Barst
17th November 2009, 03:28
Rechters zouden het beter moeten weten
BRUSSEL - 'Als advocaat denk ik vaak: heeft de rechter het wel begrepen? Luistert hij wel? Want hij heeft het dossier vaak niet op voorhand gelezen en specialist in de materie is hij allerminst.'
'Ik was advocaat in een bouwzaak, er mankeerde van alles aan de nieuwbouw. Onder meer het kijkgat in de voordeur, dat onderaan in plaats van bovenaan in de deur was gemaakt. Zegt die rechter: “Draai die deur dan toch gewoon om,. Iemand die ook maar een klein beetje verstand van bouwzaken heeft, weet dat je een voordeur niet zomaar omdraait natuurlijk.' Advocaat Guido Wuyts, gespecialiseerd in bouwzaken, haalt het voorbeeld aan als illustratie van hoe weinig de meeste rechters afweten van bouwzaken.
Onze maatschappij is er steeds ingewikkelder op geworden. Heel wat advocaten hebben zich in de loop der jaren gespecialiseerd. 'Van de 250 advocaten aan de balie van Turnhout zijn er maar een tiental die zoals ik alleen maar bouwzaken doen', zegt Wuyts. Maar de magistratuur is veel minder ver gegaan in die specialisatie. Met als gevolg dat advocaten geconfronteerd worden met rechters die minder van de materie afweten dan zij.
'Ik ga vaak met een benepen hart naar de rechtbank: hoe ga ik dat nu weer uitleggen? Hoe moet ik het overbrengen?', zegt Wuyts. Hetzelfde gevoel heeft advocate Karin Ottelohe, gespecialiseerd in intellectuele rechten.
'Je moet als advocaat eerst lesgeven aan de magistraat van dienst, het abc van de materie uitleggen. Als je dan eindelijk aan je argumenten komt, is de rechter zijn aandacht mogelijkerwijs al verslapt en loop je het risico dat hij niet meer aandachtig luistert. De magistraat zou slimmer en beter moeten zijn dan de advocaat. Waarom leggen we anders ons probleem aan derden voor? Maar in België is dat niet zo. Hoe kun je nu een hoog kwalitatieve rechtspraak krijgen als de magistraten de wetten en de materie niet door en door kennen? Dat is heel frustrerend.'
'Bouwzaken is een erg technische materie, er komen vaak experts aan te pas. Veel rechters hebben die technische achtergrond niet en zijn er ook niet in geïnteresseerd', legt Wuyts uit. 'In kleine rechtbanken zie je vaak dat geen enkele rechter echt gespecialiseerd is in die materie.In sommige rechtbanken heb je een bouwkamer, maar ook die rechters hebben vaak niet de nodige kennis en roteren te snel om de kennis te verwerven.'
Het gebrek aan kennis bij de rechters leidt tot onrechtvaardigheden. Ottelohe: 'Als een magistraat weinig van een materie afweet en een van de partijen heeft een advocaat van een gereputeerd advocatenkantoor, dan denkt de rechter: “Die zal wel gelijk hebben,.'
Het leidt ook tot vermijdbare vorderingen tot nietigverklaring. 'Een advocaat kan beslag laten leggen op een partij goederen als het vermoeden bestaat dat de goederen namaak zijn. Zo'n beslag gebeurt in aanwezigheid van een gerechtsdeskundige en een deurwaarder. De rechter kan aan de advocaat de toestemming geven om mee te gaan, maar hij moet dat wel motiveren. Maar de rechter doet dat vaak niet, omdat hij de wet niet kent. Gevolg: de tegenpartij vordert de nietigheid van het deskundigenverslag omdat de advocaat aanwezig was terwijl dat niet bijzonder gemotiveerd was. Dan denk ik: waarom doen die rechters hun werk niet? Maar over zo'n beslag mag alleen beslist worden door de rechtbankvoorzitter. En die heeft nog wel heel wat procedures over andere materies te behandelen.'
Het leidt bovendien tot onnodige beroepsprocedures. 'Sommige onderdelen van de materie intellectuele rechten zijn heel technisch en ingewikkeld. Bijvoorbeeld octrooirecht. Er zijn pogingen geweest om alleen de rechtbank van Brussel hiervoor bevoegd te maken, maar dat is uiteindelijk niet doorgegaan. Bij octrooirecht zijn begrippen als nieuwheid en inventiviteit heel belangrijk. Dan vraag ik aan de rechter: “Moet ik het begrip nieuwheid nog uitleggen?, Als hij antwoordt: “Licht het nog maar eens toe,, dan weet ik al hoe laat het is. Als je dan een rechter hebt die slim is en de moeite wil doen om zich in de materie echt in te werken kun je alsnog een goed vonnis krijgen. Maar als dat niet zo is, dan ben je gezien. Dan moet je hoe dan ook in beroep, wat de klant veel geld kost.'
Wuyts en Ottelohe pleiten alletwee voor meer specialisatie: minder gerechtelijke arrondissementen, minder rechtbanken die bevoegd zijn, meer specialisatie van de rechter. 'Sinds eind 2007 zijn er in België maar vijf arrondissementen meer die bevoegd zijn voor intellectuele rechten: Gent, Antwerpen, Brussel, Luik en Bergen', zegt Ottelohe. 'De beperking van het aantal rechtbanken is nog geen garantie dat de behandeling van de zaak beter gebeurt, omdat de rechters alsnog niet gespecialiseerd genoeg zijn. In Nederland is voor octrooirecht één rechtbank bevoegd: Den Haag. Die mensen zijn heel goed, die kun je niets wijsmaken. Maar zij zijn ook altijd op de bijscholingen waar ik als advocaat ook naartoe ga, zij discussiëren mee, houden zelfs lezingen. Belgische magistraten kom ik bijna niet tegen.'
'We hebben niet alleen meer specialisatie nodig maar ook een actieve rechter, die de zaak veel meer zelf in handen neemt en die met de experts mee ter plekke gaat', zegt Wuyts. 'Nu kom je op de zitting en heeft de rechter het dossier meestal niet op voorhand gelezen en worden er nauwelijks vragen gesteld. Een argument dat je als advocaat niet hebt uitgewerkt, kan dan plotseling het sleutelargument in het vonnis worden. In het Antwerpse hof van beroep, waar je wel twee aparte bouwkamers hebt, zetelt een raadsheer die de materie al jaren doet. Hij heeft artikels over die materie gepubliceerd, is erg bekwaam. Hij leest het dossier op voorhand, maakt op de zitting een korte samenvatting van het vonnis van eerste aanleg en de argumentatie en stelt dan enkele gerichte vragen. Dan krijg je een kwalitatieve rechtspraak waar je als advocaat wat aan hebt.'
Blog DS, 17-11-2009
BRUSSEL - 'Als advocaat denk ik vaak: heeft de rechter het wel begrepen? Luistert hij wel? Want hij heeft het dossier vaak niet op voorhand gelezen en specialist in de materie is hij allerminst.'
'Ik was advocaat in een bouwzaak, er mankeerde van alles aan de nieuwbouw. Onder meer het kijkgat in de voordeur, dat onderaan in plaats van bovenaan in de deur was gemaakt. Zegt die rechter: “Draai die deur dan toch gewoon om,. Iemand die ook maar een klein beetje verstand van bouwzaken heeft, weet dat je een voordeur niet zomaar omdraait natuurlijk.' Advocaat Guido Wuyts, gespecialiseerd in bouwzaken, haalt het voorbeeld aan als illustratie van hoe weinig de meeste rechters afweten van bouwzaken.
Onze maatschappij is er steeds ingewikkelder op geworden. Heel wat advocaten hebben zich in de loop der jaren gespecialiseerd. 'Van de 250 advocaten aan de balie van Turnhout zijn er maar een tiental die zoals ik alleen maar bouwzaken doen', zegt Wuyts. Maar de magistratuur is veel minder ver gegaan in die specialisatie. Met als gevolg dat advocaten geconfronteerd worden met rechters die minder van de materie afweten dan zij.
'Ik ga vaak met een benepen hart naar de rechtbank: hoe ga ik dat nu weer uitleggen? Hoe moet ik het overbrengen?', zegt Wuyts. Hetzelfde gevoel heeft advocate Karin Ottelohe, gespecialiseerd in intellectuele rechten.
'Je moet als advocaat eerst lesgeven aan de magistraat van dienst, het abc van de materie uitleggen. Als je dan eindelijk aan je argumenten komt, is de rechter zijn aandacht mogelijkerwijs al verslapt en loop je het risico dat hij niet meer aandachtig luistert. De magistraat zou slimmer en beter moeten zijn dan de advocaat. Waarom leggen we anders ons probleem aan derden voor? Maar in België is dat niet zo. Hoe kun je nu een hoog kwalitatieve rechtspraak krijgen als de magistraten de wetten en de materie niet door en door kennen? Dat is heel frustrerend.'
'Bouwzaken is een erg technische materie, er komen vaak experts aan te pas. Veel rechters hebben die technische achtergrond niet en zijn er ook niet in geïnteresseerd', legt Wuyts uit. 'In kleine rechtbanken zie je vaak dat geen enkele rechter echt gespecialiseerd is in die materie.In sommige rechtbanken heb je een bouwkamer, maar ook die rechters hebben vaak niet de nodige kennis en roteren te snel om de kennis te verwerven.'
Het gebrek aan kennis bij de rechters leidt tot onrechtvaardigheden. Ottelohe: 'Als een magistraat weinig van een materie afweet en een van de partijen heeft een advocaat van een gereputeerd advocatenkantoor, dan denkt de rechter: “Die zal wel gelijk hebben,.'
Het leidt ook tot vermijdbare vorderingen tot nietigverklaring. 'Een advocaat kan beslag laten leggen op een partij goederen als het vermoeden bestaat dat de goederen namaak zijn. Zo'n beslag gebeurt in aanwezigheid van een gerechtsdeskundige en een deurwaarder. De rechter kan aan de advocaat de toestemming geven om mee te gaan, maar hij moet dat wel motiveren. Maar de rechter doet dat vaak niet, omdat hij de wet niet kent. Gevolg: de tegenpartij vordert de nietigheid van het deskundigenverslag omdat de advocaat aanwezig was terwijl dat niet bijzonder gemotiveerd was. Dan denk ik: waarom doen die rechters hun werk niet? Maar over zo'n beslag mag alleen beslist worden door de rechtbankvoorzitter. En die heeft nog wel heel wat procedures over andere materies te behandelen.'
Het leidt bovendien tot onnodige beroepsprocedures. 'Sommige onderdelen van de materie intellectuele rechten zijn heel technisch en ingewikkeld. Bijvoorbeeld octrooirecht. Er zijn pogingen geweest om alleen de rechtbank van Brussel hiervoor bevoegd te maken, maar dat is uiteindelijk niet doorgegaan. Bij octrooirecht zijn begrippen als nieuwheid en inventiviteit heel belangrijk. Dan vraag ik aan de rechter: “Moet ik het begrip nieuwheid nog uitleggen?, Als hij antwoordt: “Licht het nog maar eens toe,, dan weet ik al hoe laat het is. Als je dan een rechter hebt die slim is en de moeite wil doen om zich in de materie echt in te werken kun je alsnog een goed vonnis krijgen. Maar als dat niet zo is, dan ben je gezien. Dan moet je hoe dan ook in beroep, wat de klant veel geld kost.'
Wuyts en Ottelohe pleiten alletwee voor meer specialisatie: minder gerechtelijke arrondissementen, minder rechtbanken die bevoegd zijn, meer specialisatie van de rechter. 'Sinds eind 2007 zijn er in België maar vijf arrondissementen meer die bevoegd zijn voor intellectuele rechten: Gent, Antwerpen, Brussel, Luik en Bergen', zegt Ottelohe. 'De beperking van het aantal rechtbanken is nog geen garantie dat de behandeling van de zaak beter gebeurt, omdat de rechters alsnog niet gespecialiseerd genoeg zijn. In Nederland is voor octrooirecht één rechtbank bevoegd: Den Haag. Die mensen zijn heel goed, die kun je niets wijsmaken. Maar zij zijn ook altijd op de bijscholingen waar ik als advocaat ook naartoe ga, zij discussiëren mee, houden zelfs lezingen. Belgische magistraten kom ik bijna niet tegen.'
'We hebben niet alleen meer specialisatie nodig maar ook een actieve rechter, die de zaak veel meer zelf in handen neemt en die met de experts mee ter plekke gaat', zegt Wuyts. 'Nu kom je op de zitting en heeft de rechter het dossier meestal niet op voorhand gelezen en worden er nauwelijks vragen gesteld. Een argument dat je als advocaat niet hebt uitgewerkt, kan dan plotseling het sleutelargument in het vonnis worden. In het Antwerpse hof van beroep, waar je wel twee aparte bouwkamers hebt, zetelt een raadsheer die de materie al jaren doet. Hij heeft artikels over die materie gepubliceerd, is erg bekwaam. Hij leest het dossier op voorhand, maakt op de zitting een korte samenvatting van het vonnis van eerste aanleg en de argumentatie en stelt dan enkele gerichte vragen. Dan krijg je een kwalitatieve rechtspraak waar je als advocaat wat aan hebt.'
Blog DS, 17-11-2009