heeft veel te maken met de uitleg van professor Eric Corijn (VUB), gisteren in deze krant. "Bepaald gedrag in de publieke ruimten in Molenbeek is niet goed te praten, maar de houding van de samenleving ook niet." Corijn, een gerespecteerde Brussel-autoriteit, bedoelt daarmee dat die reclamebureaus en de hippe vogels die er werken deels zichzelf de onveiligheid op de hals gehaald hebben. Ze moeten hun nieuwe omgeving maar niet zo frustreren met hun zichtbare welvaart.
Het is een wellicht goed bedoelde poging tot contextualisering die me niettemin emotioneel shockeert. De grens is gevaarlijk dun tussen dit soort verklaringen en zeggen dat kortgerokte meisjes zelf hun aanranding hebben gezocht, dat een jongen met een iPod of iPhone zelf de messteek in zijn buik heeft gevraagd of dat de bewoners van een gerenoveerde flat zelf hun homejacking hebben uitgelokt.
Je mag van mensen die in de Brusselse quartiers chauds gaan wonen veel sociaal inlevings en - incasseringsvermogen verwachten, maar je mag niet eisen dat ze ook nog eens de verantwoordelijkheid opnemen voor de onveiligheid en verloedering waar ze zelf mee het slachtoffer van geworden zijn. Het is niet de schuld van de man die zijn auto voor zijn huis parkeert, dat de straat 's anderendaags vol glas van ingebroken ruitjes ligt. En het is niet omdat je die stadscriminaliteit niet wenst te aanvaarden, dat je ook niet tegelijk met begrip en engagement in je eigen buurt een leven kan proberen op te bouwen.
Armoede en Aldichips
De terugtocht van Mortierbrigade is slechts een schermutseling in een veel alarmerendere strijd. In sommige Brusselse gemeenten rukt de gettoïsering sluipend op. Het is geen etnische maar een sociale gettoïsering. Vergeet de debatten over multiculturaliteit en islamisering, in de straten van Molenbeek heerst de monocultuur van de armoede.
Het is elk jaar weer schrikken van de percentages in de landelijke armoedebarometers. Maar niet voor wie in wijken als Bockstael, Kuregem of Ribaucourt woont. De arme kinderen uit de statistieken zijn er je buren. Stadsbewoners weten uit ervaring dat de zo zichtbare bedelaars en daklozen slechts enkele van de verraderlijk talrijke gezichten van armoede zijn.
Armoede in Brussel krijgt ook het gezicht van ongeletterde kinderen die 's ochtends op straat lopen met een grote zak Aldichips omdat dat vaak het enige betaalbare calorierijk ontbijt is. Armoede stijgt op uit het niet te ruimen sluikafval, achtergelaten door naamloze medeburgers zonder permanent verblijf. Armoede straalt af van de naar mensenhandel riekende nacht- en telefoonwinkels die als een slingerplant buurteconomieën versmachten en vervangen.
Electorale berekening
Je mag van het lokale bestuur in Molenbeek niet verwachten dat het alle wereldproblemen oplost die komen aangespoeld. En toch dragen gezagsdragers als burgemeester Philippe Moureaux (PS) een verpletterende verantwoordelijkheid voor de kwalijke ontwikkelingen in hun gemeente. Vanuit perfide politieke berekening blijft het een taboe om de immense samenlevingsproblemen gezamenlijk aan te pakken op een hoger politiek niveau. Vanuit ideologische verstarring blijft de repressie van een relatief kleine groep jonge criminelen onuitgevoerd. Door foute prioriteiten wordt de sociale mix in de wijken bedreigd.
Soms zou je in zoveel nonchalance zelfs electorale berekening vermoeden. Misschien is de PS simpelweg niet geïnteresseerd in het aantrekken van een middenklasse, die misschien wel op MR, Ecolo of, godbetert, hun Vlaamse zusterpartij zou durven stemmen. Dat daarmee zovele sociale, economische of zelfs louter fiscale opportuniteiten verloren gaan, wordt op de koop toe genomen. Als de macht maar verworven blijft.
De voortdurende politieke verwaarlozing van het recht op leefbaarheid en veiligheid zuigt de zuurstof weg uit sommige buurten. Dit is, in tegenstelling tot wat sommige academici dus nog altijd schijnen te denken, geen luxeprobleem van die middenklasse. Die heeft meestal nog de kans om weer weg te trekken, hoogstens ontgoocheld over een gebroken droom. Wie achterblijft, wordt uiteindelijk het grootste slachtoffer van de verloedering. And the poor steal from the poor...
Niet alle jonge gezinnen trekken zich gedesillusioneerd terug uit het leven in de stad. Wandel door Molenbeek en je komt in elke straat wel een discreet opgekalefaterd wooncomplex tegen met metalen deuren, getraliede ramen of elektronische hekken. Die gesloten architectuur doet denken aan de palazzi uit de Noord-Italiaanse renaissance. Op de begane grond heb je publieke ruimtes die met traliewerk en ruwe rotssteen afgeschermd worden en daarboven beveiligde privévertrekken, die met de verdieping chiquer worden. Vandaag bewonderen we die antieke gebouwen als artistieke parels, maar evengoed zijn ze symbool van een radicaal doorgedreven sociale segregatie.
Ook de hedendaagse lofts van Molenbeek oogsten wel eens lof in de woonmagazines. Het is een schrale troost voor het besef dat we op het punt staan om in sommige wijken het stedenbeleid en de stedenbouw een jaar of vijfhonderd in de tijd terug te schieten. Terug naar de tijd van de hyperbeveiligde woonburchten voor wie het zich kan permitteren.
DeMorgen.be, 16-06-2011 (Bart Eeckhout)
Paulien.Detailleur
22nd June 2011, 16:17
[SIZE=3]Brussel, een nieuwe koers voor het stuurloze schip[/SIZE]
Teun Voeten is cultureel antropoloog en werkt al 20 jaar als oorlogsfotograaf. Hij woonde voor langere tijd in New York en verbleef maandenlang in een kolonie van ondergrondse daklozen in Manhattan waar hij het boek Tunnelmensen over schreef. Momenteel werkt hij aan een fotoproject over drugsgeweld in Mexico. Hij woont sinds 2005 in Molenbeek en lijst enkele praktische suggesties op om de problematiek in Brussel het hoofd te bieden.
Grote problemen allemaal. Maar wel degelijk oplosbaar. Twintig jaar geleden was de wijk Harlem in New York opgegeven. Nu is het een bloeiende buurt met een diverse populatie van Europese kunstenaars, blanke studenten en zwarte ondernemers
In 2005 verhuisde ik naar een loft in Molenbeek. Ik behoorde tot de nouvelle vague van blanke, hoog opgeleide yuppies die met een gezonde mix van goede bedoelingen en pragmatisme de stap over het kanaal waagde.
We hadden een Marokkaanse aannemer, wat we allemaal erg tof vonden en hoopten dat onze kinderen met bruine kindjes vrolijk op straat zouden spelen. We dachten dat de straat er langzaam beter op zou worden. Minder vuil, minder criminaliteit, hier en daar een hip galerietje en trendy cafeetje en dat onze lofts in waarde gingen stijgen. Zes jaar na dato is Molenbeek op zijn zachtst gezegd nog steeds een gestagneerde buurt. Onze aannemer Hassan bleek een oplichter te zijn en verdween met 100.000 euro. Onze kinderen spelen niet op straat want daar rijden auto's door met 70 kilometer per uur. Contacten met buurtbewoners hebben we nauwelijks, we worden als indringers bekeken. Vuilnis ligt op straat te rotten, om de hoek is een stortplaats van grofvuil.
Mijn buurmeisje werd, op klaarlichte dag, voor de deur beroofd. Ze schreeuwde om hulp, maar in een volle straat stak niemand een poot uit. Armoede, sociale uitsluiting, vervuiling, criminaliteit, chronische werkloosheid, om de zoveel tijd rellen en onlusten. Hoe is het zover kunnen komen? Drie partijen dragen schuld. De overheid, de Belgische burger en de Marokkaanse gemeenschap.
De risee van Europa
De overheid? Welke overheid? Veel mensen in België vinden het wel charmant dat we recordhouder 'regeringloosheid' zijn. Pardon, het is niet charmant. Het is gênant. In serieuze kringen is België de risee van Europa. De wereld wordt geconfronteerd met enorme uitdagingen, maar onze politici kunnen het BHV-niveau niet overstijgen. Brussel is het epicentrum van onbestuurbaarheid geworden. Met bestuursorganen op landelijk, hoofdstedelijk, Vlaams, Waals en last not but least gemeentelijk niveau is onduidelijk wie welke bevoegdheden heeft. Verantwoordelijkheden worden op elkaar afgeschoven.
Grote wereldsteden als Londen, New York en Parijs hebben één burgemeester met één visie, één hoofdcommissaris van politie en één beleid dat consequent wordt uitgevoerd. Een megapolis als Rio heeft gigantische problemen waarbij de besognes van Brussel peanuts zijn. Maar in Rio wordt met lef, verbeelding en creativiteit geregeerd. Dankzij een daadkrachtige aanpak beginnen de problemen in de favela's overzichtelijke proporties te krijgen. Brussel bestaat uit 19 gemeentes die elk hun eigen burgemeester, schepenen en parlementsleden hebben - een kleine 200 heb ik me laten zeggen. Besturen is een moeilijk vak en alleen al puur statistisch is het gewoonweg onmogelijk om zoveel bekwame lieden op al die posities te hebben. Het is onvermijdelijk dat dozijnen non-valeurs en incompetente machtspotentaatjes bestuurslagen hebben weten te infiltreren. Brussel is verzand in een moeras van onverschilligheid en middelmatigheid, is een stuurloos schip waar niemand aan het roer staat. Toen ik hierover een discussie voerde met burgemeester Moureaux van Molenbeek was hij hoogst verontwaardigd hoe iemand uit 'het land van Wilders' die maar net in Molenbeek woonde het durfde kritiek te leveren op het bestuur.
De Belgen. Johan Anthierens beschreef de Belgen ooit als een volk dat "zolang ze zich maar een vette bek kunnen eten aan de tomaat crevette op hun fermette, het allang prima vinden". In België wordt de overheid als een vijandelijke entiteit gezien, waarbij gecalculeerd wordt hoe men er het minst last van heeft en er het meest van kan profiteren.
"Ask not what your country can do for you, ask what you can do for your country", zei John F. Kennedy. In de Belgische cultuur van sjoemelen en foefelen is het precies andersom. Iedereen heeft boter op zijn hoofd. Van de creatievelingen die middels het felbegeerde 'artiestenstatuut' veredelde steuntrekkers zijn, tot en met de belastingontduiker op zijn kaveltje omringd door glimmende tuinkabouters.
Racisme, of met een mooier woord, xenofobie, is bij de Belgen, en met name de Vlamingen ingebakken. Ik woon al sinds 1992 in Brussel, ben een Brabantse katholiek met een zachte 'g' die volgens veel vrienden de beste frieten met stoofvlees maakt, maar na al die jaren ben ik voor de meeste mensen nog steeds een 'ollander. Toen ik aan een collega vroeg hoe het kwam dat ik zo weinig opdrachten had, zei hij beschaamd dat men hier liever met 'eigen volk' werkt. Ik weet niet hoe het is om Mohammed te heten en op zoek te gaan naar een job, maar ik kan me er wel iets bij voorstellen. Onderschat niet hoeveel woede, frustratie, rancune het telkens opbotsen tegen muren veroorzaakt.
Marokkanen. Ja, ook jullie gaan niet vrijuit. Leuk of niet, uit onderzoeken blijkt dat jonge Marokkanen de meeste criminaliteit voor hun rekening nemen. Het goede nieuws is dat deze zogeheten 'kut-Marokkanen' veruit in de minderheid zijn. De meeste Marokkanen zijn hardwerkende, belastingbetalende burgers die ook niet blij zijn met hun probleemjongeren. Ga eens shoppen op de Gentse Steenweg, net over het kanaal en zie een bloeiende middenstand.
Een van de oorzaken is dat goede opleiding nooit een prioriteit is geweest voor de meeste Marokkanen. Hun ouders en grootouders waren Berbers uit het Rifgebergte met nauwelijks lagere school. Net zoals in zwarte jeugdcultuur in de VS waar hoge cijfers halen als acting white wordt beschouwd, zo vindt de huidige Marokkaanse jeugd studeren uncool.
Conformisme overheerst. Heeft u ooit een Marokkaanse punk of hippie gezien? Ze bestaan, maar lopen rond in Casablanca en Marrakech en niet in Molenbeek waar iedereen dezelfde vervelende petjes en Adidas-gympies draagt. On top of that, en daarin zijn Marokkaanse jongeren goed aangepast, hebben ze de Belgische klaagcultuur geïnternaliseerd, geven ze graag de schuld aan de overheid en wentelen ze zich in slachtofferschap. In de VS wisten de Latino's en Koreanen door 'niet zeiken, hard werken' de Afro-Amerikaanse gemeenschap voorbij te streven. De kinderen van de eerste generatie bordenwassers en wasserettehouders studeren nu voor arts en advocaat en verhuizen naar de voorsteden. Momenteel worden de Marokkanen in snel tempo ingehaald door de nieuwe Europeanen uit het Oosten.
Grote problemen allemaal. Maar wel degelijk oplosbaar. Twintig jaar geleden was de wijk Harlem in New York opgegeven. Nu is het een bloeiende buurt met een diverse populatie van Europese kunstenaars, blanke studenten en zwarte ondernemers. Ik pleit voor een geëngageerd pragmatisme, waar onwenselijke toestanden in de samenleving niet alleen vanuit een morele verantwoordelijkheid worden aangepakt, maar ook uit praktische overwegingen. Simpelweg, omdat ze op de lange termijn schadelijk zijn voor de hele samenleving en iedereen veel geld kosten. Sta me toe enkele suggesties te doen.
1. Problemen oplossen begint door ze eerst te erkennen.
Werkloosheid, sociale uitsluiting en de resulterende criminaliteit mogen dan wel onzichtbaar zijn voor de gemiddelde Belg die nooit in Molenbeek komt, het is een potentiële tijdbom.
2. Onderzoek en definieer het probleem.
Laat er antropologen, sociologen, criminologen op los die de buurten intrekken. Ga kijken in New York, Rio de Janeiro, Mexico City, Rotterdam, Ciudad Juárez, Antwerpen. Praat met beleidsmakers daar over hun successen en mislukkingen.
3. Een samenleving kan men sturen door sancties.
Zowel positieve als negatieve. Beloon goed gedrag. Straf slecht gedrag consequent af. Boeren en Amerikaanse politici noemen dit 'stick and carrot policy' en weten dat men zo zelf de koppigste ezel in beweging krijgt.
4. Creëer kansen, schep hoop.
Vijftig procent werkloosheid in sommige buurten schreeuwt om een Belgische variant van het Marshallplan. Het Tennessee Valley Authority project zette tijdens de Grote Depressie tienduizenden Amerikanen aan het werk.
5. Maak een eind aan de straffeloosheid.
Tasjesrovers staan enkele uren na hun arrestatie weer buiten, macho's scheuren met 80 per uur door het rode licht in het centrum. Burgers hebben geen vertrouwen meer in de overheid en vervallen in apathie, onverschilligheid en cynisme, drie zaken die een samenleving grondig ondermijnen.
6. Pak criminaliteit efficiënt aan.
Recept: Men neme een grote stadskaart en plakke rode vlaggetjes daar waar incidenten plaatsvinden. Na een jaar kan men een patroon ontwaren. De meeste misdaden vinden plaats op dezelfde straathoeken, door dezelfde gastjes. Criminelen zijn hopeloos voorspelbaar. Waarschijnlijk zijn in heel groot Brussel zo'n duizend boefjes actief. Identificeer, viseer, isoleer en elimineer die groep.
7. Maak een politie die een afspiegeling is van de samenleving.
Nu bestaat de Brusselse politie vooral uit Vlamingen van buiten die geen enkele betrokkenheid met de hoofdstad hebben. In sommige buurten worden ze gezien als een vreemde bezettingsmacht. Werf actief agenten aan uit minderheidsgroepen. Kijk naar New York, waar blanke, zwarte, gele en bruine agenten zij aan zij patrouilleren. Breng ook de bereden politie weer in de straten. Paarden dwingen respect af.
8. Pak langdurige werklozen aan.
In Molenbeek zijn er families waar de derde generatie een uitkering heeft. In Rotterdam loopt een project waar langdurig werklozen ter verantwoording worden geroepen en door bijscholing en tewerkstelling weer op de arbeidsmarkt terechtkomen, tot ieders voldoening. Verhoog de minimumlonen en verlaag de uitkeringen. Laat langdurig werklozen en 'artiestenstatuters' af en toe een dagje meewerken op de vuilniskar en geef de vuilnismannen dan een dagje vrij. Solidariteit, weet u wel?
9. Straf creatief en origineel.
Stop straatrovertjes niet in de gevangenis. Het kost de samenleving een hoop geld, ze leren alleen maar meer rottigheid van medegevangen en vinden het ondertussen megacool. In de zwarte getto's in de VS is de gevangenis geen straf maar gewoon een rite de passage. Stuur hardnekkige 'veelplegers' een halfjaar te werk in een Afrikaans vluchtelingenkamp. Zo zijn ze ook tijdelijk uit de samenleving verwijderd, maar belangrijker, ze leren verder kijken dan België en doen nuttig werk, ontwikkelen eigenwaarde en zelfrespect.
10. Creëer speciale studiebeurzen voor achtergestelde groepen.
Laat de 25 slimste Marokkanen van Brussel een jaar in de VS studeren.
11. Wijs de Marokkaanse gemeenschap op haar verantwoordelijkheden.
Wederom in Rotterdam, dat overigens een Marokkaanse burgermeester heeft, is er een succesvol project waar Marokkaanse ouders de jeugd aanspreken op hun wangedrag en de slechte reputatie die ze veroorzaken.
Creatieve en originele oplossingen te over. De samenleving is voor een groot deel maakbaar. Als er de politieke wil maar is. En dat is het grootste probleem.
DeMorgen.be, 18-06-2011 (Teun Voeten)
Paulien.Detailleur
22nd June 2011, 16:25
Luckas Vander Taelen, Vlaams Parlementslid voor Groen!, is het beu naast een getto te leven waar allochtone jongeren hem behandelen alsof hij op hun privéterrein loopt. ‘Waarom durven wij niet opkomen voor wat eigenlijk essentieel is: respect voor de wetten en de waarden van het land waarin wij leven?’
De getto’s van Brussel
MOETEN WE BANG ZIJN OM ONZE WAARDEN OP TE DRINGEN?
Ik woon vlakbij een buurt in Vorst, van de Merodestraat tot het Zuidstation, die je zelfs met de meest multiculturele vooringenomenheid niet anders dan als een getto kunt omschrijven.
Mijn dochter heeft het al lang opgegeven om in die wijk te gaan. Daarvoor is ze net iets te vaak uitgescholden voor veel onfraais. Ik fiets er elke dag door en beleef steeds een ander avontuur. Dubbelgeparkeerde auto’s, bestuurders die een kruispunt blokkeren om met elkaar te praten, rondhangende jongeren die je bekijken alsof je op hun privédomein komt.
Probeer vooral niets te zeggen als je weer eens bijna omver gereden wordt: de laatste keer dat ik dit toch deed, werd ik de huid vol gescholden door een omstaander van geen zestien jaar, die zijn beledigende tirade afsloot met een boodschap die ik niet vertaal: ‘Nique ta mère.’ Dat was minder erg dan de vorige keer, toen een andere jonge Maghrebijnse chauffeur zich door mijn gedrag beledigd voelde: ik had het aangedurfd mijn voorrang te nemen. Zijn eer was dusdanig gekrenkt dat hij dit blijkbaar enkel kon rechtzetten door me in het gezicht te spuwen…
Dus vooral: zwijgen. Want als je probeert duidelijk te maken dat 70 km per uur veel te snel is in een zone 30, dan heb je meteen recht op een confrontatie met het eergevoel van een jonge nieuwe Belg die het niet kan hebben dat iemand hem ook maar iets verbiedt en die bereid is je daarom in elkaar te rammen.
Twintig jaar geleden was ik ervan overtuigd dat de jonge nieuwe Belgen snel geassimileerd zouden worden. Maar nu is in Brussel een generatie van rebels without a cause opgegroeid die zich altijd verongelijkt en te kort gedaan voelt. Nooit voor iets verantwoordelijk, het is altijd de fout van iemand anders: van de overheid, van de racistische Belgen. En ook binnen hun eigen families blijven de jonge Maghrebijnse mannen onaantastbaar. Toen de politie in Molenbeek een jongen oppakte, organiseerde de vader meteen een betoging omdat zijn zoon ‘nog geen appel zou stelen.’
De inspanningen van de overheid in de probleemwijken hebben ervoor gezorgd dat de jongeren de noodzaak niet voelen die te verlaten, toonde een ULB-studie vorig jaar aan. Zo creëer je de bekrompenheid van een dorp in de grote stad.
Een dochter van Marokkaanse vrienden heeft een Belgisch vriendje. Met hem gaat ze nooit uit in de wijk, omdat ze meteen wordt nageroepen. Want bijna al de jonge allochtonen mogen dan wel de Belgische nationaliteit hebben, enige identificatie met dit land hebben zij niet. Integendeel: ‘Belge’ is een scheldwoord…
Jonge vrouwen alleen zie je overigens bijna nooit in de wijk. En zeker niet in de cafés: daar worden ze zelfs niet gedoogd. Toen een medewerkster van de gemeente er een koffie vroeg, werd haar snel duidelijk gemaakt dat ze er niet moest op rekenen om bediend te worden. Als ik de Merode-wijk binnenfiets, dan weet ik dat ik tot ver voorbij het Zuidstation niet één vrouw op een caféterras zal zien. En dan heb ik het nog niet over de dubbele seksuele moraal die van jonge allochtone vrouwen nog steeds verwacht dat ze tijdens de huwelijksnacht hun maagdelijkheid bewijzen, ook al weet iedereen dat Brusselse hospitalen met een eenvoudige ingreep maagdenvliezen herstellen…
Een gerenommeerd Frans-Marokkaanse kunstenaar stelde tot vorige week een merkwaardige installatie tentoon in Brussel: een reeks bidtapijtjes met schoenen. De kunstgalerij kreeg onmiddellijk dreigtelefoons, het glas voor het kunstwerk werd bespuugd en beschadigd. De commotie kwam er omdat er bij één bidtapijtje rode vrouwenhakken te zien waren. De kunstenaar wou op die manier ‘de plaats van de vrouw in de Islam’ aankaarten. Maar dat kan al niet meer in Brussel: na een paar dagen werd het kunstwerk verwijderd.
Misschien moeten we ons eens afvragen hoe het komt dat we aanvaard hebben dat principes als de vrijheid van de kunstenaar en gelijke rechten voor man en vrouw niet voor iedereen gelden in dit land. Waarom durven wij niet opkomen voor wat eigenlijk essentieel is: respect voor de wetten en de waarden van het land waarin wij leven? Een hoofddoekenverbod is geen oplossing. Maar misschien moeten we toch eens nadenken over hoe we op een assertieve manier kunnen duidelijk maken dat wij durven verdedigen wat wij belangrijk vinden.
Het is de verdienste van links geweest om meer aandacht te vragen voor discriminatie en sociale achterstand. Het probleem ligt jammer genoeg dieper: we zijn bang geweest om onze waarden op te dringen aan allochtonen.
Die waarden zijn mij echter te dierbaar om ze verloren te laten gaan.
http://ronnydeschepper.wordpress.com/2010/03/23/open-brief-van-luckas-vander-taelen-vlaams-parlementslid-voor-groen/
vBulletin v3.0.6, Copyright ©2000-2025, Jelsoft Enterprises Ltd.