Barst
9th September 2009, 02:08
'Hoe meer studenten, hoe lager het niveau'
In de academische wereld klinkt veel kritiek op het grote aantal eerstejaarsstudenten aan de universiteiten. Want democratisering doet aan niveaudaling denken: 'We kunnen alleen hoera zeggen als ook het intelligentieniveau met zoveel procent is gestegen.'
De eerste inschrijvingscijfers van de Vlaamse universiteiten laten niets aan de verbeelding over: we stevenen af op een nieuw recordaantal eerstejaarsstudenten (zie Het Nieuwsblad/De Gentenaar van gisteren) . Verklaringen zijn niet alleen de geboortepiek in 1991 en de economische crisis, maar ook het toenemend aantal leerlingen uit het technisch secundair onderwijs (TSO) dat hun kans waagt aan de universiteit.
In de academische wereld is kritiek te horen op die tendens, die een gevolg is van de democratisering die voormalig minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke (SP.A) in gang zette. Want 'hoe democratischer - en dus minder elitair - de universiteit wordt, hoe lager het niveau'. Omdat universiteiten gesubsidieerd worden per afgestudeerde en niet per beginnende student, wordt gefluisterd dat een universitair diploma aan waarde verliest.
'Geen enkele professor of universiteit zal luidop durven zeggen dat ze mensen doorlaten die het niet verdienen, maar het is een onvermijdelijk gevolg van die nieuwe regels', zegt de Vlaamse professor Geert Buelens, die Nederlandse Letterkunde doceert aan de Universiteit Utrecht. 'Het is goed om sociaal zwakkere groepen de kans te geven om universitaire studies te beginnen, maar je kan niet vermijden dat ook intellectueel zwakkeren hun kans wagen. En dan krijg je nivellering. Meer universiteitsstudenten, dat verdient alleen een hoeraatje als de gemiddelde intelligentie op één jaar even hard is gestegen. En dat zou me verbazen.'
Ook filosoof Ignaas Devisch van de Universiteit Gent constateert dat 'de stap naar de universiteit voor velen te groot is'. 'Het is dan niet de juiste keuze om het universitaire niveau aan te passen', zegt Devisch. 'Een universiteit moet zo democratisch mogelijk zijn, maar moet ook haar minimum normen bewaken.'
Volgens O-zon, een vereniging die pleit voor traditioneel onderwijs, daalt het onderwijsniveau wel degelijk. En dat probleem begint al in het basisonderwijs. 'Als een leerling het niveau niet aankan, veranderen ze het leerplan', zegt Marc Hullebus van O-zon. 'Het zegt toch genoeg als een universiteit al een verplichte taalcursus in het leven roept (UHasselt, nvdr.) . Vroeger moest je een diploma behalen, nu krijg je het.'
De Vrije Centra voor Leerlingenbegeleiding (VCLB) nuanceren die kritiek. 'Er zijn inderdaad TSO-richtingen die focussen op een beroep, maar andere hebben fysica- en wiskundevakken die ook naar ASO-normen erg zwaar zijn', zegt Annelies De Graeve van de VCLB. 'Veel mensen zien het TSO als één pot nat, maar er zijn wel degelijk grote verschillen.'
De koepel van het katholieke onderwijs juicht de doorstroom van TSO-leerlingen naar de universiteit zelfs toe als ze uit de zwaardere richtingen komen. Ook bij de onderwijsvakbond VSOA zien ze geen problemen. 'De vraag is vooral uit welke richtingen ze komen en naar welke richtingen ze gaan', zegt Luc Vandenbosch van VSOA. 'Als ze hun kans wagen als dokter of als rechtenstudent, kan dat problemen geven. Maar er zijn veel TSO-richtingen die wél een goede voorbereiding zijn op bijvoorbeeld ingenieursstudies.'
Blog DS, 08-09-2009 (Koen Baumers)
In de academische wereld klinkt veel kritiek op het grote aantal eerstejaarsstudenten aan de universiteiten. Want democratisering doet aan niveaudaling denken: 'We kunnen alleen hoera zeggen als ook het intelligentieniveau met zoveel procent is gestegen.'
De eerste inschrijvingscijfers van de Vlaamse universiteiten laten niets aan de verbeelding over: we stevenen af op een nieuw recordaantal eerstejaarsstudenten (zie Het Nieuwsblad/De Gentenaar van gisteren) . Verklaringen zijn niet alleen de geboortepiek in 1991 en de economische crisis, maar ook het toenemend aantal leerlingen uit het technisch secundair onderwijs (TSO) dat hun kans waagt aan de universiteit.
In de academische wereld is kritiek te horen op die tendens, die een gevolg is van de democratisering die voormalig minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke (SP.A) in gang zette. Want 'hoe democratischer - en dus minder elitair - de universiteit wordt, hoe lager het niveau'. Omdat universiteiten gesubsidieerd worden per afgestudeerde en niet per beginnende student, wordt gefluisterd dat een universitair diploma aan waarde verliest.
'Geen enkele professor of universiteit zal luidop durven zeggen dat ze mensen doorlaten die het niet verdienen, maar het is een onvermijdelijk gevolg van die nieuwe regels', zegt de Vlaamse professor Geert Buelens, die Nederlandse Letterkunde doceert aan de Universiteit Utrecht. 'Het is goed om sociaal zwakkere groepen de kans te geven om universitaire studies te beginnen, maar je kan niet vermijden dat ook intellectueel zwakkeren hun kans wagen. En dan krijg je nivellering. Meer universiteitsstudenten, dat verdient alleen een hoeraatje als de gemiddelde intelligentie op één jaar even hard is gestegen. En dat zou me verbazen.'
Ook filosoof Ignaas Devisch van de Universiteit Gent constateert dat 'de stap naar de universiteit voor velen te groot is'. 'Het is dan niet de juiste keuze om het universitaire niveau aan te passen', zegt Devisch. 'Een universiteit moet zo democratisch mogelijk zijn, maar moet ook haar minimum normen bewaken.'
Volgens O-zon, een vereniging die pleit voor traditioneel onderwijs, daalt het onderwijsniveau wel degelijk. En dat probleem begint al in het basisonderwijs. 'Als een leerling het niveau niet aankan, veranderen ze het leerplan', zegt Marc Hullebus van O-zon. 'Het zegt toch genoeg als een universiteit al een verplichte taalcursus in het leven roept (UHasselt, nvdr.) . Vroeger moest je een diploma behalen, nu krijg je het.'
De Vrije Centra voor Leerlingenbegeleiding (VCLB) nuanceren die kritiek. 'Er zijn inderdaad TSO-richtingen die focussen op een beroep, maar andere hebben fysica- en wiskundevakken die ook naar ASO-normen erg zwaar zijn', zegt Annelies De Graeve van de VCLB. 'Veel mensen zien het TSO als één pot nat, maar er zijn wel degelijk grote verschillen.'
De koepel van het katholieke onderwijs juicht de doorstroom van TSO-leerlingen naar de universiteit zelfs toe als ze uit de zwaardere richtingen komen. Ook bij de onderwijsvakbond VSOA zien ze geen problemen. 'De vraag is vooral uit welke richtingen ze komen en naar welke richtingen ze gaan', zegt Luc Vandenbosch van VSOA. 'Als ze hun kans wagen als dokter of als rechtenstudent, kan dat problemen geven. Maar er zijn veel TSO-richtingen die wél een goede voorbereiding zijn op bijvoorbeeld ingenieursstudies.'
Blog DS, 08-09-2009 (Koen Baumers)