PDA

Bekijk de volledige versie : Zelfverklaarde klimaatkampioen moet beter doen


Barst
21st February 2009, 18:41
Zelfverklaarde klimaatkampioen moet beter doen


Eind december vindt in Kopenhagen de 15de VN-klimaattop plaats. Deze cruciale top moet na jaren van moeizame onderhandelingen resulteren in een globale overeenkomst ter opvolging van het Kyoto-protocol. Europa dreigt deze afspraak met de geschiedenis te missen, schrijven tien ngo's.


Nog een luttele 10 maanden rest de wereldleiders om een ambitieus, mondiaal en rechtvaardig akkoord te bereiken. Vereist resultaat: concrete maatregelen die de slachtoffers van de klimaatverandering beschermt én een koolstofarme ontwikkeling in noord én zuid mogelijk maakt.

Europa profileert zichzelf graag als klimaatkampioen en claimt een leidersrol in de internationale onderhandelingen. Na het Europese klimaat- en energiepakket blijkt opnieuw dat er vooral lippendienst wordt bewezen aan een ambitieus en rechtvaardig klimaatbeleid. In de huidige economische context wordt de opwarming van de aarde graag gebanaliseerd, hoewel deze een veel grotere bedreiging vormt voor de wereldbevolking dan de economische crisis. Dit klimaatakkoord biedt de enorme opportuniteit om het roer om te gooien en definitief te kiezen voor een duurzame en koolstofarme economie die niet afhankelijk is van steeds schaarsere, vervuilende en geïmporteerde hulpbronnen.

Europa heeft zich bereid verklaard om zijn emissie te reduceren met 20procent tegen 2020 (in vergelijking met 1990) en indien er een globaal akkoord bereikt wordt zelfs met 30procent. De Europese doelstelling wordt echter ondermijnd door de grote mate van ingebouwde flexibiliteit. Een groot deel van de reducties kan zo elders gerealiseerd worden via de aankoop van externe maar vaak onbetrouwbare emissiekredieten. Ons land kan op deze manier meer dan de helft van zijn reducties uitbesteden.

Een ernstig emissiereductiebeleid moet in de eerste plaats in ons eigen land plaatsvinden en gericht zijn op energiebesparing, energie-efficiëntie en omschakeling naar groene energie binnen de eigen grenzen. Dit schept namelijk jobs, is goed voor onze economie, natuurlijke omgeving en gezondheid. Een aanzienlijke vermindering van de energieconsumptie blijft prioritair.

Ontwikkelingslanden hebben historisch gezien het minst bijgedragen aan het veroorzaken van de opwarming van de aarde, maar worden wel het zwaarst getroffen door de gevolgen ervan. De impact van de klimaatopwarming op landbouw, watervoorziening, biodiversiteit, bossen, gezondheid en infrastructuur maken nu al vooral in het zuiden miljoenen slachtoffers. Naast de interne emissiereducties moeten de industrielanden de ontwikkelingslanden ondersteunen om zich aan te passen aan de klimaatopwarming en voor te bereiden op hun transitie naar een koolstofarme en duurzame ontwikkeling, inclusief het vermijden van ontbossing en bosdegradatie. Gezien de historische verantwoordelijkheid voor de koolstofuitstoot en de technische en financiële capaciteit van het noorden, is het logisch dat de geïndustrialiseerde landen deze kosten dragen. De vervuiler moet betalen. Voorlopig blijft het echter oorverdovend stil aan de Europese kant van de onderhandelingstafel.

Er moeten dringend ambitieuzere cijfers geplakt worden op de noodzakelijke geldstromen voor emissiereductie en aanpassing in ontwikkelingslanden, mét geloofwaardige voorstellen voor mechanismen om dergelijke financiële stromen te beheren. Dit geld moet bovenop de bestaande engagementen voor ontwikkelingssamenwerking komen.Kopenhagen dreigt op een mislukking uit te draaien indien de industrielanden niet bereid zijn om dergelijke garanties te bieden. Ook onze eigen ministers moeten dringend kleur bekennen.

Deze tekst is een initiatief van VODO (Vlaams Overleg Duurzame Ontwikkeling) en wordt ondersteund door 11.11.11, BBL, Broederlijk Delen, Groenhart, Oxfam in België, Protos, Vereniging voor Bos in Vlaanderen, Natuurpunt en WWF België.


DS, 21-02-2009