PDA

Bekijk de volledige versie : Denkers over denkers 6


Barst
21st August 2010, 14:54
Kwetsbare levens

1. Kaders bepalen in sterke mate wat we kunnen horen, aan welk leed we gevoelig zijn, welke levens als ‘levenswaardige' levens gelden.
2. Oorlogsvoering bouwt een verschil in tussen de bevolkingen die zullen worden herdacht en zij die niet zullen worden herdacht.
3. Seksuele verschillen worden ‘hard' gemaakt door culturele conventies en praktijken.


Van kredietcrisis tot multipolaire geopolitiek: de wereld wordt er bepaald niet minder complex op. Welke denkers kunnen licht in de duisternis brengen? De komende zomerweken leggen we de vraag voor aan slimme mensen van hier. Vandaag legt NADIA FADIL uit waarom u moet kennismaken met Judith Butler.


Hoe komt het dat bepaalde doden ons nauwer aan het hart liggen dan andere doden? Op 11 september 2001 stierven 2.995 mannen en vrouwen door een aanslag die onze eeuwwisseling op ongeziene wijze zou markeren. Wekenlang stroomden onze kranten, tv en radio vol reportages, interviews en getuigenissen met familieleden van nabestaanden en spraken gezagsvoerders zich wereldwijd uit over deze aanval op de ‘vrije wereld'. Niet enkel de slachtoffers van 9/11, ook die van Londen (56 doden) en Madrid (191 doden) kregen een gezicht, en worden intussen regelmatig herdacht.

De gebeurtenissen van 9/11 waren niet enkel een nationale ramp voor de VS, ze leidden ook tot een reeks nieuwe oorlogen en invasies: de ‘war on terror'. Eerst Afghanistan, dan Irak, met naar schatting tussen de 10.000 à 30.000 (Afghanistan) en 150.000 à 600.000 (Irak) slachtoffers. Naar schatting, want over deze doden bestaan geen zekerheden. Ook niet over de doden die onder de opgevoerde repressie van politiestaten (zoals Marokko, Jemen, Egypte) of koloniale mogendheden (zoals Israël) vallen in diezelfde oorlog tegen het terrorisme. Doden die met harde hand worden ontkend, en die pas na een lange en moeizame strijd van vredesbewegingen en actoren uit het middenveld worden erkend. Mondjesmaat, druppelsgewijs, en vooral met veel tegenzin.

In haar prangende boeken Precarious Life en Frames of War gaat de Amerikaanse filosofe Judith Butler in op de hedendaagse oorlogsvoering. Ze verkent onder meer de vraag waarom wij niet evenveel verontwaardiging, aversie of woede aan de dag kunnen leggen ten aanzien van de doden in Afghanistan, of Irak als die in New York. Wat Butler hier interesseert, is niet aantonen dat er twee maten en twee gewichten gehanteerd worden in onze internationale politiek. Ze wil ook niet de selectiviteit van onze morele verontwaardiging aan de kaak stellen. Ze wil eerder de selectieve morele verontwaardiging doorgronden, en begrijpen waarop deze gestoeld is.

Haar antwoord is eenvoudig, maar daarom niet minder radicaal. De reden dat doden op een selectieve wijze worden herdacht, is omdat niet alle levens dezelfde ‘levenswaarde' toebedeeld krijgen. Om dit te begrijpen verwijst ze naar de kaders of ‘frames' (zoals de media) die ons helpen een conflict te begrijpen, en hiermee ook onze blik structureren. Deze kaders bepalen in grote maten wat we te zien krijgen, welke slachtoffers een naam krijgen en waarmee we ons kunnen identificeren, en welke louter tot een getal worden herleid. Herinner u de wanhopige pogingen van de 9/11-vliegtuigpassagiers om in contact te treden met hun familie via sms of voicemail. Of de minuten van rouw voor de slachtoffers in New York, Londen of Madrid.

Volgens Butler doen zulke kaders meer dan onze kijk over een bepaalde kwestie beïnvloeden. Ze bepalen ook ons ‘mededogen' voor een bepaald leed. Voor sommige doden, zoals die in Afghanistan, blijven we quasi ongevoelig. Niet alleen omdat ze vanuit een kille cijfermatige afstandelijkheid worden benaderd, maar ook — en vooral — omdat deze levens voor ons nooit écht hebben bestaan. Althans niet als ‘levenswaardige' levens.

Een rode draad doorheen het werk van Judith Butler is de rol van culturele kaders, taal en discours in de wijze waarop we ons tot de ons omringende wereld verhouden. De filosofe van het prestigieuze University of California Berkeley bereikte naam en faam met haar in 1990 gepubliceerde boek Gender Trouble. Dit werk betekende een doorbraak in het gebied van de genderstudies en maakte haar tot een van de meest invloedrijke filosofen van de laatste twintig jaar.

In Gender Trouble ontwikkelt Butler de stelling dat niet enkel de rolpatronen tussen man en vrouw (gender) het product zijn van cultuur, maar ook de geslachtsverschillen (sekse) die wij als ‘natuurlijk' achten. Het onderscheid tussen ‘mannen' en ‘vrouwen' is immers veel vager dan gedacht, zowel lichamelijk als sociaal. Alleen worden via allerhande sociale, culturele en lichamelijke ingrepen de ingebeelde stabiele genderidentiteiten strak gescheiden gehouden. Een illuster voorbeeld vinden we in de controverse rond Caster Semenya, de Zuid-Afrikaanse olympisch kampioene die vorig jaar aan een gendertest werd onderworpen omdat ze ‘te mannelijk' bleek volgens sommige concurrenten. Andere voorbeelden zijn de chirurgische ingrepen bij seksueel ambigue kinderen of volwassenen die hun ‘geslachtsafwijkingen' moeten helpen ‘corrigeren'.

Judith Butler staat ver van het model van de filosoof die zich in haar ivoren toren verschuilt om de wereld vanuit de universiteit met een veilige afstandelijkheid te contempleren. De kennis die ze produceert, hoewel niet altijd even makkelijk verteerbaar, is nauw verbonden met haar ervaringen als lesbische, als vrouw, als joodse. Zo is ze vandaag een van de meest gehoorde joods-Amerikaanse stemmen rond het Israëlisch-Palestijnse conflict, en weidt ze uitvoerig uit over het (Amerikaanse) onvermogen het Palestijns leed te horen of zien. Ook in de LGBT-beweging (lesbisch, gay, biseksueel en transgender) is ze tot een icoon uitgegroeid, hoewel ze bijzonder kritisch staat tegenover het bondgenootschap van deze bewegingen met het racisme dat migrantenjongeren in West-Europa viseert. In het kader hiervan weigerde ze dit jaar tijdens de Pride in Duitsland de Courage Civil Prize, en gaf ze die door aan een aantal Berlijnse holebi-migrantenorganisaties.

Judith Butlers stellingnames getuigen van een politieke en intellectuele moed die slechts weinige hedendaagse denkers kenmerkt. Stellingnames die grondig afwijken van de platgetreden paden en zich niet tot het voorgeschrevene beperken, maar eerder op zoek gaan naar nieuwe vormen van solidariteit, nieuwe vormen van zijn, die ons kunnen helpen de huidige antagonismen te overstijgen.

Nadia Fadil is sociologe aan de KU Leuven.


DS, 14-08-2010 (Wim Daneels)