Barst
10th February 2009, 18:53
Geen tijd voor de toekomst
Een gezin zou nooit reageren op een crisis en een inkomstendaling zoals de federale regering dat vandaag doet. Het gezin zal, zoveel als mogelijk, zijn uitgaven beperken als de inkomsten dalen. De federale regering is dat niet meer van plan. Premier Herman Van Rompuy had dit bij zijn aantreden als ambitie, maar laat dit varen. Gisteren bleek dat er niet bespaard wordt dit jaar. De regering zal inkomsten en uitgaven gewoon noteren; na de storm zien we wel waar we staan, luidt het.
Die houding is nog niet zo erg als die van de minister van Begroting die, op de kanteling van de jaren 70 en 80, zei: het begrotingstekort is er vanzelf gekomen, het zal ook wel vanzelf weggaan. Maar het gaat al wel een beetje in die richting.
Er is een repliek op deze kritiek. Een overheid ís geen gezin. Een overheid heeft tot taak de economie aan te zwengelen als het slecht gaat. En ze heeft nu bovendien de opdracht 'het vertrouwen' te herstellen: te zorgen dat de mensen niet helemaal in paniek raken en redelijk blijven consumeren en investeren.
Dat is juist. Maar dat betekent niet dat ze het tekort hoger mag laten oplopen dan nodig. Er staan in de begroting nog uitgaven die geschrapt kunnen worden. Een deel van wat ze verkocht als relance- en koopkrachtmaatregelen, zijn trouwens nepmaatregelen: cadeautjes voor de achterban van de ene en de andere partij of pressiegroep.
Bovendien mag van een regering nog meer verwacht worden dan dat. Regeren is vooruitzien. Ondernemingen waarvan de bedrijfsleiders vandaag de blik alleen richten op het leegscheppen van ondergelopen kelders, zijn morgen een vogel voor de kat. Een bedrijfsleider moet tijd hebben of maken om na te denken over de fase ná de crisis. Om dan meteen klaar te staan met een nieuw product, een betere service, een bijkomend verdeelpunt voor zijn waren.
De Belgische regering raakt niet zo ver. Onze federale ministers zijn zo overbelast met de dagelijkse problemen - van het overeind houden van de regering, via het ontvangen van sportlui tot de voorbereiding van de verkiezingen - dat ze geen tijd meer hebben om aan morgen te denken.
Aan morgen denken is: nu al een nieuw plan klaar maken om de staatsschuld af te bouwen. Aan morgen denken is: nu de arbeidsmarkt en arbeidswetgeving hervormen zodat onze bedrijven soepel kunnen inspelen op een economische herleving. Aan morgen denken is: nu de loodzware regelgeving vereenvoudigen en de sociale zekerheid hervormen.
Onze federale politici zijn zo druk bezig met de problemen van de dag die ze overwegend zelf creëren, dat ze zelfs geen tijd hebben om het ambtenarenapparaat dat dit allemaal zou kunnen voorbereiden, de ruimte te geven om dat te doen. De politici willen dat trouwens zelf allemaal in handen houden, zonder er de tijd en de geestesgesteldheid voor te hebben.
DS, 10-02-2009 (Guy Tegenbos)
Een gezin zou nooit reageren op een crisis en een inkomstendaling zoals de federale regering dat vandaag doet. Het gezin zal, zoveel als mogelijk, zijn uitgaven beperken als de inkomsten dalen. De federale regering is dat niet meer van plan. Premier Herman Van Rompuy had dit bij zijn aantreden als ambitie, maar laat dit varen. Gisteren bleek dat er niet bespaard wordt dit jaar. De regering zal inkomsten en uitgaven gewoon noteren; na de storm zien we wel waar we staan, luidt het.
Die houding is nog niet zo erg als die van de minister van Begroting die, op de kanteling van de jaren 70 en 80, zei: het begrotingstekort is er vanzelf gekomen, het zal ook wel vanzelf weggaan. Maar het gaat al wel een beetje in die richting.
Er is een repliek op deze kritiek. Een overheid ís geen gezin. Een overheid heeft tot taak de economie aan te zwengelen als het slecht gaat. En ze heeft nu bovendien de opdracht 'het vertrouwen' te herstellen: te zorgen dat de mensen niet helemaal in paniek raken en redelijk blijven consumeren en investeren.
Dat is juist. Maar dat betekent niet dat ze het tekort hoger mag laten oplopen dan nodig. Er staan in de begroting nog uitgaven die geschrapt kunnen worden. Een deel van wat ze verkocht als relance- en koopkrachtmaatregelen, zijn trouwens nepmaatregelen: cadeautjes voor de achterban van de ene en de andere partij of pressiegroep.
Bovendien mag van een regering nog meer verwacht worden dan dat. Regeren is vooruitzien. Ondernemingen waarvan de bedrijfsleiders vandaag de blik alleen richten op het leegscheppen van ondergelopen kelders, zijn morgen een vogel voor de kat. Een bedrijfsleider moet tijd hebben of maken om na te denken over de fase ná de crisis. Om dan meteen klaar te staan met een nieuw product, een betere service, een bijkomend verdeelpunt voor zijn waren.
De Belgische regering raakt niet zo ver. Onze federale ministers zijn zo overbelast met de dagelijkse problemen - van het overeind houden van de regering, via het ontvangen van sportlui tot de voorbereiding van de verkiezingen - dat ze geen tijd meer hebben om aan morgen te denken.
Aan morgen denken is: nu al een nieuw plan klaar maken om de staatsschuld af te bouwen. Aan morgen denken is: nu de arbeidsmarkt en arbeidswetgeving hervormen zodat onze bedrijven soepel kunnen inspelen op een economische herleving. Aan morgen denken is: nu de loodzware regelgeving vereenvoudigen en de sociale zekerheid hervormen.
Onze federale politici zijn zo druk bezig met de problemen van de dag die ze overwegend zelf creëren, dat ze zelfs geen tijd hebben om het ambtenarenapparaat dat dit allemaal zou kunnen voorbereiden, de ruimte te geven om dat te doen. De politici willen dat trouwens zelf allemaal in handen houden, zonder er de tijd en de geestesgesteldheid voor te hebben.
DS, 10-02-2009 (Guy Tegenbos)