PDA

Bekijk de volledige versie : De vrije wil is een illusie


Barst
17th January 2011, 18:02
De vrije wil is een illusie

Rita Carter, Hét brein boek. Een rijk geïllustreerde encyclopedie van de hersenen. Veen Magazines, 256 blz.


BRUSSEL - Een mens is net zo min vrij als een glas water dat op de tafel staat, maar onze hersenen hebben wel een diep ingebakken illusie van vrije wil. Dat zegt Rita Carter, schrijfster van het onlangs verschenen 'Hét brein boek'.


Eeuwenlang werd de vrije wil beschouwd als de ultieme creatie van de schepper. De mens, dat wezen aan de top van de schepping, had een onsterfelijke ziel meegekregen en dus was hem een eeuwig leven beschoren. Maar de wetenschap is zich met die ziel gaan bezighouden en heeft gaandeweg ook aan het terrein van de godsdienst, de theologie en de filosofie geknaagd. Sinds we de hersenen met steeds fijnere beeldvormingstechnieken ook in levenden lijve kunnen bestuderen, komen zwaarwichtige filosofische onderwerpen zoals ethiek en moraal binnen het bereik van de (hersen)wetenschappen. De wetenschap geeft ons niet alleen een andere kijk op de wereld, maar ook op onszelf.

'We zijn nu in staat de hersenen en de werking ervan uiteen te rafelen in mechanistische processen', zegt Rita Carter. 'Voor het eerst in de geschiedenis kunnen we naar binnen kijken in onze hersenpan en bestuderen hoe wat we daar zien, tot gedrag leidt. Wat we daar vinden, is dikwijls heel verrassend. Het leert ons hoe ons lichaam ons misleidt. Op die manier kunnen we heel wat leren over onszelf.'

Prominent in het lijstje van wetenschappelijke doorbraken die geleid hebben tot het beeld van de vrije wil als een illusie staat volgens Carter het experiment van Benjamin Libet uit de jaren 1980. Dat experiment liet zien dat ons brein al een actie begint voor te bereiden vóór we zelf bewust tot die actie besluiten.'


Waarom is dat zo belangrijk?

'Dat was een reeks ingenieuze experimenten met grote filosofische betekenis omdat ze ons dwongen hard en helder na te denken over wat we bedoelen met de “vrije wil,. Libet mat met een elektro-encefalogram de elektrische activiteit van de hersenen. Hij zag een zogenaamde Readiness potential (een paraatheidspotentiaal) zowat een halve seconde voor de beweging. Tussen het moment dat de hersenen de beweging van een vinger opstarten en het moment dat de proefpersonen inderdaad hun vinger bewogen in, zat het moment dat ze bewust aangaven dat ze zouden gaan bewegen. Die experimenten zijn ondertussen op allerhande manieren en in andere omstandigheden overgedaan en de resultaten worden telkens bevestigd. Met andere woorden: wij doen klaarblijkelijk wat ons brein ons aangeeft en we noemen dat dan (achteraf) een bewuste daad. Het mooie is dat we dankzij dit soort experimenten leren hoe het echt gaat, terwijl de filosofen tot dan toe als enige onderzoeksinstrument de introspectie hadden: beschouwen hoe we dingen doen en op basis daarvan conclusies trekken. Die introspectie blijkt notoir onbetrouwbaar.'


Dat botst toch met alles wat we over onszelf denken te weten. Jij hebt toch uit vrije wil dit boek geschreven, ik ben hier bewust naartoe gekomen om jou te interviewen.

'Dat klopt. Onze subjectieve ervaring (dat we iets beslissen en het daarna doen) en het bijbehorende gevoel dat we actieve en zelfbewuste actoren zijn in ons eigen leven, is heel verschillend van het universum van de natuurkunde waarin alles verklaarbaar is in een keten van oorzaak en gevolg, als op elkaar botsende biljartballen. Wij voelen ons onafhankelijke actoren die doen wat ze willen. Dat ons brein iets zou beslissen in onze plaats is geen geruststellende gedachte.'

Hoe kunnen we de bevindingen uit het hersenonderzoek dan rijmen met onze dagelijkse ervaringen? Volgens Carter is onze vrije wil een diep ingebakken, biologisch verankerde illusie. Ze geeft voorbeelden van twee soorten visuele illusies: een die we herkennen en telkens weer ontmaskeren, een andere die we - hoe goed we ook ons best doen en hoe zeker we ook weten dat het een illusie is - nooit kunnen niet-zien. De eerste illusie is die van een plaatje met zwarte en witte vlekken. Als je goed kijkt, zie je plots een dalmatiër opduiken uit het toevallig lijkende patroon. Zodra je die hond één keer gezien hebt, zie je hem iedere keer opnieuw. Je weet dat het een illusie is en je kunt ze ontmaskeren. De andere illusie graaft dieper. Op een plaatje van een schaakbord waarover een schaduw valt, zie je een licht vlak in de schaduw als anders van tint dan een donker vlakje in het licht. Als je die twee vlakjes naast elkaar legt, blijken ze identiek dezelfde kleur te hebben. Hoe dikwijls je ook naar het plaatje kijkt, hoe goed je ook weet dat je hersenen je bedriegen en dat de blokjes gelijk zijn van tint, toch zie je telkens weer de twee vlakken met een verschillende kleur. Dat is een illusie die je niet kan niet-zien. Onze hersenen laten het gewoon niet toe.

'Dankzij het voorbeeld van die visuele illusie kun je aangeven hoe een illusie diep verankerd kan liggen in ons bewustzijn. Hoe gek het ook mag klinken, maar de vrije wil bestaat, alleen is het een illusie. De vrije wil bestaat dus eigenlijk niet echt, maar onder de vorm van een idee, gekoppeld aan een emotie. Die illusie moet evolutionair voordelen hebben geboden omdat het ons ieder individueel verantwoordelijk maakt voor onze handelingen en gedachten. Omdat dat sociale cohesie in een groep mogelijk maakt. Het geeft ons ieder als individu een gevoel van macht. Keer op keer weer, elke dag, elke seconde, gedurende miljoenen jaren, heeft dat onze soort gemaakt tot wat we zijn. Wij voelen ons vrije individuen die zelf dingen in beweging zetten. Die illusie is zo fundamenteel dat we in tekenfilmpjes met bewegende vormen zelfs een bedoeling of een wil toeschrijven aan die vormen. Onze hele cultuur en onze rechtspraak is gebouwd op het idee dat een ander ook een innerlijk leven heeft en dat we dus op gelijke voet met elkaar kunnen omgaan. De bevinding dat de vrije wil niet bestaat zoals we hem altijd kenden, heeft dus potentieel diepgravende gevolgen.'


Hoe komt het dat een wetenschappelijk inzicht met zulke diepgaande implicaties zo weinig bekend is?

'Libets experiment uit 1984 heeft jaren verborgen gelegen in de wetenschappelijke literatuur, terwijl het fundamenteel eigenaardig is en potentieel vernietigend voor ons wereldbeeld. Mijn hypothese is dat Libet heel religieus was en zelf niet goed wist hoe hij moest omgaan met de consequenties van zijn bevindingen en er dus ook niet mee te koop liep. Ik denk trouwens ook dat het niet zoveel verschil uitmaakt in het leven van alledag.'

Om te illustreren hoe deze nieuwe inzichten invloed zullen hebben op de schuldvraag, verwijst ze naar de dierenprocessen die plaatsvonden van de dertiende tot de achttiende eeuw. Varkens werden veroordeeld door de rechtbank omdat ze iemand gebeten hadden, ratten omdat ze de graanvoorraad hadden opgevreten. 'Deze processen waren geen mysterieuze, aberrante curiositeiten, maar uitingen van een rigoureus doorgedreven idee dat alle schepselen op aarde verantwoording dienden af te leggen. De vrije wil werd hier dus heel ruim geïnterpreteerd. Dat is het tegenoverliggende extreem van de situatie die zich nu aandient, waarin vrije wil helemaal niet meer zou bestaan en alles voorbestemd zou zijn. De vrije wil is dus altijd al een begrip geweest waarmee we in verschillende culturen en tijden anders omgingen. We zullen dat nu op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten ook moeten leren doen.'

We zullen daarmee moeten leren omgaan op het moment dat we andere mensen beoordelen in hun macht over zichzelf. Maar dat deden we vóór Libets experimenten ook al, als we bizar en afwijkend gedrag van anderen beoordeelden. De piek die we meten in de hersenen, een halve seconde voor we bewust reageren, is op zich geen beslissing. Beslissingen worden genomen, daden worden gesteld, door hele mensen, met een brein en een lichaam.

'Hoe interpreteer je trouwens het concept van “vrije wil,? Wij zijn organismen met een wil, we kunnen dingen willen, zoals andere organismen trouwens. Maar we zijn net zo min vrij als een glas water dat op tafel staat, onderworpen aan de invloed van alle wetten van de natuur.'

'We veroordelen dan ook geen hersenen, maar mensen met een geschiedenis en een context. De paraatheidspotentiaal is maar een klein, tijdelijk zichtbaar fenomeentje in een heel complex proces, dat kristalliseert uit een gigantische voorgeschiedenis. We zullen dus ook nu nog mensen op hun daden afrekenen, niet op wat we in hun hersenscans vinden.'

'Die scans kunnen wel wijzen op kwetsbaarheden of afwijkingen die we kunnen verrekenen in de manier hoe we ermee willen omgaan. Maakt het veel verschil uit of het de genen, de drank, een moeilijke geboorte, een moeilijke jeugd of veel tv-kijken zijn die iemands gedrag geheel of gedeeltelijk bepalen? Op zich speelt dat geen rol, want we willen in de eerste plaats de samenleving beschermen tegen verder onheil, en een individu voor verder ongeluk. Daartoe zullen we iedere keer weer alle beschikbare informatie moeten afwegen.'

'Uit onderzoek blijkt dat we mensen minder streng beoordelen als hun gedrag kan worden uitgelegd in fysiologische termen dan wanneer we dat in psychologische termen doen. We kunnen dus hooguit milder worden in het beoordelen van ongewenst gedrag. Zoals we ook kinderen niet zo streng beoordelen als volwassenen. Wat we eraan willen doen om dat gedrag verder te voorkomen, is een andere zaak. Maar misschien maakt het onszelf ook lakser en leidt het tot meer bedrog en misdaad, onder het motto: we kunnen er toch niets aan doen. Ook dat lijkt een conclusie te zijn uit psychologisch onderzoek.'

'Verder is het met de vrije wil net als met het bewustzijn. De zogezegde Vrije Wil zweeft niet als een geest boven of achter ons. Er is niets anders dat ons drijft behalve die complexe hoeveelheid interne en externe factoren die door onze hersenen verwerkt worden en die resulteren in gedrag. Dat Zelf heeft trouwens net zo min vaste grenzen. Die verschuiven ook: de grenzen van ons lichaam liggen anders wanneer je bijvoorbeeld met je vinger de tip van een pen voelt tegenover wanneer je voelt hoe de banden van je auto tegen de boordsteen rijden. Het zelf zit niet op een of andere plek in de hersenen, net zo min als de vrije wil.'


Doet al die nieuwe kennis iets af aan de schoonheid van ons leven, de liefde, het geluk en de rest?

'Ik denk veeleer het tegendeel. Je kunt toch heel goed genieten van een gerecht, ook als je weet welke ingrediënten erin zitten en hoe het is klaargemaakt? Ik denk zelfs dat je er dan nog meer van kunt genieten.'


DS, 17-01-2011

Barst
18th January 2011, 18:17
Vrije wil is geen illusie


Als u ergens leest dat het wetenschappelijk bewezen is dat God niet bestaat, of dat vrije wil een illusie is, is dat geen wetenschap, maar de persoonlijke overtuiging van de auteur. STEPHAN CLAES betreurt dat onderzoeksresultaten voor dit soort misleiding worden misbruikt.


Rita Carter schreef een uitstekend populariserend boek over de werking van de hersenen, met als titel Hét brein boek. In De Standaard van 17 januari verscheen daarover een boeiend interview, getiteld ‘De vrije wil is een illusie'. Deze laatste stelling wordt in het artikel onderbouwd met als voornaamste argument de meer dan 20 jaar oude experimenten van Benjamin Libet, die aantonen dat de hersenen zich voorbereiden om een bepaalde actie te ondernemen, vooraleer het individu zich bewust wordt van deze geplande actie. Het besluit dat Carter hieruit trekt, is dan ook treffend in zijn eenvoud: onze acties worden onwillekeurig door de hersenen voorbereid, wij doen dus gewoon wat onze hersenen dicteren, en dus kan van ‘vrije wil' geen sprake zijn.

Deze redenering is een treffend voorbeeld van een voorbarige gevolgtrekking. Het experiment van Libet bewijst niets wat de vrije wil betreft. Het is zeer goed mogelijk dat onze hersenen dingen in gang zetten, dat wij ons pas iets later daarvan bewust worden, en dat we nog altijd vrij zijn om de ingezette actie door te zetten of niet. Mijn hersenen kunnen midden in een concert de aanzet geven om hard te beginnen brullen, maar mijn bewustzijn zal deze actie gelukkig tijdig afblazen.

Het is duidelijk dat de zogenaamde ‘vaststelling' dat de vrije wil een illusie is, tot onhoudbare morele en maatschappelijke consequenties leidt. Met het wegvallen van de vrije wil, verdwijnt ook goed en kwaad. Als ik mijn partner bedrieg, dan is dat gewoon een gevolg van mijn autonoom werkende hersenen, kan ik niks aan doen. Marc Dutroux is dan niet meer schuldig aan zijn wandaden, maar een pechvogel wiens hersenen zo genetisch geprogrammeerd zijn dat hij niet anders kan dan kinderen opsluiten en misbruiken.

Carter begaat hier een fout die tegenwoordig vaak voorkomt. Vanuit wetenschappelijke bevindingen die op zich interessant zijn, springt men voorbarig en dus onterecht naar verregaande algemene conclusies met een hoog levensbeschouwelijk karakter. Populaire wetenschapsschrijvers zoals Richard Dawkins en Stephen Hawking maken zich aan hetzelfde euvel schuldig. Zij doen uitschijnen dat recente wetenschappelijke bevindingen aantonen dat filosofische concepten zoals de vrije wil of het bestaan van God kunnen weerlegd worden. Probleem is niet dat Dawkins en Hawking onderzoeksgegevens in overeenstemming proberen te brengen met hun eigen atheïstische levensbeschouwing, dat is hun goed recht. Probleem is wel dat zij het doen voorkomen alsof atheïsme de enig mogelijke gevolgtrekking is van de wetenschappelijke stand van zaken. Zij maken zich daarmee schuldig aan dezelfde naïviteit als de velen die in de loop van de geschiedenis geprobeerd hebben het bestaan van God te bewijzen vanuit de natuurwetenschappen.

Is de vrije wil een illusie? In het artikel zegt de interviewer, Geerdt Magiels: ‘Dat botst toch met alles wat we over onszelf denken te weten. Jij hebt toch uit vrije wil dit boek geschreven, ik ben hier bewust naartoe gekomen om jou te interviewen.' Dat is zeer juist, en veel relevanter dan enkele experimenten uit de jaren tachtig van de vorige eeuw, die op dit vlak eigenlijk niets bewijzen. Laat wetenschappers alsjeblief onderzoek doen, in plaats van het grote publiek in verwarring te brengen met onwetenschappelijke conclusies die vaak ingegeven zijn door de drang om de eigen levensbeschouwing er door te duwen.

Stephan Claes, hoogleraar psychiatrie aan de KU Leuven


DS, 18-01-2011