PDA

Bekijk de volledige versie : De Amerikaanse toekomst: een geschiedenis


Barst
26th December 2008, 16:45
Samen zwemmen of zinken - Wie zegt dat de Amerikaanse droom grenzen kent, maakt zich niet populair

Simon Schama, De Amerikaanse toekomst: een geschiedenis. Vertaald door F. van Delft, Guus Houtzager, Meile Snijders, Contact, 476 blz. Oorspronkelijke titel: 'The American future: a history'.


De Amerikaanse droom lijkt zijn grenzen bereikt te hebben, zegt historicus Simon Schama. 'In mijn boek De Amerikaanse toekomst: een geschiedenis laat ik zien dat Amerika zichzelf steeds opnieuw kan heruitvinden.'


Het begon na de orkaan Katrina. Toen merkte ik het. Als ik geen college geef in New York, dan reis ik graag door Amerika. Het liefst ga ik naar staten als Oklahoma, Nevada of Utah. Daar struikel je niet over de New Yorkse intellectuelen. Daar hoorde ik in cafés en diners mensen praten over: wat mag je van de staat verwachten? Want Bush had gezegd dat niemand had kunnen voorzien dat de dijken zouden doorbreken in New Orleans. Toen gewone Amerikanen, die in fabrieken werken, die op het land werken, die vrachtwagenchauffeur zijn, begonnen te praten over een oud Amerikaans thema, de verhouding tussen individu en staat, toen wist ik het. Dit zou niet zomaar een presidentsverkiezing worden. Dit zou een verkiezing worden waarin grote Amerikaanse thema's aan de orde komen. Wat is vrijheid? Wat is de rol van de staat? Want Amerika moet zichzelf heruitvinden. Het politiek-economisch systeem dat zich onder Bush verder ontwikkeld heeft, is niet meer levensvatbaar.

In die zin stond er bij deze verkiezingen veel op het spel: de toekomst van Amerika. Het was niet voor het eerst in de Amerikaanse historie dat het zo spannend was. Vergelijk het met 1860. Toen was het erop of eronder voor het grote Amerikaanse democratische experiment met de verkiezing van Lincoln, die vond dat de principes van vrijheid en gelijkheid die voor de Amerikaanse burgers golden, ook voor de Amerikaanse slaven moesten gelden.

Of neem 1932, toen Amerika in de Grote Depressie gedompeld was, en Roosevelt zijn New Deal-plan presenteerde: overheidsingrijpen om het land uit het dal te halen. Of 1976, toen het land de trauma's van de Vietnamoorlog en het Watergate-schandaal te verwerken had, en Carter won.

Dat gevoel - als een hond die ineens wild ruikt - dat er grote thema's aan de orde waren, thema's die de stichters van Amerika, de founding fathers, al verdeeld hadden, deed Simon Schama ertoe besluiten om een boek en een begeleidende vierdelige tv-serie te maken over de geschiedenis en de toekomst van Amerika.

Afgelopen maand verscheen de Nederlandse vertaling van The American future: a history, vertaald als De Amerikaanse toekomst: een geschiedenis. Daarin behandelt Schama, historicus en kunsthistoricus verbonden aan de Columbia universiteit in New York, de Amerikaanse geschiedenis aan de hand van vier grote thema's, die volgens hem opnieuw van groot belang zijn voor Amerika's toekomst: de oorlogen, de geloofsijver, de immigratie en de welvaart, om niet te zeggen overvloed - de belofte van grote welvaart en geluk, die een vast onderdeel is van de Amerikaanse droom.


Eendimensionaal

Schama behandelt die thema's aan de hand van persoonlijke geschiedenissen van bekende en onbekende Amerikanen, zoals hij eerder al deed in Overvloed en onbehagen, over de Gouden Eeuw in Nederland en Burgers, een kroniek van de Franse revolutie. Dat levert vaak tegendraadse verhalen op, die tornen aan vaststaande beelden over de geschiedenis. Dat is ook een van Schama's persoonlijke missies. Hij heeft een hekel aan te veel veralgemening in geschiedschrijving.

Schama: 'Ik merkte dat in Europa vaak een gemakzuchtige houding wordt aangenomen over Amerika. Zo van: dat is het land dat de wereld heeft opgezadeld met Abu Ghraib en Guantánamo Bay. Daar kunnen we niets goeds meer van verwachten. Zo zie ik het niet. Natuurlijk botsen de Amerikaanse idealen soms op paradoxale en gruwelijke wijze met de praktijk. Maar er zijn altijd tegenstemmen in Amerika. Er zijn altijd krachten die de fouten willen rechtzetten. Die vitale, democratische, meerstemmige kant van Amerika wil ik laten zien. Amerika is minder eendimensionaal dan ze in Europa denken.'

'Neem de rol van het christendom. Veel linkse Europeanen denken dat het christendom alleen maar een sterke behoudende kracht is, een hinderlijke rem op de vrijheid. Maar de Amerikaanse geschiedenis leert dat dat niet zo is. Ook in mijn vorige boek, Rough crossings: Britain, the slaves and the American revolution [2006, over Amerikaanse slaven die de vrijheid verwierven door in het Britse leger tegen de Amerikanen te vechten, red.] kwam al aan de orde dat christenen het voortouw namen in de beweging om slavernij af te schaffen. In dit boek ga ik in op het feit dat de christelijke religie voor de slaven een belangrijke kracht was, om vol zelfvertrouwen op te komen voor hun rechten. In de negentiende eeuw organiseerden de slaven geheime christelijke bijeenkomsten, die troost en hoop gaven.'

Er trokken zwarte prediksters rond die de zonde van de slavernij aanklaagden, en die soms predikten in het geniep, in bos en veld, zoals Jarena Lee.

Schama neemt een lang gedeelte uit haar dagboeken op, en schrijft over haar: 'Ze was haar leven begonnen als slavinnetje, had een hevig schuldgevoel gekregen nadat ze tegen haar meesteres had gejokt, was naar haar gevoel met Gods hulp van de verdrinkingsdood gered en uitgegroeid tot een authentiek Amerikaans fenomeen. Ze predikte voor niet officiële samenkomsten van gelovigen en was op haar manier de eerste grote zwarte redenaar. Ze was de verpersoonlijking van wat W.E.B. du Bois in The souls of black folk de eerste echte zwarte leider heeft genoemd: de prediker en leraar. Het verbluffende is dat Jarena op haar manier weliswaar revolutionair was, maar beslist niet enig in haar soort. Toen ze in de jaren veertig van de negentiende eeuw haar lessenaar aan de wilgen hing, waren er veel zwarte zusters actief als rondtrekkende predikers. Ze trotseerden menigten en gezagsdragers, mannelijke vooroordelen en sceptische onverschilligheid.'


Paranoia

Schama schrijft ook over een zwarte voorvechtster voor kiesrecht, die hij ontmoette toen hij in 1964 bij de Democratische conventie in Atlantic City was. Dat was Fanny Lou Hamer, die uit naam van de Amerikaanse idealen en God het recht vroeg zich te mogen inschrijven als kiezer - iets wat toen werd tegengewerkt.

Schama: 'Veel mensen verwijzen naar Martin Luther King als degene die de weg baande voor Barack Obama, die de eerste zwarte president in de geschiedenis wordt. Maar ik moet eerder denken aan deze vrouw, Fanny Lou, die door haar optreden zijn verkiezing mede mogelijk heeft gemaakt.'

De geschiedenis van Amerika is veel minder eenduidig dan de meeste mensen denken, benadrukt Schama steeds: 'De strijders voor de afschaffing van de slavernij bijvoorbeeld, zoals de dominee Beecher, de vader van de schrijfster van De hut van oom Tom, Harriet Beecher Stowe, waren voor de gelijkberechtiging van slaven op basis van hun religieuze overtuiging. Maar ze waren verder xenofoob: ze waren ertegen dat Amerika overspoeld zou worden door allerlei immigranten van niet-Angelsaksische komaf.'

Ook Benjamin Franklin, een van de founding fathers, had zo zijn bedenkingen bij de aantrekkingskracht van het nieuwe Amerika op allerlei niet-Angelsaksische immigranten; die zouden de eenwording van de natie maar bemoeilijken, of erger. Hij was bijvoorbeeld niet dol op Duitse immigranten. Schama schrijft daarover: 'Franklin was geen bewonderaar van de Duitsers in Pennsylvania. Ze waren te grof en te talrijk. Wat je hier ziet, schreef hij, zijn de ongeletterde, domste inwoners van het land... Waarom zou Pennsylvania, dat gesticht is door de Engelsen, een kolonie moeten worden van vreemdelingen, die ons al snel in aantal zullen overtreffen, zodanig dat wij verduitsen, in plaats van dat wij hen verengelsen, en die weigeren onze taal en levenswijze over te nemen? Niemand minder dan Benjamin Franklin, die wij zo graag zien als de belichaming van het kosmopolitische verlichtingsdenken, sloeg al in 1750 alarm over de bedreigde staat van de Anglo-Amerikaanse cultuur. Die hartelijke, vindingrijke, gezellige Franklin is de Founding Father van de Amerikaanse paranoia.'

Er loopt een lange draad van xenofobie door de Amerikaanse geschiedenis: Schama heeft het onder meer over de behandeling van de indianen (de eerste democratische etnische zuivering) en de Chinezen, die ook naar het leven werden gestaan.


Small politics

Wie zegt dat de Amerikaanse droom grenzen kent, maakt zich niet erg populair. Schama wijst op het lot van president Jimmy Carter op het eind van de jaren zeventig. Hij waarschuwde voor de grenzen van de groei, voor de uitputting van de energiebronnen - telkens weer de grens verleggen en nog maar eens in een natuurgebied naar olie boren, was volgens hem de oplossing niet. De overheid moest ingrijpen, de consumenten temperen.

Schama: 'De Amerikanen moesten niets hebben van die niet-optimistische opvattingen. Ze kozen Ronald Reagan als president, die beweerde dat het niet aan de consument en het bedrijfsleven lag, maar dat de overheid het probleem en niet het antwoord was. Dat is het begin geweest van de Republikeinse strategie die nu ook nog doorgaat. Dat is niet altijd zo geweest.'

'Doordat ze zo op die Reagan-lijn zaten, hadden de Republikeinen het moeilijk in de verkiezingstijd. De Republikeinen zijn goed in small politics. Het gaat heel erg om de persoonlijkheid van de kandidaat: kun je hem vertrouwen, is hij aardig, wil je wel een kopje koffie met hem drinken? Die dingen. Het besmeuren van de persoonlijkheid van de andere kandidaat hoort daar ook bij. Het is meer een uitloper van de entertainmentindustrie dan politiek. Je zag het campagneteam van McCain dan ook worstelen met de vraag: moeten we die lijn verlaten? McCain is wel tegendraads en kan wel grote thema's aansnijden, maar de Republikeinse campagnelijn is toch die van small politics.'

Terwijl de problemen zich opgestapeld hebben. De financiële crisis. De energiecrisis. De strijd tegen het terrorisme. Omdat Obama en McCain beiden hebben gezegd dat ze een eind willen maken aan Guantánamo Bay, is dat geen groot thema geworden. Maar over de oorlog in Irak was er wel een verschil. Obama wilde de troepen terugtrekken, McCain riep dat de overwinning nabij was. Maar dat witte-vlagverhaal sloeg niet aan. Overigens denk ik dat Obama in Afghanistan de strijd hard zal aangaan.

Obama kan een bindende rol vervullen. Amerika gaat zware tijden tegemoet. Dan is een leider die de boel samen weet te houden van groot belang. Dat je het gevoel oproept van: we zinken of we zwemmen samen. Dat gevoel van verbondenheid kan een hoop sociale spanningen en problemen wegnemen als het slechter gaat. We zullen zien.

De geschiedenis wijst uit dat Amerika een enorm vermogen heeft zichzelf in tijden van crisis opnieuw uit te vinden.

'The American future: a history' op Canvas, maandag om 23.05u.


© NRC Handelsblad, DSL, 26-12-2008 (Paul Steenhuis)