PDA

Bekijk de volledige versie : Hoe het Joodse volk werd uitgevonden


Barst
3rd October 2009, 16:01
Hoe het Joodse volk werd uitgevonden

Shlomo Sand, ‘Comment le peuple juif fut inventé', Éditions Fayard, 2008 / ‘The invention of the Jewish people', Verso Book, 2009.


Controverse verzekerd. De Joodse historicus Shlomo Sand haalt het stichtingsverhaal van het Joodse volk onderuit. Er was geen exodus en geen diaspora, en dus is de terugkeer naar het Beloofde land op een mythe gebaseerd, schrijft Sand. Maar zijn boodschap is vooral politiek. ‘Israël moet absoluut zijn identiteitspolitiek wijzigen.'


Ooit gehoord van de Khazaren? Op een recent seminarie van het Studiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (SOMA) in Brussel zorgde dat verdwenen vroeg-middeleeuwse koninkrijk in de Kaukasus voor hoog oplopende emoties. In de achtste eeuw bekeerden de Khazaren zich tot het jodendom. Hun machtige rijk strekte zich toen uit over Zuid-Rusland, West-Kazachstan, Oost-Oekraïne en Azerbeidzjan. Na de ineenstorting van het koninkrijk zouden de Khazaren zich in alle windrichtingen, tot in Oost-Europa, hebben verspreid. Daar zouden ze aan de oorsprong liggen van de grote Joodse gemeenschappen in onder meer Polen en Duitsland. ‘De zionistische geschiedschrijving beweert dat de Jiddische cultuur in Oost-Europa gegroeid is uit een kleine Joodse gemeenschap in Duitsland, die na de ballingschap uit Judea, in 70 na Christus, via Rome in de streek van Mainz is terechtgekomen', vertelt de Israëlische historicus Shlomo Sand van de universiteit van Tel Aviv aan zijn toehoorders. ‘In werkelijkheid stammen de miljoenen Joden die begin 19de eeuw in Oost-Europa leefden, af van Slavische en Turkse Khazaren, die zich op een bepaald moment tot het jodendom hebben bekeerd.'

Prompt ontbrandt een hard debat met linguïstische, demografische en statistische argumenten pro en contra Sands these. De heftigheid van de discussie verbaast. In een gesprek achteraf legt Sand, wiens controversiële boek Comment le peuple juif fut inventé de bestsellerlijsten in Israël en Frankijk haalde, uit waarom zijn studie zo gevoelig ligt.

‘Alle kinderen in Israël krijgen vanaf de lagere school in de geschiedenisles te horen dat het Joodse volk in het jaar 70 na Christus door de Romeinse keizer Titus uit Israël is verdreven en zich in diaspora over Europa heeft verspreid. Ze lezen met andere woorden de Bijbel alsof het een geschiedenisboek is, zelfs in het seculiere onderwijs. En vermits Israël het land van herkomst is, zo leerden we allemaal, is het ook dat van thuiskomst voor het Joodse volk.'

‘Alle Joden zijn van die gemeenschappelijke afstamming doordrongen. Zelfs ik, die me gespecialiseerd had in hedendaagse cultuurgeschiedenis, was er jaren van overtuigd dat de exodus en de diaspora echt gebeurd waren. Tot een archeoloog me vertelde dat er nooit een verbanning had plaatsgevonden. Des te verbazingwekkender vond ik dat alle historici van de oude geschiedenis wisten dat dit verhaal een mythe is. Terwijl de hele bevolking ervan overtuigd is dat het wel waar is. De ballingschap staat zelfs op onze bankbiljetten vermeld.'


Waar komen de miljoenen Joden in de diaspora dan wel vandaan?

‘Plaatselijke bekeringen. Niet de Judeërs hebben zich verspreid, maar hun geloof. Gewoonlijk vertelt men dat het jodendom geen bekeringsijver kent, maar tijdens de oudheid was er wel Joods proselitisme. Alle klassieke auteurs bevestigen dat er massabekeringen tot het jodendom plaatsvonden. Zo zijn de Joden in Noord-Afrika afstammelingen van bekeerde Berbers. Trouwens, een van de laatste Berberstammen die zich verzetten tegen de oprukkende islam, was die van een Joodse Berberkoningin, Dahia al-Kahina. De Spaanse Joden stammen dan weer af van Joodse bekeerlingen in het Moorse invasieleger en de Oost-Europese Joden van de bekeerde Khazaren. Maar op een bepaald moment heeft de Joodse bekeringsijver de duimen moeten leggen voor de concurrerende religies, het christendom en later de islam. Verspreid over Europa hebben de plaatselijks Joodse gemeenschappen zich dan op zichzelf teruggeplooid. Wat ze gemeen hadden, was hun religie. Maar niet hun afstamming.'


U vertelt niets nieuws, zeggen uw critici. Elk volk heeft zijn stichtingsmythes. Maar de meeste Fransen weten wel dat ze niet van Clovis afstammen, zoals elke Belg met enig gezond verstand weet dat hij wellicht niet van ‘de dappersten aller Galliërs' afstamt. Zuivere volken bestaan nu eenmaal niet.

‘Klopt, en gelukkig maar, want alle nationalistische stichtingsmythes zijn gevaarlijk als ze een volk zo exclusief definiëren dat het anderen uitsluit. Maar aan mijn universiteit, in Tel Aviv, zijn wetenschappers intussen wel op zoek naar het “Joodse gen”, het gemeenschappelijke DNA van alle Joden ter wereld. Zulk onderzoek wordt gefinancierd door Joodse miljonairs, die willen bewijzen dat alle Joden rechtstreeks van koning David afstammen. Dat soort onderzoek lijkt trouwens sterk op de racistische fysieke antropologie, waarop het nazistische antisemitisme zich baseerde.'

‘Het zionisme wil de mythe van het Joodse natie-volk in ballingschap in stand houden, omdat de exodus het ideologische fundament vormt voor het recht op terugkeer naar het Beloofde Land, en dus voor de stichting van de Joodse staat Israël. Het gevolg van die nationalistische ideologie is dat Israël toebehoort aan alle Joden ter wereld, maar niet aan de niet-Joden, die al generaties lang in het land wonen. Nochtans is het veel waarschijnlijker dat een Hamas-militant in Gaza genealogisch afstamt van een Jood uit de eerste eeuw na Christus dan dat een Joodse immigrant uit Rusland dat doet.'


Als het Joodse volk is uitgevonden, beweert u dan dat het niet bestaat?

‘Sinds iemand de auto uitvond, rijden er auto's rond. Zo is ook het zionisme er daadwerkelijk in geslaagd in Israël een volk te creëren, met alle kenmerken van een volk, waaronder de belangrijke, bruisende Joodse cultuur in Israël.'

‘Maar daarvoor bestond er geen Joods volk, alleen een Joods geloof. Wat de Joodse gemeenschappen verspreid over Europa gemeen hadden, was niet afstamming, taal, etniciteit of een gemeenschappelijke cultuur, maar hun religie. Naarmate vanaf de 19de eeuw de Joden seculariseerden, verdween die gemeenschappelijke band. Voor het eerst in de geschiedenis hield de Jood op om Jood te zijn. Hij wilde op de eerste plaats Fransman of Duitser zijn. In die mate zelfs dat de Joden tijdens de Eerste Wereldoorlog elkaar uitmoordden uit Frans of Duits nationalisme.'

‘Het zijn de romantische zionistische historici van de 19de eeuw die van die seculiere Joden, die nog heel weinig gemeen hadden, een volk probeerden te smeden door voor hen een gemeenschappelijke geschiedenis en afstamming te creëren, met daaraan gekoppeld het recht op terugkeer naar de eigen staat, Israël.'


Als vandaag wereldwijd dertien miljoen mensen zich als Jood definiëren, dan is dat geen creatie, maar een realiteit.

‘Maar die dertien miljoen mensen spreken nog altijd niet dezelfde taal, ze hebben niet dezelfde cultuur en hebben zelfs niet langer dezelfde religie, want veel Joden zijn niet-religieus. Daarom erken ik geen internationaal Joods volk. Het zionisme, daarentegen, kan door hen allemaal toch als volk te definiëren, ook aanspraak maken op een land voor alle Joden.'


U geeft veel gewicht aan die zionistische geschiedschrijving. Maar wat een volk meer bindt dan de vermeende stichtingsmythes is de gedeelde herinnering, en in het Joodse geval is die pijnlijk reëel; tweeduizend jaar van vervolging, die culmineerde in de Holocaust. Zorgt niet vooral die herinnering ervoor dat iemand zich vandaag als Jood identificeert?

‘Die subjectieve identificatie is volkomen legitiem. Ik kan zelfs begrijpen dat ook niet-religieuze personen zich toch Jood voelen, na Hitler en de Holocaust. Op voorwaarde dat ze zich niet superieur voelen, en zich niet afscheiden van anderen, zoals dat in Israël wel gebeurt. Na de Holocaust begrijp ik ook volkomen de wereldwijde solidariteit tussen Joden. Maar ik aanvaard niet dat Joden in Brussel of New York in naam van die solidariteit de agressieve politiek van Israël in het Midden-Oosten verdedigen.'


Wat betekent het voor u om Jood te zijn?

‘Ik voel me ongemakkelijk bij die vraag. Als ik bijvoorbeeld in Canada woonde, zou het me gemakkelijker vallen mezelf Jood te noemen. Ik kan mijn herkomst niet wissen. Mijn ouders en voorouders waren vrome Joden uit Polen, die gediscrimineerd werden door de katholieken. En ik deel natuurlijk ook de herinnering aan de Holocaust. Verschillende familieleden zijn in de uitroeiingskampen vermoord en zelf heb ik mijn eerste levensjaren in vluchtelingenkampen doorgebracht. Zolang er een antisemiet op aarde rondloopt, zal ik Jood blijven.'

‘Maar in Israël vormt het Jood-zijn zo'n superieur statuut tegenover de Arabische Israëliërs dat ik me daar liever als niet-Jood zou identificeren. Probleem is dat dit wettelijk niet mogelijk is. Het zionisme laat me officieel niet toe om op te houden met Jood te zijn, net zoals het antisemitisme me dat niet toelaat.'


U insinueert dat het antisemitisme en het zionisme elkaars spiegelbeeld zijn?

‘Ze baseren zich allebei op een etnocentrische visie op identiteit. Niet toevallig zijn beide vooral tot ontwikkeling gekomen in Oost-Europa, waar in de 19de eeuw een heel eng volksnationalisme opgang maakte. Het antisemitisme heeft het zionisme gecreëerd, en het drama is dat het zionisme nu opnieuw antisemitisme genereert.'


Bent u niet bang dat ook uw boek het antisemitisme voedt?

‘In dat geval zal de betrokken antisemiet mijn boek heel slecht gelezen hebben, omdat ik het fundament van zowel het zionisme als het antisemitisme onderuithaal. Joden vormen geen apart volk, in de etnocentrische betekenis van het woord. Trouwens, de Israëlische politiek in het Midden-Oosten voedt het antisemitisme veel meer dan mijn boek dat ooit zou kunnen.'


Iemand als de Iraanse president Ahmadinejad zal uw theorie graag horen. Als het Joodse volk niet bestaat, kan Israël net zo goed verdwijnen, zal hij zeggen.

‘Ik aanvaard niet dat iemand het bestaansrecht van Israël betwist. Men kan de geschiedenis nu eenmaal niet herschrijven. De Naqba, de verdrijving van 700.000 Palestijnen, was inderdaad een tragedie. Maar je lost de Palestijnse tragedie niet op door een nieuwe Israëlische tragedie te veroorzaken. Vandaar ook dat ik tegenstander ben van de terugkeer van de Palestijnse vluchtelingen. Israël moet wel hun leed erkennen en compenseren.'


U gebruikt en manipuleert geschiedenis om eigenlijk een politiek manifest te schrijven, zeggen uw critici.

‘Al wat ik gedaan heb, is de historische kritiek toepassen op de zionistische geschiedschrijving en zo de contradicties tussen de mythes en de wetenschappelijke bevindingen blootleggen. Die bevindingen sterken me wel in mijn oude kritiek op de Joodse identiteitspolitiek. Zolang Israël zich als een Joodse staat definieert, is het geen democratisch land, maar een etnocratie, die een kwart van haar bevolking uitsluit. In Israël bestaat er geen algemene Israëlische nationaliteit, alleen een Joodse of Arabische of Russische of andere nationaliteit. Het is er een Jood zelfs verboden met een niet-Jood te trouwen. Stel je voor dat een katholiek zou weigeren dat zijn dochter met een Jood trouwt? Hij zou prompt als antisemiet bestempeld worden. Of stel je voor dat Spanje zich als Castiliaanse staat zou definiëren? Het land zou snel uiteenspatten.'

‘Daarom vrees ik dat het grootste gevaar voor het voortbestaan van Israël niet van buitenaf komt, maar van binnen. Het geraaskal van een onevenwichtige clown als Ahmadinejad mag niet doen vergeten dat Israël nooit sterker stond dan vandaag. Na het Westen erkenden ook Rusland, China en sinds 2002 zelfs de Arabische Liga Israël. Veel bedreigender voor Israël dan Hamas of Ahmadinejad is de groeiende onvrede binnen de grenzen van 1967. Het niet-Joodse deel van de bevolking zal niet blijven aanvaarden dat het als tweederangsburger behandeld wordt. Als Israël zich niet omvormt tot een staat van alle Israëlische burgers, dreigt de segregatie van de Arabische bevolking tot een nieuw Kosovo te leiden.'


U hebt wel een lange omweg door de geschiedschrijving gemaakt om uw antizionisme te ventileren.

‘Maar ik ben geen antizionist. Ik beschouw mezelf als een postzionist. Ik erken de verworvenheden van het zionisme, dat erin geslaagd is een nieuwe, legitieme staat te creëren, waar de Joden veilig voor vervolging zijn. Ik kan ook perfect begrijpen dat men Israël in 1948, na de Shoah, als een Joodse staat definieerde. Maar ik aanvaard niet dat men dat zestig jaar later nog altijd doet. Ik zou wensen dat die staat nu echt democratisch wordt, en aan al zijn inwoners toebehoort.'


DS, 03-10-2009 (Lieven Sioen)