Barst
10th June 2009, 03:04
Miljoenen biggen halen de slacht niet
De leefomstandigheden in de bio-industrie houden direct verband met de miljoenen biggen die jaarlijks vroegtijdig sterven. Varkens in Nood begint een publieksactie.
Miljoenen biggen overlijden voortijdig in de Nederlandse varkenshouderij. Dat blijkt uit cijfers van destructiebedrijf Rendac, dat de kadavers ophaalt en verwerkt.
In 2007 voerde het bedrijf vijf miljoen dieren af bij varkenshouders. Stichting Varkens in Nood wijst erop dat Nederland dertig miljoen varkens telt en spreekt daarom over ’massale biggensterfte’. Varkens in Nood start, onder andere op internet, een publieksactie om aandacht voor de biggensterfte te vragen.
De actiegroep legt een directe relatie met de leefomstandigheden in de bio-industrie en reconstrueerde aan de hand van cijfers van Agrovision – leveranciers van agrarische boekhoudingssystemen – dat twee miljoen biggen dood worden geboren en drie miljoen in de eerste maand overlijden.
Varkens in Nood vermoedt dat de biggensterfte te maken heeft met het aantal biggen dat fokzeugen ter wereld brengen. „Everzwijnen werpen in de natuur vijf biggen per jaar, maar een zeug is zo doorgefokt dat zij inmiddels bijna dertig biggen per jaar werpt”, zegt Leon Varitimos van Varkens in Nood.
Onlangs liet een directeur van Topigs, een bedrijf dat sperma en zeugen levert aan de varkenssector, in vakblad De Boerderij weten dat het misschien wel mogelijk is zeugen binnen een jaar of tien 35 tot 40 biggen te laten werpen. Dat draagt misschien bij aan een beter resultaat van de boerenbedrijven, maar is voor Varitimos een gruwel. „Zeugen kunnen het nu al nauwelijks aan. Ze hebben waarschijnlijk te weinig melk om alle biggen goed te voeden. Dat wordt helemaal een probleem als er nog meer biggen komen.”
De sector zal dan waarschijnlijk moeten omzien naar kunstmatige moeders, waarmee de leefomstandigheden alleen nog maar meer vervreemden van de natuur, vreest Varkens in Nood.
Uit cijfers van Rendac blijkt verder dat er een stijgende lijn zit in de ’uitval’ van biggen. In 2003 waren dat er nog 4,8 miljoen, oplopend tot 5,05 miljoen in 2007. De actiegroep trof in door haar geïnspecteerde tonnen ook oudere biggen aan. „De sterfte onder die dieren is mogelijk nog tragischer. Waar biggen over het algemeen een korte doodsstrijd voeren, lijden oudere dieren soms dagenlang voordat ze sterven. Omdat een veearts simpelweg te duur is om voor één dier te komen, worden deze dieren gewoon aan hun lot overgelaten,” zegt Varkens in Nood.
© Trouw, 10-06-2009
De leefomstandigheden in de bio-industrie houden direct verband met de miljoenen biggen die jaarlijks vroegtijdig sterven. Varkens in Nood begint een publieksactie.
Miljoenen biggen overlijden voortijdig in de Nederlandse varkenshouderij. Dat blijkt uit cijfers van destructiebedrijf Rendac, dat de kadavers ophaalt en verwerkt.
In 2007 voerde het bedrijf vijf miljoen dieren af bij varkenshouders. Stichting Varkens in Nood wijst erop dat Nederland dertig miljoen varkens telt en spreekt daarom over ’massale biggensterfte’. Varkens in Nood start, onder andere op internet, een publieksactie om aandacht voor de biggensterfte te vragen.
De actiegroep legt een directe relatie met de leefomstandigheden in de bio-industrie en reconstrueerde aan de hand van cijfers van Agrovision – leveranciers van agrarische boekhoudingssystemen – dat twee miljoen biggen dood worden geboren en drie miljoen in de eerste maand overlijden.
Varkens in Nood vermoedt dat de biggensterfte te maken heeft met het aantal biggen dat fokzeugen ter wereld brengen. „Everzwijnen werpen in de natuur vijf biggen per jaar, maar een zeug is zo doorgefokt dat zij inmiddels bijna dertig biggen per jaar werpt”, zegt Leon Varitimos van Varkens in Nood.
Onlangs liet een directeur van Topigs, een bedrijf dat sperma en zeugen levert aan de varkenssector, in vakblad De Boerderij weten dat het misschien wel mogelijk is zeugen binnen een jaar of tien 35 tot 40 biggen te laten werpen. Dat draagt misschien bij aan een beter resultaat van de boerenbedrijven, maar is voor Varitimos een gruwel. „Zeugen kunnen het nu al nauwelijks aan. Ze hebben waarschijnlijk te weinig melk om alle biggen goed te voeden. Dat wordt helemaal een probleem als er nog meer biggen komen.”
De sector zal dan waarschijnlijk moeten omzien naar kunstmatige moeders, waarmee de leefomstandigheden alleen nog maar meer vervreemden van de natuur, vreest Varkens in Nood.
Uit cijfers van Rendac blijkt verder dat er een stijgende lijn zit in de ’uitval’ van biggen. In 2003 waren dat er nog 4,8 miljoen, oplopend tot 5,05 miljoen in 2007. De actiegroep trof in door haar geïnspecteerde tonnen ook oudere biggen aan. „De sterfte onder die dieren is mogelijk nog tragischer. Waar biggen over het algemeen een korte doodsstrijd voeren, lijden oudere dieren soms dagenlang voordat ze sterven. Omdat een veearts simpelweg te duur is om voor één dier te komen, worden deze dieren gewoon aan hun lot overgelaten,” zegt Varkens in Nood.
© Trouw, 10-06-2009