PDA

Bekijk de volledige versie : "Reynders laat geredde banken ongemoeid in belastingparadijzen"


Barst
24th February 2010, 03:14
"Reynders laat geredde banken ongemoeid in belastingparadijzen"


BNP Paribas, KBC en Dexia zijn een jaar na hun redding door de overheid nog steeds actief in belastingparadijzen. De drie banken hebben tientallen dochterondernemingen, fondsen en trusts op de Kaaimaneilanden, Jersey en in Bermuda. Dat blijkt uit een onderzoek dat woensdag in het maandblad MO* verschijnt onder de titel "Reynders spot met het parlement".


Tegelijk met het artikel verschijnt op de website van MO* de documentaire 'Zwijggeld', die volgens een persmededeling van MO de "lakse houding" van de federale overheid in de geredde banken op de korrel neemt.


Reynders

Berber Verpoest en Mathias Bienstman deden voor MO* zes maanden lang onderzoek naar de rol van de overheid in BNP Paribas, KBC en Dexia. Daaruit zou blijken dat minister van Financiën Didier Reynders de macht die samengaat met de overheidsinterventie van 20 miljard euro, stevig in handen heeft en getrouwen plaatste bij de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij (FPIM) en in de raden van bestuur van de drie banken. Maar wat de overheidsbestuurders doen, is echter onduidelijk. Documenten daarover zijn niet publiek. Minister Reynders antwoordt nietszeggend op parlementaire vragen hierover, aldus MO*.


Zwarte lijst

Het onderzoek van het maandblad bracht aan het licht dat de banken samen voor 372 miljoen euro investeren in zeven ondernemingen die op een zwarte lijst van de Noorse regering staan. De bedrijven begingen zware inbreuken op de milieunormen en op de mensenrechten. De overheidsbestuurders, de FPIM noch minister Reynders wilden reageren op de onderzoeksbevindingen, zo staat nog in de mededeling.


Blog HLN, 24/02/10 (belga/kh)

Barst
24th February 2010, 03:56
"Quousque tandem abutere, Reynders, patientia nostra"! :faint:
Net zoals bij de VRT-reportage (Panorama) over de malversaties bij Financiën vindt de hoogedelgeleerde minister het zelfs niet nodig om zich hierover ook maar enigszins te verantwoorden... :mad:
En ik kan er nog niet eens TEGEN stemmen... lang leve de (federale) democratie! MET uitdrukkelijk dank aan CD&V en VLD voor hun onvoorwaardelijke steun aan deze schabouweljke schertsfiguur. :clap:
Of hoezeer alle weldenkendheid - om nog maar te zwijgen van elk perspectief op sociale rechtvaardigheid - het eens te meer moet afleggen aan het vastklampen aan de macht! :hbomb:
Dit is echt niet min noch meer om helemaal moedeloos van te worden... :(
Ik word elke dag toleranter ten aanzien van communautaire scherpslijpers die hiermee garen menen te kunnen spinnen (anders gezegd: mijn argumenten om ze te kunnen overtuigen van het tegendeel, geraken middels deze malloot compleet UITGEPUT!)!! :down:

Barst
3rd March 2010, 03:39
Els Schelfhout vindt Reynders 'arrogant'


Didier Reynders (MR) is een arroganterik. Deze keer is het CD&V-senator Els Schelfhout die dat zegt. Ze is niet de enige.


Reynders werd geacht als minister van Financiën uitleg te geven over het standpunt dat ons land inneemt in de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Schelfhout vindt het niet meer dan normaal dat Reynders haar antwoordt op die schriftelijke vraag. 'Zo staat het in een resolutie van de senaat die we indertijd unaniem hebben goedgekeurd. Ook de partijgenoten van Reynders.'

Maar Didier Reynders stoort zich daar niet aan. Hij vindt dat hij het recht heeft om die resolutie naast zich neer te leggen en de senaat niét in te lichten over de houding van België in de Wereldbank en het IMF. Hij schrijft: 'Een resolutie is een aanbeveling en heeft geen dwingend karakter. Het komt de regering toe om te beoordelen of het opportuun is in te gaan op zulke aanbeveling.' En in dit geval was zijn oordeel duidelijk: neen.


Bevoegdheid overhevelen

Hij weigerde dus te antwoorden. Els Schelfhout is daar behoorlijk boos over. 'Dit is arrogant. Didier Reynders is van slechte wil', zegt ze. 'Hij stelt zich vragen over de relevantie van de opgevraagde gegevens. Me dunkt is dat het recht van het parlement om dat te doen. We hebben de taak de regering te controleren. Reynders maakt dat door zijn houding onmogelijk.'

Schelfhout zal nu een verslag vragen van alle ingenomen standpunten van ons land, per specifiek partnerland en voor Afrika in het algemeen. En omdat Reynders het blijkbaar te druk heeft, pleit ze ervoor om zijn bevoegdheid voor de Wereldbank over te hevelen naar de minister van Ontwikkelingssamenwerking, zijn partijgenoot Charles Michel.

Senator Schelfhout hoopt dat dat het gezond verstand snel zal terugkeren bij Didier Reynders. 'Ik hoop dat ik geen beroep moet doen op (haar partijgenoot) premier Leterme en dat Reynders alsnog zal inzien dat hij maar beter wél antwoordt op mijn vragen.'


Koning van de ontkenning

Reynders zelf is zich van geen kwaad bewust. Zijn woordvoerder hoort het in Keulen donderen. 'Is de minister arrogant geweest? Waar? Wanneer? Daar weet ik niets van.' Over de grond van de zaak kon hij niets zeggen, meldde hij.

Het is niet de eerste keer dat Didier Reynders een eigengereide houding wordt verweten. Zowel als voorzitter van MR als als vice-premier en minister van Financiën is hij een koning in het ontkennen van problemen. Toen een journalist van het VRT-programma Panorama hem onlangs enkele vragen wilde stellen over de stroeve gang van zaken bij het ministerie van Financiën, kreeg hij toegesnauwd 'dat hij hem moest gerust laten'.


Blog DS, 03-03-2010

Barst
20th March 2010, 04:24
Plan-Reynders versterkt bankgeheim


Het voorstel van minister van Financiën Didier Reynders en staatssecretaris Bernard Clerfayt om het bankgeheim te versoepelen komt in de praktijk eigenlijk neer op een verstrenging.


De minister van Financiën, Didier Reynders (MR), en zijn staatssecretaris voor Fraudebestrijding, Bernard Clerfayt (FDF), legden gisteren een plan op tafel in de bevoegde kamercommissie. In een interview met Le Soir, die het plan vooraf mocht inkijken, benadrukken Reynders en Clerfayt dat de fiscus voortaan zelf de bevoegdheid zal hebben om het bankgeheim op te heffen en daarvoor niet meer langs het parket of de onderzoeksrechter moet passeren.

Merkwaardig, want de fiscus heeft die bevoegdheid nu al. Topman Frank Philipsen van de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) bevestigde ons gisteren formeel dat een handtekening van de gewestelijke directeur van de fiscale administratie volstaat om het bankgeheim op te heffen. Ook fiscalist Koen Janssens van Kluwer verwijst prompt naar artikel 318 van het Wetboek Inkomstenbelasting dat de fiscus die bevoegdheid geeft.

Toch legden verscheidene leden van de kamercommissie gisteren in hun commentaar de nadruk op die ‘nieuwe' rechtstreekse bevoegdheid. Zij moesten het overigens met een mondelinge toelichting doen van het artikel in Le Soir, want Reynders en Clerfayt hadden niets op papier staan.


Wat is de situatie nu?

Het bankgeheim stelt in ons land nu al niet echt veel voor. Om te beginnen geldt het alleen voor particulieren en dan nog enkel voor de inkomstenbelasting. Wie met de btw sjoemelt of successierechten ontduikt, kan zich er niet achter verschuilen.

Bovendien geldt het bankgeheim alleen voor de bepaling – de ‘vestiging' – van de inkomstenbelasting, niet voor het ontvangen ervan. Als de fiscus het te betalen bedrag heeft vastgelegd, en de belastingplichtige zegt dat hij niet in staat is om te betalen, kan de ontvanger zonder meer de bankgegevens opvragen om na te gaan of die bewering correct is.

En er zijn uitzonderingen. Als de fiscus over concrete elementen beschikt die ‘het bestaan of de voorbereiding van een mechanisme van belastingontduiking kunnen doen vermoeden' vervalt het bankgeheim.

Als de fiscus bijvoorbeeld een circuit van georganiseerde fraude op het spoor komt dat een bank voor haar klanten heeft opgezet via Luxemburg – we zeggen zomaar wat – dan kunnen die klanten zich (uiteraard) niet beroepen op het bankgeheim.

Enkele jaren geleden bleek ook dat het gerecht Bancontact niet als een bank beschouwt. Gegevens die door die organisatie worden bijgehouden, vallen dus niet onder het bankgeheim.

Ten slotte geldt het bankgeheim evenmin voor heel wat buitenlanders die in ons land een rekening hebben. Met de Amerikaanse fiscus bijvoorbeeld is overeengekomen dat bankgegevens van niet-Belgen – dus niet enkel Amerikanen – op eenvoudig verzoek worden doorgespeeld.

Maar dat het bankgeheim niet vaak wordt opgeheven, blijkt uit de statistieken. In 2008, het laatste jaar waarvoor gegevens beschikbaar zijn, gebeurde het maar 86 keer. En als het opgeheven wordt, is dat enkel voor de rekeningen waarvan de fiscus het nummer heeft opgegeven, niet voor eventuele andere rekeningen.


Wat zou er veranderen?

Bij Reynders en Clerfayt wordt de drempel die de fiscus moet nemen om het bankgeheim te kunnen opheffen, aangepast. Zij spreken van ‘concrete, ernstige en verifieerbare aanwijzingen van fraude'. Als de administratie tot die bevindingen komt, krijgt de belastingplichtige de vraag om zijn bankuittreksels voor een bepaalde periode voor te leggen.

Doet hij dat niet binnen de maand, dan geeft de inspecteur het dossier door aan de gewestelijke directeur die het advies vraagt van de pas opgerichte bemiddelingsdienst. De verplichting om advies te vragen bestaat nu niet.

Die dienst krijgt dan op zijn beurt drie maanden om te beslissen of er voldoende grond is om het bankgeheim op te heffen.

Als het advies positief is, krijgt de belastingplichtige opnieuw een maand om zijn fiscaal doopceel te lichten. Doet hij dat niet, dan stapt de fiscus rechtstreeks naar de bank.

De belastingplichtige kan echter op dat ogenblik ook kiezen voor regularisatie. Hij betaalt dan een boete, en daarmee is de kous af. Het bankgeheim mag dan niet worden opgeheven. Dat kan nu niet. Zodra een onderzoek begonnen is, kan de belastingplichtige geen regularisatie meer aanvragen.

Als het bankgeheim wordt opgeheven, geldt dat wel voor alle rekeningen van de betrokkene, niet enkel voor die waarvan de nummers expliciet worden vermeld.


Is dit een versoepelingvan het bankgeheim?

Kamerlid Dirk Van der Maelen (SP.A) vindt van niet. Integendeel. ‘Dit is een stap achteruit.'

Hij vindt de definitie die Reynders en Clerfayt geven aan fraude, veel strenger dan de huidige.

In het verplichte advies van de bemiddelingsdienst ziet hij niet meer dan een overbodige filter, een vertraging van de procedure, vooral omdat de dienst daarvoor niet werd opgericht.

Het lijkt inderdaad moeilijk om in het voorstel van Reynders ergens een versoepeling van het bankgeheim te ontwaren.

De rechtstreekse bevoegdheid waarmee Reynders en Clerfayt zwaaien, heeft de fiscus nu al. En de andere maatregelen, met uitzondering van de verplichting voor de bank om bij een opheffing meteen alle rekeningen vrij te geven, bemoeilijken gewoon de opheffing van het bankgeheim.

En dat regularisatie nog kan, zelfs als al een onderzoek bezig is, is al helemaal een cadeau.


DS, 20-03-2010 (Luc Coppens)